[IKE-modus]
Selecteer de bewerkingsmodus voor het protocol voor het uitwisselen van sleutels. Beveiliging wordt
verbeterd als u [Hoofd] selecteert, omdat de IKE-sessie zelf is versleuteld, maar de snelheid van de
sessie is trager dan met [Agressief], waarmee niet de hele sessie wordt versleuteld.
[Geldigheid]
Stel de verloopperiode van de gegenereerde IKE SA in.
[Authentificatiemethode]
Selecteer een van de onderstaande verificatiemethodes.
[Gedeelde sleutelmethode]
[Methode digitale handtekening]
[Authentificatie/Encryptie algoritme]
Selecteer [Auto] of [Handmatige instellingen] om in te stellen hoe het verificatie- en
versleutelingsalgoritme voor IKE-fase 1 moet worden opgegeven. Als u [Auto] selecteert, wordt een
algoritme dat door zowel deze machine als de communicatie-evenknie kan worden gebruikt,
automatisch ingesteld. Als u een specifiek algoritme wilt opgeven, selecteert u [Handmatige
instellingen] en configureert u onderstaande instellingen.
[Authentificatie]
[Encryptie]
[DH groep]
3
Klik op [OK].
●
Wanneer [IKE-modus] is ingesteld op [Hoofd] op het scherm [IKE] en [Authentificatiemethode] is
ingesteld op [Gedeelde sleutelmethode], zijn de volgende beperkingen van toepassing bij het
registreren van meerdere beveiligingsbeleidsregels.
De machine beheren
Stel dezelfde wachtwoordzin (vooraf gedeelde sleutel) in die is ingesteld voor
de communicatie-evenknie. Selecteer [Instellingen Gedeelde sleutel], voer de
tekenreeks die u wilt gebruiken als de gedeelde sleutel, in en selecteer [OK].
Stel de sleutel en certificaat in die u wilt gebruiken voor wederzijdse verificatie
met de communicatie-evenknie. Klik op [Sleutel en certificaat] en klik op
[Gebruik] voor de sleutel die u wilt gebruiken.
Selecteer het hash-algoritme.
Selecteer het versleutelingsalgoritme.
Selecteer de groep voor de Diffie-Hellman-sleuteluitwisselingsmethode om de
sterkte van de sleutel in te stellen.
320