Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Brandstoftank Vullen; De Standaard Bestuurdersstoel Verstellen - Toro Groundsmaster 360 Gebruikershandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor Groundsmaster 360:
Inhoudsopgave

Advertenties

Stal de machine of het brandstofvat nooit in de
buurt van een open vuur, vonken of een waakvlam
zoals die van een boiler of een ander apparaat.
Probeer de motor niet te starten als u brandstof
hebt gemorst; voorkom elke vorm van open vuur
of vonken totdat de brandstofdampen volledig zijn
verdwenen.

Brandstoftank vullen

Aanbevolen brandstof
Gebruik uitsluitend schone, verse dieselbrandstof
of biodiesel met een laag (<500 ppm) of ultralaag
(<15 ppm) zwavelgehalte. Het cetaangetal moet
minimaal 40 zijn. Koop brandstof in hoeveelheden
die u binnen 180 dagen kunt gebruiken zodat u altijd
verse brandstof heeft.
Inhoud brandstoftank: 51 liter
Gebruik zomerdieselbrandstof (nr. 2-D) bij
temperaturen boven -7 °C en winterdieselbrandstof
(nr. 1-D of nr. 1-D/2-D-mengsel) bij temperaturen
beneden -7 °C. Gebruik van winterdieselbrandstof
bij lage temperaturen biedt een lager vlampunt en
een lager stolpunt. Dit vergemakkelijkt het starten en
vermindert de kans dat het brandstoffilter verstopt
raakt.
Gebruik bij temperaturen boven -7 °C zomer- in plaats
van winterdieselbrandstof om de brandstofpomp
langer te laten meegaan en meer vermogen te
ontwikkelen.
Belangrijk:
Gebruik geen kerosine of benzine
in plaats van dieselbrandstof. Als u deze
waarschuwing niet in acht neemt, leidt dit tot
beschadiging van de motor.
Geschikt voor biodiesel
Deze machine kan ook gebruik maken van een
dieselmengsel tot maximaal B20 (20% biodiesel,
80% petrodiesel). Het aandeel petrodiesel moet een
ultralaag zwavelgehalte hebben. Neem de volgende
voorzorgsmaatregelen in acht:
Her deel biodiesel van de brandstof moet voldoen
aan de specificatie ASTM D6751 of EN 14214.
Het dieselmengsel moet beantwoorden aan
ASTM D975 of EN 590.
Biodieselmengsels kunnen gelakte oppervlakken
beschadigen.
Gebruik B5 (biodieselinhoud 5%) of mengsels met
een lager percentage in koud weer.
Controleer alle afdichtingen, slangen en pakkingen
die in contact met brandstof komen, omdat zij
na verloop van tijd hierdoor kunnen worden
aangetast.
Nadat u bent overgestapt op een biodieselmengsel
kan het brandstoffilter een tijdlang verstopt raken.
Neem contact op met uw leverancier als u
informatie over biodiesel wenst.
Brandstof bijvullen
Opmerking:
Vul de brandstoftank na elk gebruik
indien dit mogelijk is. Dit beperkt mogelijke
condensvorming in de brandstoftank tot een minimum.
1. Parkeer de machine op een vlakke ondergrond,
stel de parkeerrem in werking, laat het maaidek
zakken, schakel de motor uit en verwijder het
contactsleuteltje uit het contact.
2. Reinig de omgeving van de tankdop en verwijder
de tankdop
(Figuur
1. Brandstofmeter
2. Dop van brandstoftank
Belangrijk:
de tank als de machine op een helling is
geparkeerd. De brandstof kan dan uit de
tank lopen.
3. Vul de brandstoftank tot aan de onderkant van
de vulbuis. Giet de brandstoftank niet te vol.
4. Draai de tankdop stevig vast. Neem eventueel
gemorste brandstof op.
De standaard
bestuurdersstoel verstellen
De bestuurdersstoel verstellen
U kunt de stoel naar voren en naar achteren
verschuiven. De stand van de stoel moet zo zijn
21
12).
Figuur 12
Verwijder de dop niet van
g014170

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

312233123031236400000000

Inhoudsopgave