Geavanceerde HemoSphere-monitor
Raak het pictogram Klinische effecten
kabel test aan
Raadpleeg afbeelding 9-2 voor genummerde aansluitingen.
1
Sluit de CCO-kabel voor de patiënt aan op de ingevoerde HemoSphere-Swan-Ganz-module .
Sluit de connector van het thermische filament en de thermistorconnector van de CCO-kabel
2
voor de patiënt aan op de daarop passende testpoorten op de HemoSphere-Swan-Ganz-module.
3
Raak de knop Start aan om te beginnen met de kabeltest. Er verschijnt een voortgangsbalk.
Vervang de CCO-kabel voor de patiënt als deze niet goed uit de test komt.
4
Raak het pictogram voor invoeren
5
Koppel de connector van het thermische filament en de thermistorconnector van de CCO-kabel
voor de patiënt los van de HemoSphere-Swan-Ganz-module.
9.2 Continue cardiac output
De geavanceerde HemoSphere-monitor meet de cardiac output continu door kleine energiepulsen in de
bloedstroom te introduceren en de bloedtemperatuur te meten via een longslagaderkatheter. De maximale
oppervlaktetemperatuur van het thermische filament dat wordt gebruikt om energiepulsen in het bloed
vrij te geven is 48 °C. De cardiac output wordt berekend aan de hand van bewezen algoritmes die
zijn afgeleid van de principes voor het behoud van warmte en indicatorcurves voor dilutie die
worden verkregen middels kruiscorrelatie van energie-toevoer en bloedtemperatuur golven.
Na initialisatie wordt de cardiac output continu gemeten en weergegeven door de geavanceerde
HemoSphere-monitor in liter per minuut, zonder kalibratie door of tussenkomst van de gebruiker.
het pictogram Meer
om naar het venster voor het testen van de CCO-kabel voor de patiënt te gaan.
Afbeelding 9-2 Aansluitingen
voor de test van de CCO-kabel
voor de patiënt
127
9 HemoSphere-Swan-Ganz-modulebewaking
aan als de kabel goed door de test is gekomen.
het pictogram Patiënt CCO