■ De pomp en de pomphouder zijn bestand tegen de aanbevolen
reinigingsmiddelen (zie
pagina 44).
6.4.1 Reinigingsinstructies
Vereisten
■ De pomp is uitgeschakeld.
■ Het netsnoer en alle andere kabels zijn losgekoppeld.
■ De pomp is losgekoppeld van de houder.
■ De lucht is op kamertemperatuur (20 tot 25°C).
■ De gebruiker draagt geschikte beschermingsmiddelen.
Procedure
1. Plaats de pomp en de houder op een schoon oppervlak of een ondergrond die kan
worden weggeworpen. De deur kan van de pomp worden verwijderd zodat deze
eenvoudiger kan worden gereinigd.
OPMERKING: De deur mag worden ondergedompeld. Reinig de deur afzonderlijk met
stromend water.
2. Draai de pomp tijdens het reinigen niet om, om te voorkomen dat er vloeistof in het
batterijcompartiment lekt.
3. Gebruik gebruiksklare doekjes om het ergste vuil te verwijderen.
4. Veeg alle blootgestelde oppervlakken van de pomp (behuizing, toetsenblok,
schroefgebied, aansluitgedeelte voor de houder, enzovoort) grondig schoon, van boven
naar beneden. Veeg het blootgestelde pompmechanisme en het sensorgebied
(sondegeleider, paars inzetstuk) voorzichtig schoon.
Het wordt aangeraden minimaal 1 minuut lang te reinigen (laat de pomp 1 minuut lang
zichtbaar nat), tot al het organische materiaal is opgelost en verwijderd. Voorkom dat er
vloeistoffen in de pompbehuizing lopen, lekken of druppelen. Gebruik wattenstaafjes om
de contactpennen te reinigen.
Aanbevolen reinigings- en desinfectiemiddelen
45
op