Brander inspecteren en onderhouden
8
Brander inspecteren en onderhouden
In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe de brander moet
geïnspecteerd en onderhouden worden.
Inspectie- en onderhoudsprotocol invullen
(zie hoofdstuk 8.12 "Inspectie- en
onderhoudsprotocol", pagina 41).
Bij het begin van de inspectie en het onderhoud moet u
de meetwaarden opnemen wanneer de brander draait.
Voor de daaropvolgende inspectie- resp.
onderhoudswerkzaamheden moet u de
verwarmingsinstallatie buiten werking stellen.
AANWIJZING VOOR DE GEBRUIKER
Wisselstukken kan u steeds bij het
Buderus-filiaal verkrijgen.
8.1
Meetwaarden opnemen, eventueel
corrigeren
Neem de meetwaarden conform punt 1 van het
onderhoudsprotocol op (zie hoofdstuk 7.6
"Meetwaarden opnemen resp. corrigeren",
pagina 25).
Vul de meetwaarden in (zie hoofdstuk 8.12
"Inspectie- en onderhoudsprotocol", pagina 41).
8.2
Branderkap en brander controleren
Controleer of er geen uitwendige vervuiling of
beschadiging is bij branderkap en brander.
Let met name op stof, corrosie, defecte olieleidingen
of stroomkabels en een beschadigde behuizing of
mantel.
8.3
Brandermotor op werking testen,
eventueel vervangen
Test de werking van de brandermotor en check de
werkingsgeluiden.
Wanneer er werkingsgeluiden hoorbaar zijn, duidt dit op
een beschadiging van de lagers.
Vervang de brandermotor.
Wijzigingen op basis van technische verbeteringen voorbehouden!
Inbedrijfstellings- en onderhoudsvoorschrift Blauwevlambrander Logatop BE-A K • Uitgave 01/2006
8
31