Inhoudsopgave
Advertenties
2.3 Prikpennen
Voor een vingerprik meting is altijd een druppel bloed nodig. Deze druppel is te
verkrijgen met behulp van een speciale prikpen voor eenmalig gebruik. Wanneer
deze prikpen tegen de vinger wordt gedrukt, komt de naald automatisch kort naar
buiten, waardoor de prik wordt gezet. Dit prikpen mechanisme zorgt voor het altijd
juist zetten van de prik. De prikpennen zijn verkrijgbaar met verschillende
naaldlengten en dikten.
De keuze van de prikpen wordt bepaald door de huiddikte. Bij een dikkere huid is
bijvoorbeeld een langere naald nodig om een goede bloeddruppel te kunnen
genereren. Door te experimenteren met de prikpennen wordt duidelijk welk type
prikpen het beste resultaat oplevert. Zie hoofdstuk 4 'Het zetten van een correcte
vingerprik' voor de instructies voor het verkrijgen van een goede bloeddruppel en
het kiezen van de meest geschikte prikpen.
2.4 Diff-Safe
Voor een bloedmeting uit een standaard veneuze bloedafnamebuis (vacutainer) kan
de diff-safe gebruikt worden. De Diff-Safe past precies in de vorm van de Medimate
lab-chip om zo makkelijk mogelijk de druppel aan te brengen, zie figuur 16
2.5 Urine- en buffercontainers
Voor een urinemeting zijn twee containers nodig, zie figuur 10:
de urinecontainer met schenktuitje, waarin urine kan worden opgevangen,
•
de buffercontainer, welke 5 ml buffer bevat.
•
Figuur 9:
Om een vingerprik te zetten draait u
eerst het dopje los. Wanneer u de prikpen tegen
de vinger drukt wordt de naald automatisch
geactiveerd.
16
Advertenties
Inhoudsopgave
