Storingen
Mogelijke oorzaken
Onvoldoende compressie:
▪ Klepspeling ver-
keerd.
▪ Slijtage van cilinder-
of zuigerveer.
In de versie met mechanische oliedrukbeveiliging (motor start niet)
Mogelijke oorzaken
Geen oliedruk.
Bij lage temperaturen (motor niet start)
Mogelijke oorzaken
Startlimiettemperatuur
naar beneden over-
schreden.
Voorgloeisysteem (op-
tie) defect.
Vorming van paraffi-
nekristallen in brand-
stof als gevolg van on-
voldoende kouderesis-
tentie.
96
Maatregel
Klepspeling controleren, indien
nodig instellen.
Contact opnemen met een
HATZ servicestation.
Maatregel
Oliepeil controleren.
Mechanische oliedrukbeveili-
ging inschakelen.
Maatregel
Voorgloeisysteem (optie) be-
dienen.
Contact opnemen met een
HATZ servicestation.
Controleren of uit de brandstof-
toevoerleiding heldere, dus
niet-troebele brandstof vrij-
komt. Wanneer er in de brand-
stof paraffinekristallen zijn ge-
vormd, motor ofwel laten ont-
dooien of het gehele brandstof-
systeem aftappen. Tempera-
tuur-resistent brandstofmeng-
sel tanken.
Handleiding
1D41, 1D42, 1D50, 1D81, 1D90
Paragraaf
8.2.7 Klepspeling
controleren en in-
stellen, pagina 82
Paragraaf
7.6 Oliepeil con-
troleren, pagina
58
7.3.2 Mechani-
sche oliedrukbe-
veiliging (optie)
inschakelen, pa-
gina 43
Paragraaf
7.4.3 Motor star-
ten met de elek-
trische startvoor-
ziening, pagina
51
4.5 Brandstof,
pagina 29
8.2.10 Brandstof-
filter vervangen,
pagina 87
HATZ