Onderhoud
1
1. Olievuldop
2. Oliesmeringscontrolevenstertje
NOTA:
Het oliesmeringscontrolevenstertje geeft niet
het motoroliepeil aan. Gebruik het oliesme-
ringscontrolevenstertje om na te gaan of de
motor wordt gesmeerd met olie wanneer hij
draait.
6.
Steek de slang van de olieververser in
de olievulopening en zuig de olie vervol-
gens helemaal uit de motor met behulp
van de olieververser.
1
1. Olieververser
NOTA:
Wanneer u een olieverversingssysteem ge-
bruikt, kunt u stappen 7 en 8 overslaan.
7.
Houd een geschikte opvangbak klaar die
meer olie kan bevatten dan de totale
hoeveelheid motorolie in de motor. Ver-
wijder de aftapplug en pakking en houd
tegelijkertijd de opvangbak onder het af-
79
tapgat. Laat de olie helemaal uit de
motor lopen. Veeg eventueel gemorste
olie onmiddellijk op.
2
ZMU06769
1. Aftapschroef
2. Ring
NOTA:
Wanneer de olie niet vlot wegloopt, dient u
de kantelhoek te wijzigen of de buitenboord-
motor naar bak- en stuurboord te draaien om
de olie af te tappen.
8.
Breng een nieuwe pakking aan op de af-
tapplug. Breng een dunne laag olie aan
op de pakking en installeer de aftapplug.
Aandraaimoment van de aftapplug:
18 Nm (1.84 kgf-m, 13.3 ft-lb)
NOTA:
Als er geen momentsleutel beschikbaar is
wanneer u de aftapplug installeert, draai de
schroef dan met de vingers vast tot de pak-
ZMU06767
king in contact komt met het oppervlak van
het aftapgat. Draai hem vervolgens 1/4 tot
1/2 slag verder aan met een gewone sleutel.
Draai de aftapplug daarna zo vlug mogelijk
aan tot het correcte aandraaimoment met be-
hulp van een momentsleutel.
9.
Giet de correcte hoeveelheid olie in de
vulopening. OPGELET: Te veel olie in
de olietank kan lekkage of schade ver-
oorzaken. Wanneer het oliepeil hoger
is dan de bovenste peilmarkering,
2
1
ZMU06768