Voice-modus
Functies van Draaiknoppen 1 – 5
1 Als het 1e lampje aan is:
Knop 1
CUTOFF
Knop 2
RESONANCE
Knop 3
FEG DEPTH (Filter EG Depth)
Knop 4
PORTAMENTO
Knop 5
VOLUME
2 Als het 2e lampje aan is:
Knop 1
ATTACK (AEG Attack Time)
Knop 2
DECAY (AEG Decay Time)
Knop 3
SUSTAIN (AEG Sustain Level)
Knop 4
RELEASE (AEG Release Time)
Knop 5
PAN
3 Als het 3e lampje aan is:
Knop 1
EQ LOW (EQ Low Gain)
Knop 2
EQ MID F (EQ Middle Frequency)
Knop 3
EQ MID (EQ Middle Gain)
Knop 4
EQ MID Q (EQ Middle Q)
Knop 5
EQ HIGH (EQ High Gain)
4 Als het 4e lampje aan is:
Knop 1
CHORUS (Chorus Send)
Knop 2
REVERB (Reverb Send)
Knop 3
ASSIGN 1 (Assign 1-waarde)
Knop 4
ASSIGN 2 (Assign 2-waarde)
Knop 5
TEMPO (arpeggiotempo)
OPMERKING
Draaien aan de knoppen kan bij bepaalde voices weinig of geen effect hebben.
OPMERKING
In de Multi-modus hebben de knoppen dezelfde parametertoewijzingen als in de Voice-modus.
30
MOTIF-RACK XS-gebruikershandleiding
1
2
3
4
Draaiknop 1
Draaiknop 2
Draaien aan de knoppen 1 en 2 wijzigt de filterparameters van de display Filter (pagina's 68, 83 en 96).
Draaien aan knop 3 wijzigt een van de FEG-parameters in de display EG (pagina's 68 en 96). Draaien
aan knoppen 4 en 5 wijzigt twee van de parameters in de display Play display (pagina's 65, 83 en 94).
Verhoogt of verlaagt de afsnijfrequentie van het filter (pagina's 68 en 96) om de helderheid van de klank
aan te passen.
Verhoogt of verlaagt de resonantie (pagina's 68 en 96) om het niveau in de buurt van de afsnijfrequentie
extra te versterken. Door de boventonen in dit gebied te benadrukken kunt u een onderscheidende
'scherpe' klank produceren die het geluid helderder en harder maakt.
Verhoogt of verlaagt de envelopediepte van het filter (pagina's 68 en 96) wijzigt het bereik van de afsnijf-
requentie. Als er een drumvoice is geselecteerd, kan deze parameter niet worden ingesteld.
Verlengt of verkort de portamentotijd (pagina's 65 en 95) bepaalt de toonhoogteovergangstijd of de snel-
heid van de toonhoogteverandering als er portamento wordt toegepast. Als u de knop verder naar links
draait, wordt deze parameterinstelling 'off' en de 'Porta Sw' (portamentoschakelaar) op 'off'.
Stelt het volume van de voice in (pagina's 65 en 94).
Draaien aan de knoppen 1 – 4 wijzigt de AEG-parameters in de display EG (pagina's 68, 83 en 96).
Draaien aan knoppen 5 wijzigt een van de parameters in de display Play Mode (pagina's 65, 83 en 94).
Verhoogt of verlaagt de attacktijd van de amplitude-envelope (pagina's 69 en 96) van de huidige voice
om de attacksnelheid aan te passen. Positieve waarden verlagen in toenemende mate de attacksnel-
heid, terwijl negatieve waarde de snelheid verhogen.
Verlengt of verkort de decaytijd van de amplitude-envelope (pagina's 69 en 96) van de huidige voice,
waardoor wordt geregeld hoe hoog het volume van het maximale attackniveau terugvalt naar het sustain-
niveau. Hoe kleiner de waarde, hoe sneller de decay.
Verhoogt of verlaagt het sustainniveau van de amplitude-envelope (pagina's 69 en 96) waarop het
volume zal aanhouden, terwijl de toets ingedrukt wordt gehouden, na de eerste attack en decay. Als er
een drumvoice is geselecteerd, kan deze parameter niet worden ingesteld.
Verlengt of verkort de releasetijd van de amplitude-envelope (pagina's 69 en 96) van het geluid, waar-
door de tijd wordt geregeld dat het volume van het sustainniveau terugvalt naar nul, wanneer er een
noot-uitboodschappen wordt ontvangen. Als er een drumvoice is geselecteerd, kan deze parameter niet
worden ingesteld.
Past de stereopanpositie van de huidige voice aan (pagina's 65 en 94).
Draaien aan knoppen 1 – 5 wijzigt de parameters in de display 3 Band EQ (pagina's 71 en 83) of display
Part EQ (pagina 96).
Verhoogt of verlaagt de versterking van de lage EQ-band (pagina's 71 en 96) om het geluid te verande-
ren.
Verhoogt of verlaagt de frequentie van de EQ-middenband (pagina's 71 en 96) rond welke de band via
knop 3 (EQ MID) wordt aangepast.
Verhoogt of verlaagt de versterking van de EQ-middenband (pagina's 71 en 96) om de huidige voice te
veranderen .
Verhoogt of verlaagt de Q-factor van de EQ-middenband (pagina's 71 en 97) om de bandbreedte te wij-
zigen waarvoor u de versterking kunt aanpassen via knop 3 (EQ Middle Gain). Knop 4 met de klok mee
draaien verhoogt de Q-waarde om de bandbreedte te verkleinen. Knop 4 tegen de klok in draaien ver-
laagt de Q-waarde om de bandbreedte te vergroten.
Verhoogt of verlaagt de versterking van de hoge EQ-band (pagina's 71 en 96) om de huidige voice te
veranderen.
Draaien aan knoppen 1 en 2 wijzigt de parameters in de display Effect (pagina's 72 en 83) en display Fx
Send (pagina 97). Draaien aan de knoppen 3 en 4 wijzigt de parameters van de display Control
(pagina's 71, 83 en 93). Draaien aan knop 5 wijzigt de parameters in de display Arp Edit (pagina 66) of
display Arpeggio (pagina 91).
Past het choruszendniveau aan (pagina's 72 en 83).
Past het reverbzendniveau aan (pagina's 72 en 83).
Er kan een verscheidenheid aan functies aan deze draaiknoppen worden toegewezen. Door aan de
knop te draaien kunt u de waarde bewerken van de functie die aan de functie is toegewezen, als offset.
U kunt de functies controleren die momenteel aan deze knoppen zijn toegewezen in de display Control
(pagina's 71 en 93) in Voice Common Edit en Multi Common Edit.
Past het tempo van het arpeggioafspelen aan (pagina's 66 en 91).
Draaiknop 3
Draaiknop 4
Draaiknop 5