Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Dynamiekparameters

Dynamische processors worden over het algemeen gebruikt voor het corrigeren en regelen van
signaalniveaus. U kunt ze echter ook creatief gebruiken om de volume-envelope van een geluid
te vormen. De AW2400 beschikt over uitgebreide dynamische processors voor alle
ingangskanalen, tapereturns en de bus- en stereo-uitgangen. Deze processors stellen u in staat
de signalen die door de mixer gaan te comprimeren, te expanderen, te companden, te gaten of
te ducken, waardoor u over een ongekende sonische kwaliteit en flexibiliteit beschikt.
I Compressor
dB
+20
Compressieverhouding = 2:1
+10
0
–10
Drempel = –20 dB
–20
–30
–40
–50
–60
–70
–70 –60 –50 –40 –30 –20 –10
Een compressor voorziet in een vorm van
geautomatiseerde niveauregeling. Door hoge niveaus te
verzwakken, dus in werkelijkheid het dynamische bereik
terug te brengen, maakt de compressor het veel
makkelijker om het signaal te regelen en de juiste
faderniveaus in te stellen. Terugbrengen van het
dynamische bereik betekent ook dat de opnameniveaus
hoger kunnen worden ingesteld, waardoor de signaal/
ruisverhouding wordt verbeterd.
Compressorparameters (CMP):
Parameter
Threshold (dB)
-54 tot 0 (541 punten)
Ratio
1.0, 1.1, 1.3, 1.5, 1.7, 2.0, 2.5, 3.0, 3.5, 4.0, 5.0,
6.0, 8.0, 10, 20,
Attack (ms)
0 tot 120 (121 punten)
Outgain (dB)
0 tot +18 (181 punten)
Knee
hard, 1, 2, 3, 4, 5 (6 punten)
Release (ms)
6 ms tot 46,1 s (160 punten)
• Threshold - bepaalt het ingangssignaalniveau dat nodig
is om de compressor te activeren. Signalen op een niveau
onder deze drempelwaarde worden onbewerkt
doorgegeven. Signalen op en boven deze drempelwaarde
worden gecomprimeerd met de hoeveelheid die wordt
aangegeven met de Ratio-parameter. Het triggersignaal
wordt bepaald met de KEYIN SOURCE-parameter.
• Ratio - regelt de hoeveelheid compressie - de wijziging
in het uitgangssignaalniveau ten opzichte van de wijziging
in het ingangssignaalniveau. Bij een 2:1-verhouding
bijvoorbeeld resulteert een wijziging van 10 dB in het
ingangsniveau (boven de drempel) in een wijziging van 5
dB in het uitgangsniveau. Bij een 5:1-verhouding
resulteert een wijziging van 10 dB in het ingangsniveau
(boven de drempel) in een wijziging van 2 dB in het
uitgangsniveau.
240
AW2400 Gebruikershandleiding
Dynamiekparameters
Knee = hard
dB
0
+10 +20
Ingangsniveau
Waarde
(16 punten)
• Attack - regelt hoe snel het signaal wordt
gecomprimeerd zodra de compressor wordt geactiveerd.
Bij een snelle attacktijd wordt het signaal bijna
onmiddellijk gecomprimeerd. Bij een langzame attacktijd
wordt de aanzet van een geluid niet beïnvloed.
• Out Gain - stelt het uitgangssignaalniveau van de
compressor in. Compressie heeft de neiging het
gemiddelde signaalniveau te verlagen. Out Gain kan
worden gebruikt om deze niveauvermindering teniet te
doen en een geschikt niveau in te stellen voor de volgende
stap in de audioketen.
• Knee - stelt de overgang van het signaal bij de drempel
in. Bij een 'hard knee' is de overgang tussen het
ongecomprimeerde en gecomprimeerde signaal abrupt.
Bij de zachtste knee, knee5, begint de overgang voordat
het signaal de drempel bereikt en eindigt deze gaandeweg
boven de drempel.
• Release - bepaalt hoe snel de compressor terugkeert naar
zijn normale versterking zodra het triggersignaal onder de
drempelwaarde komt. Als de releasetijd te kort is, herstelt
ook de versterking te snel, waardoor er opmerkelijke
pompende schommelingen in de versterking worden
veroorzaakt. Als deze te lang wordt ingesteld, heeft de
compressor niet genoeg tijd als er een nieuw
hoogniveausignaal verschijnt, waardoor dit niet goed
wordt gecomprimeerd.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave