Remmen Afstellen; Onderhoud Riemen; Riemen Controleren; Drijfriem Van Maaidek Vervangen - Toro TURBO FORCE Gebruikershandleiding
Verberg thumbnails
Zie ook voor TURBO FORCE:
- Gebruikershandleiding (52 pagina's) ,
- Gebruikershandleiding (52 pagina's) ,
- Gebruikershandleiding (48 pagina's)
Inhoudsopgave
Advertenties
Remmen afstellen
Als de parkeerrem niet goed werkt, moet u deze afstellen.
1. Parkeer de maaimachine op een horizontaal oppervlak,
schakel de aftakas uit en stel de parkeerrem in werking.
2. Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje en
wacht tot alle bewegende onderdelen tot stilstand zijn
gekomen voordat u de bestuurderspositie verlaat.
3. Controleer de rem voordat u deze afstelt; zie Remmen
controleren (bladz. 31).
4. Zet de parkeerrem vrij; zie Parkeerrem vrijzetten
(bladz. 14).
5. Draai de bovenste en onderste contramoeren (Figuur
36).
6. Om de rem af te stellen, verwijdert u de R-pen en
de gaffelpen van het onderste deel van de remhendel
(Figuur 36).
7. Draai de remstang in de gaffels.
•
Om de rem vaster te zetten, moet u de afstand op
de stang tussen de gaffels verlengen.
•
Om de rem losser te zetten, moet u de afstand op
de stang tussen de gaffels verkorten Figuur 36).
Opmerking: De remstang moet met dezelfde afstand
in beide gaffels worden gedraaid.
8. Zet de gaffel vast aan het onderste deel van de
remhendel met de R-pen en de gaffelpen (Figuur 36).
9. Draai de bovenste en onderste contramoeren vast
(Figuur 36).
10. Controleer opnieuw de werking van de rem; zie
Remmen controleren (bladz. 31).
Onderhoud riemen
Riemen controleren
Onderhoudsinterval: Om de 50 bedrijfsuren
Controleer de riemen op scheuren, gerafelde randen,
schroeiplekken, slijtage, tekenen van oververhitting of andere
schade. Vervang beschadigde riemen.
Drijfriem van maaidek
vervangen
Belangrijk: De bevestigingen op de deksels van deze
machine zijn zo ontworpen dat ze op het deksel blijven
zitten nadat de bevestiging is losgemaakt.
1. Schakel de aftakas uit en stel de parkeerrem in werking.
2. Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje en
wacht tot alle bewegende onderdelen tot stilstand zijn
gekomen voordat u de bestuurderspositie verlaat.
3. Ontgrendel en verwijder de kap van het draagframe.
4. Verwijder de bouten van de drijfriemkap en verwijder
de drijfriemkap.
5. Verwijder de drijfriem van de aftakas. Zie Drijfriem
van aftakas vervangen (bladz. 33).
6. Maak de veer van de arm van de spanpoelie los om
spanning van de arm en de spanpoelie te halen en gooi
de versleten riem weg (Figuur 37).
7. Plaats de nieuwe riem rond de 2 buitenste aspoelies,
de spanpoelie en in de onderste groef van de dubbele
aspoelie (Figuur 37).
8. Zet de veer van de arm van de spanpoelie vast (Figuur
37).
9. Monteer de drijfriem van de aftakas. Zie Drijfriem van
aftakas vervangen (bladz. 33).
10. Stel de riemgeleider zodanig af dat de afstand tot de
riem 3 mm bedraagt (Figuur 37).
11. Plaats de drijfriemkap op het maaidek en bevestig deze
met de bouten.
12. Plaats de kap van het draagframe op het maaidek en
maak de sluitingen vast.
32
Advertenties
Inhoudsopgave
