b
Wees voorzichtig!
Storing door onderbreking van de leidingen
en signaalstoring!
Bij een te lage trekontlasting kunnen elektri-
sche contacten worden geactiveerd.
Voedingskabels kunnen storingen in de sig-
naalkabels veroorzaken.
> Gebruik voor de laagspanningskabels niet
dezelfde trekontlasting als voor de
netkabels.
> Beveilig de leidingen met de trekontlastingen.
> Strip de draaduiteinden en voer de aansluitingen
volgens de hoofdstukken 5.8.1 t/m 5.8.3 uit.
Als u alle aansluitingen heeft aangebracht, gaat u als
volgt te werk:
> Sluit het achterste deel van het deksel van de schakel-
kast en druk erop tot u hoort dat dit vastklikt.
> Klap de schakelkast omhoog en vergrendel de scha-
kelkast met beide bouten (90° draaien).
> Sluit de frontklep.
> Schakel de netspanning in en controleer of het toestel
functioneert.
5.8.1
Voedingsleiding aansluiten
b
Wees voorzichtig!
Gevaar voor storingen in de elektronica!
Door netvoeding op verkeerde stekkerklem-
men van het systeem ProE kan de elektronica
worden vernietigd.
> Klem de voedingsleiding uitsluitend op de
daarvoor gemarkeerde klemmen.
De nominale netspanning moet 230 V bedragen; bij net-
spanning boven 253 V en onder 190 V is een slechtere
werking van het toestel mogelijk. De netvoeding moet
via een vaste aansluiting en een scheidingsinrichting
met minstens 3 mm contactopening (b.v. zekeringen of
vermogensschakelaar) aangesloten worden.
Installatiehandleiding ecoVIT exclusiv 0020077397_02
CV-toestel installeren 5
Afb. 5.11 Voedingsleidng aansluiten
> Leg de voedingsleiding naar het aansluitniveau in de
schakelkast zoals wordt weergegeven in afb. 5.11.
> Klem de voedingsleiding op de daarvoor bestemde
klemmen N, L en PE van de turkooise stekker.
i
Let erop dat de massakabel PE ca. 20 mm
langer dan N en L moet zijn.
-
+
7
8
9
L
N
3
4
5
BUS
-
+
7
8
9
L
N
3
4
BUS
5
23