Aandrijfkettingen van de transport-wormen (4.5)
Onderhoudswerkzaamheden aan de aandrijfkettingen uitsluitend uitvoeren bij uitge-
schakelde motor.
Controleren van de kettingspanning:
- Beide wormen met de hand naar rechts en links draaien. De speling (A) bij de bui-
tenomtrek van de wormen dient hierbij 13-15 mm te zijn.
Bijspannen van de ketting:
- Bevestigingsschroeven (1) losdraaien.
- Met de schroeven (2) de juiste ket-
ting-spanning instellen.
- Schroefdraadpennen met een draai-
momentsleutel aanhalen tot 20 Nm.
- Daarna de schroefdraadpennen een
volledige slag losdraaien.
- De schroeven (1) weer vastdraaien.
2
A
schneckantr.tif/Schnecksp.tif
1
F 31