16 Datalogger
16.1 Configuratie van de datalogger
Voorbeeld
actuele tijd: 9:06 uur
instelling: Hele 10 minuten
Het bewaren wordt gestart om 9:10 uur.
Opmerking!
U dient er voor te zorgen dat de tijd op alle transmitters is gesynchroniseerd.
Op events gebaseerd starttijdstip
Speciale functies
Meetwaardegeheugen
Start het opslaan
→ Event based
Log interval, geen trig.
Log interval (trig.)
zie bijvoegsel A
• Kies een log interval op de keuzelijst waarmee de meetwaarden bewaard moeten worden als de event niet treedt in.
• Druk op ENTER.
• Als er geen meetwaarden bewaard moeten worden zolang de event niet treedt in, kiest u Uit.
• Druk op ENTER.
Speciale functies\Meetwaardegeheugen\Configuratie\Start het opslaan\Event based\
Log interval (trig.)
• Kies een log interval op de keuzelijst waarmee de meetwaarden bewaard moeten worden als de event treedt in.
• Druk op ENTER.
Speciale functies\Meetwaardegeheugen\Configuratie\Start het opslaan\Event based\
Buffertijd ->П
• Geef de tijdinterval aan waarin de meetwaarden bewaard moeten worden voordat de event wordt bereikt.
• Druk op ENTER.
130
Configuratie
Buffertijd →П
Buffertijd П→
Speciale functies\Meetwaardegeheugen\
Configuratie\Start het opslaan\
Event based
Als het bewaren van de meetwaarden bij een bepaalde
event moet beginnen, kiest u als starttijdstip Event
based.
De intreden van de event wordt aangegeven met een
ingang of een event trigger. Op de keuzelijst verschijnen
alle geconfigureerde ingangen en event triggers.
• Kies de ingang of event trigger waarmee de intreden van
de event aangegeven moet worden.
• Druk op ENTER.
Speciale functies\Meetwaardegeheugen\
Configuratie\Start het opslaan\
Event based\Log interval, geen trig.
De log interval geeft aan hoe vaak de meetwaarden
worden overgedragen of bewaard.
2022-11-01, UMFLUXUS_G831ST-HTV1-3NL
FLUXUS G831ST-HT