14 | Installeren
3.5
Aansluiten elektrisch
GEVAAR: Door elektrocutie!
▶ Onderbreek voor de elektrische aansluiting de voe-
dingsspanning (230 V AC) naar de cv-installatie.
Alle regel-, besturings- en veiligheidscomponenten van het buffervat zijn
bedrijfsklaar bedraad en gecontroleerd.
230V
R1
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11121314
Afb. 16
Wanneer geen dubbele zonnebuis wordt gebruikt en de sensorkabel van
de collectortemperatuursensor T
aderdiameters gebruiken:
Kabellengte
50 m
100 m
Tab. 5 Toegestane kabellengten voor T
▶ Bij inductieve externe invloeden de kabels afgeschermd uitvoeren.
Daardoor zijn de elektrische kabels beschermd tegen externe invloe-
den (bijv. krachtstroomdraden, bovenleiding, trafostations, radio- en
TV-toestellen, amateurzenders, magnetrons enz.).
6 720 805 911 (2013/02)
ISM 1
230V AC
24V
R2
R3
TB
NTC1
NTC2 NTC3
BUS
1 2 3 4 5 6 B B
SP
TS
3
T
2
moet worden verlengd, de volgende
1
Doorsnede
2
0,75 mm
2
1,50 mm
1
Houd de veiligheidsmaatregelen conform NEN 1010 en speciale voor-
schriften van de lokale energiebedrijven aan.
Een gedetailleerde beschrijving van de elektrische aan-
sluiting vindt u in de installatiehandleiding van het cv-toe-
stel en de collector.
▶ Om inductieve beïnvloeding te vermijden: alle laagspanningskabels
van 230 V of 400 V geleidende kabels afzonderlijk installeren (mini-
male afstand 100 mm).
T
1
BUS
EMS
230V
230V AC
OUT
TS
3
6 720 805 904-11.1ITL
SP 400 SHU-2