11.7 Toegangsmodus selecteren
Het toegangssysteem biedt verschillende mogelijkheden om het wisselcontact te activeren:
Alleen met vingerafdruk
Alleen met transponder
Alleen met PIN
Met transponder en PIN
Met PIN of transponder of vingerafdruk (fabrieksinstelling)
Alleen met 2 - 9 transponders (hier wordt bijvoorbeeld alleen toegang verleend als meerdere personen aanwezig
zijn en de toegangspoging vlak na elkaar uitvoeren (max. 5 seconden per persoon), bijv. bij bijzonder veiligheids-
relevante ruimtes - zo wordt een persoon alleen ondanks een geldige transponder geen toegang verleend)
De mastertransponder of de mastervingerafdruk kunnen niet worden gebruikt om het wisselcontact van
het toegangssysteem te activeren.
Ga als volgt te werk:
Start de programmeermodus op zoals beschreven in hoofdstuk 11.3 wordt beschreven zodat de LED rood gaat
knipperen.
Voer de programmeercode
Selecteer de gewenste toegangsmodus:
= Alleen met vingerafdruk
= Alleen met transponder
= Alleen met PIN
= Met transponder en PIN
+ (
.....
) = Multi-gebruikerstoegang
= Met PIN of transponder of vingerafdruk (fabrieksinstelling)
Verlaat de instelmodus met de toets
uitvoeren of de programmeermodus met de toets
voor de toegangsmodus in. De LED brandt dan geel.
Voorbeeld:
= alleen als 4 personen met een transponder direct na elkaar binnen max.
5 seconden per persoon een geldige toegangspoging doen, wordt het wisselcontact geacti-
veerd en de toegang verleend
. De LED knippert weer rood, u kunt nu de andere programmeringen
weer verlaten.
17