Inhoudsopgave
Advertenties
3.10.
Differentieelschakelaar - Uitschakelstroom
Voor meer informatie, zie handboek "Metingen op elektrische installaties in theorie en praktijk"
HOE VOERT MEN DE METING UIT ?
Fase 1
Volg fase 1 onder punt 3.7 Contactspanning, uitgezonderd de selectie van de RCD-functie
(differentieelschakelaar) -> zie volgende fase.
Fase 2
Selecteer de functie uitschakelstroom d.m.v. de FUNC (F1)-toets. De functie is geselecteerd als de
stijgstroom van de differentieelschakelaar wordt weergegeven (zie hierna).
Fig. 49: Beginmenu voor uitschakelstroom
Fase 3
Selecteer de nominale verliesstroom I∆ d.m.v. de I∆n (F2)-toets. Men kan de stroom instellen op
10, 30, 100, 300, 500 of 1000mA en deze wordt bovenaan op het scherm weergegeven.
Fase 4
Selecteer de startpolariteit van de teststroom d.m.v. de TYPE (F3)-toets. De geprogrammeerde
polarteit wordt weergegeven.
Fase 5
Verbind de testkabel met het testobject. Volg fase 5 onder punt 3.7.
Fase 6
Druk op de START-toets en laat weer los. Wacht totdat de meting beëindigd is (stroomstijging
wordt op het scherm weergegeven tijdens de meting). Daarna verschijnt het eindresultaat. Zie
hieronder.
Fig. 50: Voorbeeld van testresultaat uitschakelstroom
Ulim..
laatstgeprogrammeerde grenscontact-
spanning
Uci..
contactspanning bij uitschakel-
stroom I∆
t..
uitschakeltijd bij uitschakelstroom I∆
Ulpe..
netspanning tussen fasegeleider L en
aardingsgeleider PE
37
Advertenties
Inhoudsopgave
