7.7
Fig. 7.7
Schuif de stuurbuis van de vork (D) opnieuw door de balhoofdbuis en het balhoofd en draai
de stuurpenbouten (A) aan tot 8 Nm / 71 in-lbf.
Monteer de stuurpen op de stuurbuis (C).
Installeer de bovenste kap en de compressiebout (B) in de stermoer in de vork. Draai de
bout vast tot 3 Nm of totdat alle onderdelen stevig vastzitten.
Het mag niet mogelijk zijn om de afstandshouders van de stuurpen met de
hand te draaien wanneer het systeem voldoende is vastgemaakt.
Knijp met de fiets op de grond de voorrem dicht en beweeg de fiets naar voren en achteren
om na te gaan of het balhoofd goed op zijn plaats zit en er geen speling in het systeem
aanwezig is.
Inspecteer het systeem opnieuw en zorg dat het volgens de bovenstaande instructies is
gemonteerd. Draai de stuurpen vervolgens aan tot de aanbevelingen van de fabrikant.
Veeg overtollige vet weg en maak het schoon met isopropylalcohol om ophoping van vuil
B
te vermijden.
A
VERSTELPUNT
C
VERSTELBARE HORST-PIVOT (LAAG)
A
VERSTELBARE HORST-PIVOT (HOOG)
VERSTELBARE BALHOOFDLAGERSCHAAL (0°)
VERSTELBARE BALHOOFDLAGERSCHAAL (-1°)
D
VERSTELBARE BALHOOFDLAGERSCHAAL (+1°)
E
LENGTE
HOOGTE
HOEK
LIGGENDE
TRAPAS
BALHOOFDBUIS
ACHTERVORK
+ 4 mm
- 7 mm
- 0,5°
- 0 mm
+ 0 mm
+ 0°
+ 0 mm
0 mm
64,5°
+ 0 mm
- 2 mm
63,5°
+ 0 mm
+ 2 mm
65,5°
26