Inhoudsopgave
Advertenties
Bijlagen
Aanvullende tests
Ammoniak kan in isolatie worden vastgesteld, maar vaker in combinatie met andere tests van
leverschade of -disfunctie, zoals pre- en postprandiale galzuren.
Reactiereeks
NH
+ bromofenol blauw (ammoniakindicator)
blauwe kleurstof
3
Amylase (AMYL)
Dit gedeelte moet worden gelezen in combinatie met het gedeelte Lipase (LIPA).
De hoofdbron van serumamylase is de alvleesklier, hoewel de pathologie van de lever en dunne
darm kan leiden tot aanzienlijke verhogingen van dit enzym (hoger dan het referentiebereik).
Omdat amylase door de nieren wordt verwijderd, kan de nierpathologie ook leiden tot
verhoging van amylase onafhankelijk van alvleesklieraandoeningen.
Hoofdreden voor het uitvoeren van de test
Als een indicator van alvleesklieraandoeningen en mogelijk acute pancreatitis.
Meest voorkomende abnormaliteit aangegeven door de test
Acute necrotiserende pancreatitis.
Monstertype en voorzorgsmaatregelen
Verwijder plasma of serum direct uit de cellen of het stolsel. Gehemolyseerde monsters mogen
niet worden gebruikt. Gebruik geen oxalaat, citraat of EDTA-antistollingsmiddelen. Als plasma
wordt afgenomen, gebruik dan alleen monsters behandeld met lithiumheparine.
Bloedmonsters moeten worden afgenomen binnen één dag na het ontstaan van de symptomen
die duiden op acute pancreatitis.
Aanvullende tests
Amylase en lipase worden normaal gesproken in combinatie met elkaar vastgesteld. Evaluatie
van een uitgebreid chemisch profiel dat elektrolyten omvat, wordt over het algemeen
aangeraden vanwege secundaire effecten van acute pancreatitis. Specifieke alvleesklier-lipase
moet worden overwogen in vermoede gevallen van pancreatitis.
Reactiereeks
amylase
gekleurde sachariden
gekleurd amylopectine
Aspartaat-aminotransferase (AST)
Het enzym aspartaat-aminotransferase is in grote hoeveelheden aanwezig in meerdere
weefsels bij honden, katten en veel andere diersoorten. Hepatocyten, hartspiercellen en
spiercellen van het skelet hebben relatief hoge concentraties AST. Het wordt gevonden in het
cytoplasma en mitochondriën van de cellen en komt tijdens celletsel in het bloed terecht. Als er
geen toename van ALT wordt waargenomen in combinatie met een verhoogde AST bij de hond
en kat, is letsel aan de hartspiercellen of spiercellen van het skelet het meest waarschijnlijk.
Voor verhoogde AST-waarden met paard-, rundvee- en varkensmonsters, moet letsel van de
spiercellen van de lever, het hart en het skelet worden overwogen.
Hoofdreden voor het uitvoeren van de test
Om schade aan lever-, hart- of skeletspieren te onderzoeken.
34
Advertenties
Inhoudsopgave
