Inhoudsopgave
Advertenties
6.6 - Controle van de doeltreffendheid van de veiligheidsin-
Controle van de doeltreffendheid van de veiligheidsin-
richtingen
6.6.1 - Werkingscontrole stabi-
lisatoren
laars
B
UN07-3180BG
1) Stabiliseer het toestel met één
stabilisator op een stevig steun-
vlak (bijvoorbeeld van cement)
zodanig dat hij niet meer dan on-
geveer 150 mm is uitgeschoven.
De controlelampje (B) moet aan-
gaan.
De controlelampje (A) moet niet
aangaan.
2) Destabiliseer de machine en ver-
wijder het steunvlak.
3) Stabiliseer de machine; de contro-
lelampjes (A) en (B) moeten aan-
gaan.
4) Laat 3 stabilisatoren helemaal in-
schuiven.
5) De controlelampje (A) moet uit-
gaan en de controlelampje (B)
microschake-
A
6.6.1
moet aan-
moet uit-
6.17
(aanwezig in de cabine van het
voertuig) moet aan blijven.
6) Laat ook de vierde stabilisator
helemaal inschuiven: de controle-
lampje (B) moet uitgaan.
6.6.2 - Werkingscontrole
de noodknop
WAARSCHUWING !
Controleer
iedere
noodknop.
1) Stabiliseer de machine.
2) Maak een willekeurige beweging
en druk tegelijkertijd op de nood-
knop.
3) De machine moet onmiddellijk
stoppen en tegelijkertijd moet de
endothermische motor van het
voertuig stoppen.
4) Draai weer de knop, om de wer-
king van het samenstel te hervat-
ten.
6.6.3 - Functionele controle van
de inrichting machine in
ruststand
1) Stabiliseer de machine.
2) Hef het werkplatform ongeveer
200 mm van zijn steun.
3) Handel op de bediening voor het
inschuiven van de stabilisatoren
deze moeten stil blijven.
van
afzonderlijke
6
Advertenties
Inhoudsopgave
