Montage en installatie
Pneumatische aansluiting
6.6
Pneumatische aansluiting
6.6.1
Luchtverbruik
Aandrijvingstype
A...
B...
B...5
C...
C...5
D...
E...
E...5
E...6
S...6
D...6
R...¹
S...¹
T...¹
T...6¹
U...6¹
1
Aandrijvingen met stapelcilinders voor het verhogen van de pneumatische
stelkracht bij lagere luchtdruk
6.6.2
Slangverbinding tot stand brengen
Voor een storingsvrij bedrijf moeten exact recht afgesneden persluchtslangen
worden gebruikt.
36
Verklaring !
Lasprocedés: Wij adviseren de laswerkzaamheden in het
automatische orbitaallasproces uit te voeren. Alle laswerkzaamheden
mogen uitsluitend door gecertificeerde lassers of machinebedieners
(orbitaallassers) worden uitgevoerd.
Behuizing-O-ringen: Bij de montage van het ventiel moeten de
behuizings-O-ringen altijd worden vervangen, opdat de dichtheid van
het ventiel later is gewaarborgd.
Aandrijf-Ø [mm]
99
109
109
135
135
170
210
210
210
261
170
170
210
210
210
261
3
Luchtverbruik (dm
n
slag)
3
dm
n bij 1,01325 bar,
bij 0°C volgens DIN
1343
0,16
0,26
0,34
0,42
0,54
0,70
1,10
1,40
2,00
3,20
1,30
1,60
2,00
3,10
4,00
5,10
430BAL008451NL_2
07.11.2018
/