Inhoudsopgave
Advertenties
Cv-installatie vullen
Om het warmtepompcircuit makkelijker te kunnen ontluchten, wordt
aanbevolen om een ontluchtingsvoorziening op het hoogste punt van de
leiding tussen de binnen- en buitenunit in te bouwen.
▶ Koppel de elektrische voedingsspanning van de buitenunit en con-
ventionele warmte-opwekker los.
▶ Open alle ventielen in de cv-installatie.
▶ Indien aanwezig, andere automatische ontluchtingen in de cv-instal-
latie activeren.
▶ Waarborg het debiet door het geïntegreerde deeltjesfilter, open in-
dien nodig de kogelkraan.
▶ Vul de cv-installatie langzaam via de conventionele warmte-opwek-
ker.
Bedrijfsdruk
1,2–1,5 bar
Minimale vuldruk. Vul bij een koude cv-installatie de
installatie op een druk van 0,2-0,5 bar boven de
voordruk van het expansievat.
3 bar
Maximale vuldruk bij maximale cv-watertempera-
tuur: mag niet worden overschreden (overstortven-
tiel wordt geopend).
Tabel 11 Bedrijfsdruk
▶ Controleer, wanneer de druk niet constant blijft, of het expansievat
en de cv-installatie lekdicht zijn.
▶ Sluit de elektrische voedingsspanning voor de buitenunit en conven-
tionele warmte-opwekker weer aan.
Cv-installatie ontluchten
▶ Open het Servicemenu.
▶ Kies menu Diagnose en bevestig uw keuze.
▶ Kies menupunt Functietest en bevestig uw keuze.
▶ Kies menupunt Warmtepomp en activeer Ontluchtingsbedr..
▶ Indien aanwezig, andere circulatiepompen in de cv-installatie cy-
clisch in- en uitschakelen.
▶ Controleer de systeemdruk en vul, indien nodig, bij met water tot de
gewenste druk in de cv-installatie is bereikt.
▶ Ontlucht het systeem bij andere ontluchtingsventielen van de cv-in-
stallatie (bijv. radiator).
▶ Herhaal stap 1 tot 4 totdat de cv-installatie ontlucht is.
De complete ontluchting van het warmtepompcircuit kan tot wel
20 minuten duren.
▶ Activeer indien nodig de Ontluchtingsbedr. na 15 minuten op-
nieuw.
▶ Alle ingebouwde filters en met name het deeltjesfilter reinigen.
10.2
Na de inbedrijfname van de installatie filters reinigen
Tijdens de inbedrijfnamefase en tijdens het gebruik kunnen de deeltjes
die zich in het verwarmingssysteem bevinden het filter verontreinigen
en de functie van de pomp negatief beïnvloeden. Om een correct bedrijf
te waarborgen, moet na de inbedrijfname en voor de overgang naar con-
tinubedrijf het deeltjesfilter worden gereinigd.
CSH5800iAW O – 6721875004 (2024/01)
Inbedrijfname en instelling van de installatie
1
Afb. 42 Deeltjesfilter na de inbedrijfname en het onderhoud reinigen
▶ Sluit de onderhoudskranen boven en onder de pomp.
▶ Opvangbak plaatsen, om eventueel ontsnappend water op te van-
gen.
▶ Demonteer het deeltjesfilter op de afsluitkraan en spoel het onder
stromend water af.
▶ Bouw het deeltjesfilter weer in (handvast) en open de afsluitkranen.
Let op de juiste inbouwpositie van het filter (geleidingsnokken/uit-
sparingen).
OPMERKING
Open de afsluitkranen na het onderhoud van het filter en vervangen
van de pomp weer!
Monteer temperatuursensor TH2 weer na het onderhoud!
3. 3. 3.
2. 2. 2.
4. 4. 4.
1
Afb. 43 Uit- en inbouw van het deeltjesfilter (voorbeeld)
[1]
Deeltjesfilter
!
2
0010053556-001
1. 1. 1.
0010051046-001
29
Advertenties
Inhoudsopgave
