NOZZLES WISSELEN
Bij de Ultimaker 2+ wordt ook een set nozzles geleverd. Deze set bevat drie verschillende formaten nozzles (0,25 mm,
0,6 mm en 0,8 mm). De nozzle van 0,4 mm is standaard al in de Ultimaker 2+ geïnstalleerd.
Volg onderstaande stappen om de nozzle te wisselen:
DE HUIDIGE NOZZLE VERWIJDEREN
1.
Haal het filament uit de Ultimaker 2+ (via het menu "Material" (Materiaal) > "Change" (Wisselen)). Zie "FILAMENT
LADEN EN WISSELEN" op pagina 22.
2. Pas de Atomic Method toe vóór het verwijderen van de huidige nozzle. Met deze methode blijft er zo min mogelijk
plastic residu achter, waardoor de nozzle gemakkelijker kan worden verwijderd. Het zorgt er bovendien voor dat
er geen filament in de nozzle achterblijft, zodat deze schoon kan worden opgeborgen en direct klaar is voor nieuw
gebruik. Zie "ATOMIC METHOD" op pagina 31.
3. De temperatuur kan blijven staan op de temperatuur die u had ingesteld voor het verwijderen van het filament met
de Atomic Method. (bijv. 90 graden Celsius voor PLA).
4. Gebruik de steeksleutel om de nozzle van het verwarmingsblok te verwijderen. Draai de sleutel tegen de klok in
om de schroef los te draaien.
EEN NIEUWE NOZZLE PLAATSEN
1.
Pak de nozzle die u wilt gebruiken, plaats hem in het verwarmingsblok en draai handvast aan. Wees voorzichtig: het
verwarmingsblok is nog warm.
2. Gebruik de steeksleutel om de nozzle stevig vast te zetten. Draai de sleutel met de klok mee en zet niet te veel
kracht (de nozzle kan breken als u deze te strak aandraait).
INSTELLINGEN IN CURA
Voordat u met de zojuist geplaatste nozzle kunt printen, moeten eerst de instellingen in Cura worden gewijzigd. Geef in
het veld "Nozzle size" (Maat nozzle) de grootte van de geplaatste nozzle in mm in.
26