7.1 Meldingen
De onderstaande tabel bevat storingen en informatieberichten die kunnen worden weergegeven in de app.
Let op: Raadpleeg de bedieningshandleiding voor meer informatie over het oplossen van storingen.
Meldingen
Nummer Melding
Oorzaak
1
Buiten
De aansluitingen van de begrenzingsdraad
maaige-
op het laadstation zijn gekruist.
bied
De begrenzingsdraad ligt te dicht bij de
rand van het werkgebied.
Het werkgebied is te steil bij de begren-
zingsdraad.
De begrenzingsdraad is in de verkeerde
richting om een eiland heen gelegd.
Het product kan moeilijk onderscheid ma-
ken tussen het eigen signaal en het sig-
naal van een naburige installatie.
Storingen door magnetische voorwerpen
(hekwerk, wapeningsstaal) of ondergrond-
se kabels in de nabijheid.
2
Geen lus-
Begrenzingsdraad gebroken.
signaal
De begrenzingsdraad is niet aangesloten
op het laadstation.
De voeding is niet aangesloten.
De voedingsspanningskabel is beschadigd
of niet aangesloten.
De koppeling tussen het product en het
laadstation is verbroken.
De begrenzingsdraad is in de verkeerde
richting om een eiland heen gelegd.
Storingen door metalen voorwerpen (hek-
werk, wapeningsstaal) of ondergrondse
kabels.
De ECO-modus is geactiveerd en het pro-
duct heeft geprobeerd om buiten het laad-
station te starten.
24 - Probleemoplossing
7 Probleemoplossing
Actie
Controleer of de begrenzingsdraad correct op het
laadstation is aangesloten.
Controleer of de begrenzingsdraad is gelegd vol-
gens de instructies.
Controleer of de begrenzingsdraad is gelegd vol-
gens de instructies.
Controleer of de begrenzingsdraad is gelegd vol-
Installatie - Grenzen bin-
gens de instructies. Zie
nen het werkgebied in de bedieningshandleiding.
Plaats het product in het laadstation en genereer
een nieuw lussignaal.
Probeer de begrenzingsdraad te verplaatsen
en/of extra eilanden in het werkgebied te creëren.
Controleer het signaal van de led op het laadstati-
Lussignaal op pagina 32 .
on. Zie
Controleer of de aansluitklemmen van de begren-
zingsdraad correct zijn aangesloten op het laad-
station.
Controleer de aansluiting op het stopcontact en
controleer tevens of er een aardlekschakelaar is
geactiveerd. Controleer of de laagspanningskabel
is aangesloten op het laadstation.
Controleer of de laagspanningskabel niet is be-
schadigd.
Controleer of het product correct is aangesloten
op het laadstation en de voeding.
Plaats het product in het laadstation en genereer
een nieuw lussignaal.
Controleer of de begrenzingsdraad is gelegd vol-
Installatie - Grenzen bin-
gens de instructies. Zie
nen het werkgebied in de bedieningshandleiding.
Probeer de begrenzingsdraad te verplaatsen
en/of extra eilanden in het werkgebied te creëren.
Plaats het product in het laadstation en start het
product.
1936 - 001 - 27.01.2023