Inhoudsopgave
Advertenties
9 Meting
9.5 De parameters tonen
Diagnosewaarden
Met een druk op de toets ENTER kunt u tijdens de meting volgende diagnosewaarden in beeld brengen.
Tab. 9.4:
Diagnosewaarden
weergave
CrestFactor
PeakWidth
GainSymm
Sensortemperatuur
In de mode SuperUser en SuperUser uitgebr. kan tijdens de meting de sensortemperatuur in beeld worden
gebracht.
Als u op de toets
drukt, kunt u tijdens de meting scrollen naar de weergave van de sensortemperatuur.
Afb. 9.3:
Weergave van de sensortemperatuur
Opmerking!
Als het respecteren van de gespecificeerde sensortemperatuur gecontroleerd moet worden, dan kan zij op een event
trigger worden gezet.
9.5
De parameters tonen
De parameters kunnen tijdens het meten in beeld worden gebracht.
• Druk tijdens het meten op de knop BRK
Het volgende scherm verschijnt:
Afb. 9.4:
Keuzelijst in de programmavertakking Meting
1 – statusweergave
De meting loopt op de achtergrond door. In de statusweergave verschijnt het symbool
98
beschrijving
verhouding tussen nuttig signaal en stoorsignaal voor het kruiscorrelatie-principe, maatstaf voor
de betrouwbaarheid van de signaalevaluatie
De meetwaarde is geldig als de crestfactor hoger ligt dan de ingestelde drempelwaarde
(standaardinstelling: crestfactor > 6).
breedte van de correlatiepiek
Voor een betrouwbare signaalevaluatie moet de piekbreedte tussen 3 en 30 liggen.
maat voor de kwaliteit van de meetpuntinstallatie
0dB: ruwe signalen van A en B gelijk
±100 dB: ruwe signalen sterk verschillend
De waarde moet in de buurt van 0 dB liggen. Grote afwijkingen kunnen wijzen op problemen
met de sensorkoppeling of de buiswandsignalen.
.
1
FLUXUS G831ST-HT
.
2022-11-01, UMFLUXUS_G831ST-HTV1-3NL
Advertenties
Inhoudsopgave
