6 Voltooiing van de montage
Nadat de armatuurcontrole van de afzonderlijke kringen afgesloten is en u de armaturen
vergeleken heeft met de schema's, kunt u de montagewerkzaamheden afronden.
Voer de volgende stappen uit om de montage af te sluiten:
1. Open in de subdistributies (incl. de extern aangesloten subdistributies) alle
uitgangszekeringen (F1 tot max. F20).
a De in deze kringen geïnstalleerde armaturen worden uitgeschakeld.
2. Verwijder de zekeringen 2F103+ en 2F103- tot max. 2F109+ en 2F109- van de
aangesloten externe subdistributies.
3. Verwijder de accuzekeringen 2F4, 2F5, 2F6 en 2F7.
4. Verwijder de zekeringselementen 2F1, 2F2, 2F10.1 en 2F10.2.
5. Schakel de installatie spanningsloos door de externe hoofdschakelaar te openen en
beveilig de installatie tegen herinschakelen.
a De installatie is nu volledig buiten bedrijf gesteld.
26