Bedieningsinstructies
21.6 Afregelen positioner eindstand OPEN (invers bedrijf)
Tabel 10
Mogelijke LED-weergave:
(zie afbeeldingen 50 en 52)
LED's lichten niet op
LED
(V27 geel) licht op
LED
(V28 groen) licht op
Multi-turn aandrijvingen SA 07.1 – SA 30.1/SAR 07.1 – SAR 30.1
met besturingseenheid AUMA MATIC AM 01.1/AM 02.1
Bij een standaarduitvoering leidt een maximaal ingangssignaal (E1 = 20 mA)
.
ertoe, dat de afsluiter in de eindstand OPEN wordt gebracht.
Door de codeerschakelaar S3-7 (afbeelding 52) in stand "1" te zetten kan de
.
signaaldefinitie omgekeerd worden (invers bedrijf).
Indien een RWG (optie) is ingebouwd, dienen de aansluitingen 7 (rood) en
5 (zwart) op de RWG-printplaat in de aandrijving (afbeelding 38) te worden
.
verwisseld.
Indien een potentiometer (optie) is ingebouwd, dienen de aansluitingen
21 (rood) en 22 (zwart) aan XA (aansluiting voor aandrijving te worden
verwisseld.
Vóór het instellen van de positioner dient men zich ervan te
vergewissen, dat het wegschakel- en draaimomentmecha-
nisme van de aandrijving en de terugmelding (hoofdstuk 16.
en 17.) ingesteld zijn.
.
.
Keuzeschakelaar (lokale bediening) in de stand PLAATSELIJK zetten.
.
Breng de aandrijving met drukknop
.
Het stuursignaal E1 van 0 resp. 4 mA activeren (zie schakelschema).
Potentiometer "t-off" (P10) tegen de wijzers van de klok in (linksom) tot aan
de aanslag draaien (afbeelding 52).
Het ontbreken van de signalen E1/E2 of een verkeerde polari-
teit wordt via LED (V10) "E1/E2 < 4 mA" (afbeelding 50 resp.
52) aangegeven
.
Op de meetpunten MP3 en MP4 een voltmeter (0 – 5 V) aansluiten om de
nominale waarde te meten (afbeelding 52).
Bij een nominale waarde E1 van 0 mA geeft de voltmeter 0 V aan.
Bij een nominale waarde E1 van 4 mA geeft de voltmeter 1 V aan.
Indien de nominale waarde (0 V resp. 1 V) niet juist is:
.
instelling van de nominale waarde in de controlekamer corrigeren.
Op de meetpunten MP2 en MP1 een voltmeter aansluiten om de werkelijke
waarde te meten.
Bij een werkelijke waarde E2 van 0 mA geeft de voltmeter 0 V aan.
Bij een werkelijke waarde E2 van 4 mA geeft de voltmeter 1 V aan.
Indien de meetwaarde niet juist is:
terugmelding opnieuw instellen overeenkomstig hoofdstuk 16. en 17. en
positioner opnieuw afregelen.
Vereiste instelling in eindstand OPEN:
(zie afbeeldingen 50 en 52)
potentiometer "0" (P3) iets naar rechts draaien tot LED
oplicht.
potentiometer "0" (P3) iets naar rechts draaien tot LED
uitgaat en LED
potentiometer "0" (P3) naar links draaien tot LED
vooralsnog niet meer oplicht.
Daarna potentiometer "0" (P3) iets naar rechts draaien tot LED
(V28 groen) weer oplicht.
in de eindstand OPEN.
(V28 groen) oplicht.
(V28 groen)
(V27 geel)
(V28 groen)
41