Gebruik
GEVAAR
Verwondingsgevaar
Als de nooddaalprocedure moet worden gebruikt om-
dat de bestuurder bewusteloos is geraakt, moet er-
voor worden gezorgd dat alle lichaamsdelen van de
bestuurder zich helemaal binnen de bestuurderscabi-
ne bevinden, zodat er tijdens het dalen van de cabi-
ne geen verwondingsgevaar voor de bestuurder be-
staat.
Degene die de nooddaalklep bedient, moet zich er-
van overtuigen dat de beweegbare delen van de hef-
mast onmiddellijk na het openen van de klep in be-
weging komen. Daarbij moet speciaal worden gelet
op de cabine, de kettingen en de binnensegmenten
van de hefmast. Tijdens het dalen moeten alle hef-
kettingen in de hefmast steeds strak gespannen blij-
ven. Als de hefmastdelen na openen van de nood-
daalklep niet onmiddellijk in beweging komen, moet
de klep onmiddellijk gesloten worden.
Als degene die de nooddaalklep bedient geen goed
zicht op de hefmast heeft, moet er een derde per-
soon bij worden geroepen die wel goed zicht heeft
op de hefmast. Deze derde persoon moet duidelijk
kunnen communiceren met zowel degene die nood-
daalklep bedient als met de bestuurder van de ma-
chine.
Als er niet onmiddellijk een beweging zoals hiervoor
beschreven wordt vastgesteld of als een van de ket-
tingen niet meer strak gespannen is, is de hefmast
vermoedelijk mechanisch geblokkeerd.
De nooddaalprocedure moet dan onmiddellijk wor-
den afgebroken door de nooddaalklep te sluiten. De
bestuurder moet in dat geval op een andere manier
naar beneden worden gehaald. Dit is bijvoorbeeld
mogelijk met behulp van een tweede hiervoor ge-
schikte hoogbouwtruck of met een hoogwerker. Het
geautoriseerde klantenserviceteam bepaalt de oor-
zaak van de storing en de wijze waarop deze moet
worden verholpen.
Als er zoals hiervoor beschreven het vermoeden be-
staat dat de hefmast mechanisch wordt geblokkeerd,
mag het noodafdaalsysteem niet worden gebruikt.
De daarmee gepaard gaande trillingen zouden na-
melijk ertoe kunnen leiden dat de mechanische blok-
kering losschiet, wat extra gevaar kan opleveren als
de cabine daarna naar beneden valt.
– Afgezien van de nooddaalklep, is het niet toege-
staan om enige andere bout af te stellen.
– Sluit de klep weer wanneer het nooddaalproces
volledig is uitgevoerd.
5231 804 2507 NL - 04/2020
4
Noodbedrijf
87