w Gebruikersinstellingen voor de camera vastleggenN
Onder de standen <w>, <x> en <y> van het programmakeuzewiel
kunt u de meeste van de huidige camera-instellingen vastleggen,
waaronder uw favoriete opnamemodus, menu's, persoonlijke
voorkeuzen enzovoort.
Cameragebruikersinstellingen: [Wis instellingen]
Als u in stap 2 [Wis instellingen] selecteert, wordt de standaardinstelling
van de bijbehorende stand van het programmakeuzewiel hersteld (de
instelling die van kracht was voordat u de camera-instellingen vastlegde).
De procedure is hetzelfde als stap 3.
Selecteer
1
[Cameragebruikersinstelling].
Selecteer
[Cameragebruikersinstelling] op
het tabblad [7] en druk vervolgens
op <0>.
Selecteer [Registreren].
2
Draai aan het instelwiel <5> om
[Registreren] te selecteren en druk
vervolgens op <0>.
Leg de gewenste items vast.
3
Draai het instelwiel <5>naar de
positie van het programmakeuzewiel
waaronder de camera-instellingen
worden opgeslagen, en druk
vervolgens op <0>.
Als het bevestigingsdialoogvenster
wordt weergegeven, selecteert u [OK]
en drukt u op <0>.
De huidige camera-instellingen
(pag. 190) worden vastgelegd onder de
stand C* van het programmakeuzewiel.
187