d. Kopieer en plak de URL in het veldlabel Antwoord-URL's op de NAS.
6. Geef de Openbare sleutel op.
Opmerking
• De openbare sleutel moet een PEM-bestand zijn.
• U kunt een CA-certificaat converteren naar een openbare sleutel met een Linux-omgeving
of een OpenSSL.
7. Klik op Toepassen.
Opmerking
Het inlogscherm van uw NAS wijzigt en bevat een inlogmogelijkheid voor Azure SSO.
LDAP-verificatie
Een Lightweight Directory Access Protocol (LDAP)-directory is op een LDAP-server opgeslagen en bevat
informatie over gebruikers en gebruikersgroepen. Beheerders kunnen een LDAP gebruiken om gebruikers
in de LDAP-directory te beheren en met dezelfde inloggegevens verbinding met meerdere NAS-apparaten te
krijgen. Voor deze functie moet een LDAP-server actief zijn en is kennis van Linux-servers, LDAP-servers en
Samba vereist.
LDAP-verificatie handmatig configureren
1. Ga naar Configuratiescherm > Bevoegdheden > Domeinbeveiliging.
2. Selecteer LDAP-verificatie.
3. Selecteer het type LDAP-server.
4. Geef de volgende informatie op.
QTS 5.0.x Gebruikershandleiding
Bevoegdheidsinstellingen
117