ELEKTRISCHE RUITBEDIENING
7
Voor de plaatsen achter
Gebruik schakelaar 7.
(vervolg)
4
Gebruik van de schakelaar 4
Vanaf de bestuurdersplaats kan met
de schakelaar 4 de werking van de
achterruiten
en
achterportieren
worden uitgeschakeld.
Veiligheid inzittenden
De bestuurder kan de wer-
king van de ruitbediening
en van de achterportieren
uitschakelen door de schakelaar 4
aan de kant van de afbeelding in te
drukken.
Verantwoordelijkheid van de be-
stuurder
Laat nooit de RENAULT card in de
auto liggen als u de auto achterlaat
met een kind (of een dier) erin. Het
kind zou de ruiten kunnen bedie-
nen en door het sluiten ervan ern-
stig worden verwond aan hals, arm,
of hand als deze uit de auto steken.
In geval van beknelling, draait u di-
rect de bewegingsrichting om met
behulp van de betreffende schake-
laar.
3.21