SOFTWAREARCHITECTUUR
Om te kunnen functioneren, heeft het appa-
raat een besturingssysteem en de software
van de toepassing nodig.
De instellingen / eigen aanpassingen
worden beheerd door de software van de
toepassing.
2
Fig. 32
1. Besturingssysteem
2. Software van toepassing
3. Instellingen / eigen aanpassingen
besturiNgssysteem
Het besturingssysteem levert de basis-
functionaliteiten voor het beheer van de
hulpbronnen, de communicaties met de
randapparatuur en de coördinatie van de
verschillende activiteiten.
Het besturingssysteem is nodig om de soft-
ware van de toepassing te kunnen installe-
ren en het apparaat te kunnen gebruiken.
Het updaten van het besturingssys-
teem wist het geheugen van de CPU
volledig, met inbegrip van de software
van de toepassing, de uitgevoerde in-
stellingen en eigen aanpassingen en de
statistische gegevens.
38
1
3
software vaN toepassiNg
De software van de toepassing dienst om
de functionaliteiten van het apparaat te
kunnen gebruiken en om de instellingen via
de grafische interface (GUI) te veranderen.
De software van de toepassing werkt niet
zonder het besturingssysteem.
Het updaten van de software van de
toepassing wist het besturingssysteem
en de uitgevoerde instellingen / eigen
aanpassingen niet.
iNsteLLiNgeN eN eigeN aaNpassiNgeN
Met de software van de toepassing kunt u
de recepten, afstellingen en de grafische
interface instellen en aan uw eigen behoef-
ten aanpassen.
De instellingen / eigen aanpassingen om-
vatten ook de database van de configura-
ties van het apparaat (lay-out).
Deze instellingen kunnen worden opge-
slagen om op andere apparaten te worden
geïmporteerd en gebruikt.
Alvorens de instellingen / eigen
aanpassingen op andere apparaten te
gebruiken, moet u de softwareversies
van de toepassing en van het bestu-
ringssysteem controleren.
Controleer of ze bijgewerkt zijn of min-
stens dezelfde versie hebben als die
van het apparaat vanwaar ze zijn geëx-
porteerd.
De instellingen / eigen aanpassingen
zijn niet compatibel met eerdere soft-
wareversies.
01-2018 5035 01