Montagehandleiding ECblue Basic
4.3
Opstelling in vochtige atmosfeer
Informatie
Bij langere stilstand in een vochtige atmosfeer wordt aanbevolen de motor/ventilator maandelijks
gedurende minstens 2 uur op 80 tot 100 % van het maximale toerental in gebruik te nemen, zodat
eventueel binnengedrongen vocht verdampt.
4.4
Motorverwarming
Voor een veilige werking tot de minimaal toegelaten omgevingstemperatuur (zie Technische
gegevens), is een continue stroomvoorziening nodig.
Wanneer de motor bij bestaande stroomvoeding niet wordt ingeschakeld (geen opgavesignaal,
uitschakeling via de vrijgave), schakelt de motorverwarming automatisch in bij een controller-
binnentemperatuur van -19 °C en bij een verwarming op -15 °C weer uit.
De verwarming vindt plaats via de wikkeling van de motor, daarbij wordt een stroom doorgevoerd die
geen draaiing kan veroorzaken.
4.5
Aansluiting conform UL en CSA in verschillende toepassingen
Alleen voor motoren / ventilatoren met overeen-
komstig keurmerk (
4.5.1
Aansluiting van de installatiebuizen conform NEC en CEC goedkeuring
Installatiebuizen
Opgelet!
De geïntegreerde toerentalveranderlijke aandrijvingen van de serie MK116 en MK152 voor
ventilatoren van het type ECblue voor de Noord-Amerikaanse economische ruimte (herkenbaar aan
het typeplaatje) zijn toegelaten als frequentieomvormer (Power-Conversion-Equipment) conform
UL508C.
Bovendien beschikken de motoren over een behuizing-beschermklasse 3 (Environmental type rating
class 3) conform UL50(E) voor de toepassing buiten (Outdoor-Use).
Hiervoor moeten in elk geval de volgende gegevens worden aangehouden:
•
Schroefadapter, metrisch op inch, die bestemd zijn voor de aansluiting van installatiebuizen
(Conduits) kunnen bij ZIEHL-ABEGG in verpakkingen met stuks worden besteld:
– voor MK116: onderdeelnummer 00297623
– voor MK 152: onderdeelnummer 00297624
•
Deze moeten worden gebruikt opdat de motor volgens de eisen van de NEC
Code, ANSI/NFPA 70) en UL508 aan de omstandigheden op locatie kunnen worden aangesloten.
•
De installateur/constructeur van de installatie moet voor de vakkundige aansluiting van de adapters
en buizen zorgen zodat er geen schade door binnendringend vocht of water kan optreden. Voor de
afdichting van de schroefverbindingen moet erop worden gelet dat de meegeleverde o-ringen
worden gebruikt. Bij het indraaien van de installatiebuizen in de schroefadapter moet afdichtband
worden gebruikt dat door de UL is goedgekeurd (bijv. Teflonband).
•
De tegenover de motor liggende zijde van de installatiebuizen moet worden afgesloten zodat er
door de lichte onderdruk die in de aansluitruimte heerst geen vocht en stof kunnen worden
aangezogen.
•
De sluitschroeven die bij de series MK116 en MK152 worden gebruikt zijn alleen bestemd voor het
transport, voor de installatie moeten deze worden verwijderd.
L-BAL-F052D-NL 2024 Index 009
vermogensplaatje)
Art.-nr.
12/50
Montage
®
(National Electrical