B. Start de motor, zie
C. Zet de hydraulische hefhendel naar achteren om
de laadbak omhoog te zetten; zie
hefhendel (bladz.
D. Zet de motor af; zie
E. Verwijder de laadbakbeveiliging van de
opberghaken op de achterkant van het paneel
van de rolbeugel en plaats de beveiliging op de
cilinderstang van de hefcilinder van de laadbak;
zie
De laadbakbeveiliging gebruiken (bladz.
3. Lijn de CVT-invoerslang uit op de aansluiting voor de
invoerslang aan de achterkant van het paneel van de
rolbeugel en maak de slangklem vast.
1. CVT-invoerslang
2. Slangklem
4. Verwijder de laadbakbeveiliging, laat de laadbak neer,
zet de motor uit en haal het sleuteltje uit het contact.
5
Vloeistofpeil controleren
Geen onderdelen vereist
Procedure
1. Controleer het peil van de motorolie voor- en nadat de
motor de eerste keer wordt gestart; zie
controleren (bladz.
2. Controleer het peil van de transmissievloeistof
voordat de motor de eerste keer wordt gestart; zie
Transmissievloeistofpeil controleren (bladz.
3. Controleer het peil van de motorkoelvloeistof voordat
de motor de eerste keer wordt gestart; zie
Motor starten (bladz.
Hydraulische
18).
Motor afzetten (bladz.
(Figuur
Figuur 7
3. Aansluiting voor
invoerslang
Motoroliepeil
23).
50).
(bladz.
29).
4. Controleer het peil van de remvloeistof voordat de
motor de eerste keer wordt gestart; zie
controleren (bladz.
29).
39).
7).
).
16
Remvloeistofpeil
26).