4
Gedeeltelijk of onjuist afdrukken
ä
Ê
Controleer de afdrukinstellingen
Zorg dat geen deel van het kaartontwerp dat moet worden afgedrukt, zich buiten de afdrukmarges bevindt.
Controleer de stand van het document (staand of liggend) in de configuratie van het printerstuurprogramma.
Ë
Controleer de interfacekabel
Als er onregelmatige tekens worden afgedrukt, controleert u of u daadwerkelijk de USB-kabel gebruikt die bij uw printer
is geleverd.
Controleer de verbinding tussen de computer en de printer.
Gebruik een andere kabel van hetzelfde type.
Ì
Controleer of de printer schoon is
Reinig de printer, met name de reinigingsrollen.
Raadpleeg de sectie over onderhoud.
Í
Controleer of de kaarten schoon zijn
Zorg er bij de opslag van uw kaarten voor dat deze beschermd worden tegen stof.
Î
Controleer het inktlint en de transferfilm
Controleer of het inktlint en de transferfilm correct geplaatst zijn.
Controleer of het inktlint en de transferfilm soepel doorlopen.
Ï
Controleer de printkop
Als er horizontale rechte strepen op afgedrukte kaarten verschijnen, is de printkop waarschijnlijk vuil of beschadigd.
Raadpleeg de sectie over onderhoud en probleemoplossing. Blijft het probleem optreden, neem dan contact op met
een Evolis-leverancier of ga naar de website www.evolis.com.
54