Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Tips Voor Bediening En Gebruik - Toro Groundsmaster 360 Gebruikershandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor Groundsmaster 360:
Inhoudsopgave

Advertenties

Van vierwielbesturing naar
tweewielbesturing schakelen
Druk de schakelaar voor de besturingsselectie
(Figuur
27) naar voren. Als de wielen niet voorwaarts
gecentreerd zijn, gaat het groene licht knipperen
en blijft de machine in vierwielbesturing tot de vier
banden recht vooruit gericht zijn. U moet het stuur
langzaam draaien om de wielen recht te brengen tot
het groene licht stopt met knipperen en aan blijft. Als
het licht van de schakelaar ononderbroken groen blijft,
staat de machine op tweewielbesturing.
Opmerking:
Als u het stuur te snel draait kan de
uitlijning van de besturing verlopen.
Van tweewielbesturing naar
vierwielbesturing schakelen
Druk de schakelaar voor de besturingsselectie
27) naar achteren. Als de wielen niet voorwaarts
gecentreerd zijn, gaat het groene licht knipperen
en blijft de machine in tweewielbesturing tot de vier
banden recht vooruit gericht zijn. U moet het stuur
langzaam draaien om de wielen recht te brengen tot
het groene licht stopt met knipperen en uit blijft. Als
het licht van de schakelaar ononderbroken uit blijft,
staat de machine op vierwielbesturing.
Opmerking:
Als u het stuur te snel draait kan de
uitlijning van de besturing verlopen.
Opmerking:
Als de uitlijning van de besturing
verlopen is na herhaald omschakelen van
tweewielbesturing naar vierwielbesturing zie dan
Corrigeren van het verlopen van de uitlijning van de
besturing (bladz.
47).
Tips voor bediening en
gebruik
SNEL-stand gashendel/Rijsnel-
heid
Om tijdens het maaien genoeg vermogen voor
de machine en het maaidek te behouden, moet
u de gashendel op S
NEL
aanpassen aan de omstandigheden. Verlaag de
rijsnelheid als de belasting van de maaimessen
verhoogt; verhoog de rijsnelheid als de belasting van
de messen verlaagt.
Maairichting
Maai afwisselend in verschillende richtingen om te
voorkomen dat er na verloop van tijd voren op de
grasmat ontstaan. Dit zorgt ook voor een betere
(Figuur
zetten en uw rijsnelheid
verspreiding van het maaisel, wat de vertering en
bemesting ten goede komt.
Maaisnelheid
Om de maairesultaten te verbeteren, moet u maaien
bij een lagere rijsnelheid.
Gras niet te kort afmaaien
Als de maaibreedte van het maaidek groter is dan die
van het maaidek dat u voorheen gebruikte, zet u de
maaihoogte één stand hoger. Hierdoor voorkomt u
dat oneffenheden te kort worden afgemaaid.
Kies de juiste maaihoogte-
instelling voor de omstandigheden
Verwijder bij het maaien ongeveer 25 mm of niet meer
dan ⅓ van de grassprieten. Bij zeer welig en dicht
gras moet u misschien de snelheid aanpassen en/of
de maaihoogte-instelling een stap omhoog zetten.
Belangrijk:
Als u meer dan 1/3 van de
grassprieten maait, of met dun lang gras of
in droge omstandigheden werkt, gebruik dan
messen met een platte vleugel om rondvliegend
kaf en vuil te verminderen en de druk op de
maaiaandrijving te matigen.
Lang gras
Als u het gras iets langer dan normaal hebt laten
groeien of als het een hoog vochtgehalte heeft, moet
u de maaihoogte hoger dan normaal instellen en het
gras op deze hoogte maaien. Maai het gras daarna
op de lagere, normale hoogte.
Houd de maaier schoon
Verwijder na elk gebruik maaisel en vuil van de
onderkant van het maaidek. Als zich gras en vuil in
het maaidek verzamelt, leidt dat uiteindelijk tot een
onbevredigend maairesultaat.
Houd de motor, geluiddemper, accubehuizing,
parkeerrem, maaidekken en de brandstofopslagplaats
vrij van overtollig vet, gras en bladeren om het risico
op brand te verminderen. Neem gemorste olie of
brandstof meteen op.
Onderhoud van maaimessen
Zorg gedurende het hele maaiseizoen voor een
scherp maaimes. Een scherp mes snijdt het gras
goed af zonder het te scheuren of te rafelen.
Door scheuren en rafelen wordt het gras bruin
aan de randen, waardoor het langzamer groeit en
32

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

312233123031236400000000

Inhoudsopgave