Inhoudsopgave
Advertenties
20 | Uitbedrijfname
5
Uitbedrijfname
CV-installatie bij vorstgevaar buiten bedrijf stellen
▶ CV-installatie conform de bedieningshandleiding van het cv-toestel
buiten bedrijf stellen.
▶ Bij vorstgevaar en buiten bedrijf stellen het buffervat geheel leegma-
ken, ook het onderste gebied.
6
Milieubescherming
Milieubescherming is een ondernemingsprincipe van de Bosch-groep.
Kwaliteit van de producten, rendement en milieubescherming zijn voor
ons gelijkwaardige doelstellingen. Wetten en voorschriften op het ge-
bied van de milieubescherming worden strikt aangehouden.
Ter bescherming van het milieu gebruiken wij, rekening houdend met
bedrijfseconomische gezichtspunten, de best mogelijke techniek en ma-
terialen.
Verpakking
Voor wat de verpakking betreft, nemen wij deel aan de nationale verwer-
kingssystemen, die een optimale recyclage waarborgen.
Alle gebruikte verpakkingsmaterialen zijn milieuvriendelijk en kunnen
worden hergebruikt.
Oud apparaat
Oude apparaten bevatten materialen die hergebruikt kunnen worden.
De modules kunnen gemakkelijk worden gescheiden en de kunststoffen
zijn gemarkeerd. Daardoor kunnen de verschillende componenten wor-
den gesorteerd en voor recyclage of afvoeren worden aangeboden.
7
Inspectie en onderhoud
Het buffervat zelf is onderhoudsvrij!
Wij adviseren, na ca. 500 bedrijfsuren de eerste inspectie- of onder-
houdswerkzaamheden aan de zonne-installatie uit te voeren en daarna
met tussenposen van 2 – 3 jaar.
7.1
Reserveonderdelen
▶ Er mogen alleen originele onderdelen gemonteerd worden!
▶ Vraag reserve-onderdelen aan de hand van de reserve-onderdelenca-
talogus aan.
▶ Gedemonteerde afdichtingen en O-ringen vervangen door hogetem-
peratuurbestendige (minimaal 200 °C) nieuwe exemplaren die be-
stendig zijn tegen de zonneboilervloeistof.
7.2
Werkingsdruk van de cv-installatie controleren
Controleer de bedrijfsdruk van de cv-instalaltie en stel deze indien nodig
bij ( installatiehandleiding cv-toestel).
7.3
Bedrijfsdruk van de zonne-installatie controleren
WAARSCHUWING: Verbrandingsgevaar door hete
zonneboilervloeistof!
▶ Alleen wanneer de temperatuur van de zonneboiler-
vloeistof < 60 °C is, de dop op de automatische ont-
luchter openen ( afb. 22, [3], pagina 17).
Voor het bijvullen de slang vullen met zonneboilervloei-
stof. Daardoor wordt voorkomen, dat er lucht in het zon-
necircuit terecht komt.
6 720 805 911 (2013/02)
▶ Nogmaals ontluchten en de bedrijfsdruk op de bepaalde waarde in-
stellen ( Hoofdstuk "Bedrijfsdruk voor het zonnesysteem aanpas-
sen", pagina 17).
7.4
Zonneboilervloeistof controleren
OPMERKING: Schade door vorst!
▶ Controleer iedere twee jaar, of de benodigde vorstbe-
veiliging is gewaarborgd.
Naast de controle van de vorstbeveiliging adviseren wij: iedere 2 jaar de
corrosiebescherming (pH-waarde) in de zonneboilervloeistof controle-
ren.
Vorstbeveiliging van de warmtedragende vloeistof koelvloeistof L
Gewenste waarde voor de vorstbeveiliging: ca. -30 °C
▶ De vorstbeveiliging moet met de tester uit ons accessoireprogramma
worden gecontroleerd.
▶ Wanneer de grenswaarde -26 °C wordt overschreden, zonneboiler-
vloeistof vervangen.
-of-
▶ Vorstbescherming met bijvullen van concentraat warmtedragervloei-
stof corrigeren ( hoofdstuk "Vorstbeveiliging corrigeren",
pagina 21).
Vorstbeveiliging van de warmtedragende vloeistof koelvloeistof LS
Gewenste waarde voor de vorstbeveiliging: ca. -28 °C
▶ De vorstbeveiliging moet met de tester uit ons accessoireprogramma
worden gecontroleerd.
▶ De gemeten vorstbeveiliging conform tab. 10 omrekenen.
▶ Wanneer de grenswaarde -26 °C wordt overschreden, zonneboiler-
vloeistof vervangen.
-of-
▶ Vorstbescherming met bijvullen van concentraat warmtedragervloei-
stof corrigeren ( hoofdstuk "Vorstbeveiliging corrigeren",
pagina 21).
Met antivriestester gemeten
vorstbescherming bij
koelvloeistof L (concentraat)
– 23 °C (39 %)
– 20 °C (36 %)
– 18 °C (34 %)
– 16 °C (31 %)
– 14 °C (29 %)
– 11 °C (24 %)
– 10 °C (23 %)
– 8 °C (19 %)
– 6 °C (15 %)
– 5 °C (13 %)
– 3 °C (8 %)
Tab. 10 Vorstbeveiliging voor koelvloeistof LS omrekenen
Corrosiebescherming van de zonneboilervloeistof
Gewenste waarde voor de corrosiebescherming:
• Bij koelvloeistof L pH ca. 7,5
• Bij koelvloeistof LS pH ca. 7,5...10
▶ Controleer de corrosiebescherming met een pH-indicator.
▶ Wanneer de grenswaarde pH 7 wordt onderschreden, de zonneboi-
lervloeistof vervangen.
Vorstbeveiliging bij
koelvloeistof LS
– 28 °C
– 25 °C
– 23 °C
– 21 °C
– 19 °C
– 16 °C
– 15 °C
– 13 °C
– 11 °C
– 10 °C
– 8 °C
SP 400 SHU-2
Advertenties
Inhoudsopgave
