Belangrijk:
U mag de motor niet starten als
het ventiel open is.
Tips voor bediening en
gebruik
Algemene tips
Vertrouwd raken met de machine
Voordat u gaat maaien, moet u zich op een open
terrein oefenen in het gebruik van de machine. Start
en stop de motor. Rij de machine vooruit en achteruit.
Laat de maai-eenheden neer en hef ze op en schakel
de messenkooien in en uit. Als u zich vertrouwd
voelt met de machine, moet u zich oefenen in het
helling opwaarts en afwaarts rijden bij verschillende
snelheden.
GEVAAR
Als u werkt met de machine, moet u altijd de
rolbeugel gebruiken en de veiligheidsgordel
omdoen. Gebruik nooit een veiligheidsgordel
zonder rolbeugel.
Het waarschuwingssysteem
begrijpen
Als een waarschuwingslampje tijdens het gebruik gaat
branden, moet u de machine onmiddellijk stoppen en
het probleem verhelpen voordat u verder gaat met
maaien. Een machine met een defect kan ernstige
schade oplopen als deze wordt gebruikt.
Gras maaien
Start de motor en zet de gashendel op Snel. Zet
de activerings/blokkeringsschakelaar op Activeren
en gebruik de maai-/hefhendel om de maaidekken
omhoog en omlaag te brengen (de voormaaidekken
zijn zo ingesteld dat zij eerder naar beneden komen
dan de achtermaaidekken). Om vooruit te rijden en
het gras te maaien, moet u de tractiepedaal naar
voren intrappen.
De machine laten rijden in
Transportmodus
Zet de activerings-/blokkeringsschakelaar op
Blokkeren en hef de maaidekken op in de
transportstand. Zet de maai-/hefhendel in de
Transportstand. Wees voorzichtig als u tussen
objecten rijdt zodat u de machine of de maaidekken
niet per ongeluk beschadigt. Wees extra voorzichtig
wanneer u de machine op hellingen gebruikt. Rij
langzaam en maak geen scherpe bochten om
omkantelen te voorkomen. Om beter in balans
te kunnen blijven tijdens het sturen, moeten de
maaidekken zijn neergelaten tijdens het afdalen.
35