5 Functiecontrole
5.1 Termijnen
5.2 Functiecontrole uitvoeren
Voorwaarde
108
NL
MEDUCORE Standard
Betreffend onderdeel
Apparaat inclusief accessoires
•
De verbinding tussen apparaat en patiënt is losgemaakt.
•
Er zit een accu met een accustatus van minstens 1 LED in het
apparaat
of
het display geeft minstens de accustatus
•
De SD-kaart zit in de SD-kaartsleuf.
•
De hoofdkabel is aangesloten.
•
De pulsoxymetriesensor-aansluitkabel met
pulsoxymetriesensor is aangesloten.
1. De volgende onderdelen controleren op uitwendige
beschadigingen:
•
Apparaat
•
Verpakking van de defibrillatie-elektroden
•
Hoofdkabel
•
Paddels
•
ECG-kabel
•
Pulsoxymetriesensor-aansluitkabel
•
Pulsoxymetriesensor
•
NIBP-aansluitslang
•
NIBP-manchet
2
Termijn
•
Voor elk gebruik
•
Na elke herverwerking voor
hergebruik
•
Na elke reparatie
•
Na elke software-update
aan.