Opslagruimte gebruiken
Versch. afdrukpos.:
Geef de afdrukpositie op het papier op. Stel de marges voor de boven- en linkerzijde van het papier in.
Menuopties voor Verzenden/opslaan
Opmerking:
❏ Afhankelijk van de items worden de instellingen die zijn geselecteerd toen het bestand in de opslagruimte werd
opgeslagen automatisch toegepast.
❏ De items zijn mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van andere instellingen die u hebt geconfigureerd.
Opgeslagen inst./Zwart-wit/Kleur:
Selecteer welke kleur het bestand moet hebben bij verzenden of opslaan.
Bestandsindeling:
Selecteer de bestandsindeling.
Wanneer u de PDF-, PDF/A- of TIFF-bestandsindeling selecteert, moet u aangeven of alle originelen
als één bestand (meerdere pagina's) moeten worden opgeslagen of dat elk origineel apart (één pagina)
moet wprden opgeslagen.
❏ Compressiever.:
Selecteer de compressiegrootte van de afbeelding.
❏ PDF-instellingen:
Wanneer u PDF hebt geselecteerd als het bestandstype, gebruik dan deze instellingen om PDF-
bestanden te beveiligen.
Als u een PDF-bestand wilt maken dat alleen met een wachtwoord kan worden geopend, stelt u
Wachtw. doc.openen in. Als u een PDF-bestand wilt maken dat alleen met een wachtwoord kan
worden afgedrukt of bewerkt, stelt u Wachtw. machtigingen in.
Resolutie:
Selecteer de resolutie.
Onderwerp:
Voer een onderwerp in voor de e-mail in alfanumerieke tekens en symbolen.
Max. grootte bijlage:
Selecteer de maximale bestandsgrootte die aan het e-mailbericht kan worden toegevoegd.
Bestandsnaam:
❏ Voorvoegsel bestandsnaam:
Voer een voorvoegsel in voor de naam van de afbeeldingen in alfanumerieke tekens en symbolen.
❏ Datum toevoegen:
Voeg de datum aan de bestandsnaam toe.
❏ Tijd toevoegen:
Voeg het tijdstip aan de bestandsnaam toe.
E-mailcodering:
Versleutel e-mails bij het verzenden.
>
De bestanden in de opslagruimte gebruiken
225
>
Menuopties voor afdrukken of opslaan