DE STANDAARDINSTELLINGEN VAN DE
PRINTERDRIVER WIJZIGEN
U kunt de standaardinstellingen van de printerdriver wijzigen volgens de onderstaande procedure. De hier
geselecteerde instellingen worden opgeslagen en als standaardinstellingen gebruikt wanneer met het apparaat
wordt afgedrukt vanuit een softwaretoepassing. (Instellingen die u in het instelvenster van de printerdriver hebt
geselecteerd bij het afdrukken vanuit een softwaretoepassing blijven geldig zolang de toepassing wordt gebruikt.)
1
Klik op de knop [Start] (
selecteer [Configuratiescherm] en dan
[Apparaten en printers weergeven].
• Klik in Windows XP/Server 2003 op de knop
[Start] en klik dan op [Printers en faxapparaten].
• Klik in Windows 8/Server 2012 met de
rechtermuisknop in het startscherm (of veeg
naar boven vanaf de onderrand van het
scherm) en klik op de taakbalk op [Alle apps] -
[Configuratiescherm] - [Apparaten en printers
weergeven] - [Printer].
Als in Windows XP [Printers en
Opmerking
faxapparaten] niet in het menu [start] wordt
weergegeven, selecteer dan
[Configuratiescherm], selecteer [Printers en
andere hardware] en vervolgens [Printers
en faxapparaten].
2
Open het instelvenster voor de
machine.
(1)
(1) Klik op het pictogram van de printerdriver
van de machine.
(2) Selecteer [Eigenschappen van printer].
Klik in Windows XP/Server 2003 op het
Opmerking
menu [Bestand].
) en
(2)
47
3
Klik op de knop
[Voorkeursinstellingen] op het tabblad
[Algemeen].
4
Configureer de instellingen en klik op
[OK].
Zie voor meer informatie over de instellingen de Help
van de printerdriver.
PRINTER