Belichtingscompensatie met ISO auto
Als de ISO-snelheid is ingesteld op A (Auto) voor handmatige belichting,
kunt u de belichtingscompensatie (pag. 241) als volgt instellen:
• Gebruik onder [86: Aangepaste bediening], met
[
: Bel.comp. (Vasth., dr.
• Snel instellen (pag. 68)
Stel de belichtingscorrectiewaarde in terwijl u naar de indicator voor het
belichtingsniveau (de instelling) kijkt aan de onderkant van de zoeker of
op het LCD-paneel aan de bovenzijde.
Als ISO auto is ingesteld, wordt de instelling van de ISO-snelheid
aangepast aan de sluitertijd en het diafragma om de standaardbelichting
te verkrijgen. Daardoor verkrijgt u mogelijk niet het gewenste
belichtingseffect. Stel in dat geval de belichtingscompensatie in.
Als de flitser wordt gebruikt wanneer ISO auto is ingesteld, wordt
belichtingscompensatie niet toegepast, ook niet wanneer een
belichtingscorrectiewaarde is ingesteld.
Als in [z2: Auto Lighting Optimizer (Auto optimalisatie helderheid)]
<X> bij [Uitges. in modus M of B] wordt verwijderd, kan Auto Lighting
Optimizer (Auto optimalisatie helderheid) zelfs worden ingesteld in de
modus <a> (pag. 189).
Wanneer ISO auto is ingesteld, kunt u op de knop <A> drukken om de
ISO-snelheid te vergrendelen.
Wanneer u op de knop <A> drukt en vervolgens een nieuwe compositie
maakt, kunt u op de indicator voor het belichtingsniveau het verschil in
het belichtingsniveau zien in vergelijking met de eerste keer dat u op de
knop <A> drukte.
Als belichtingscompensatie (pag. 241) werd toegepast in de modus
<d>, <s> of <f> en de opnamemodus vervolgens naar <a> wordt
geschakeld met ISO auto ingesteld, blijft de al ingestelde waarde voor
belichtingscompensatie van kracht.
Met ISO auto ingesteld en [81: Belichtingsniveauverhogingen]
ingesteld op [1/2 stop, bel. comp. 1/2 stop], wordt
belichtingscompensatie met 1/2-stop toegepast met de ISO-snelheid
(1/3 stop) en sluitertijd. De weergegeven sluitertijd verandert echter niet.
a: Handmatige belichting
)] (pag. 456).
237