TNC configureren
Configuratie van de versie met twee processors: Zie
"Netwerkinstellingen", bladzijde 679.
Laat de TNC door een netwerkspecialist configureren
Houd er rekening mee dat de TNC een automatische
warme start uitvoert, wanneer u het IP-adres van de TNC
verandert.
Druk in de werkstand Programmeren/bewerken op de MOD-toets.
Voer het sleutelgetal NET123 in; de TNC toont het
hoofdbeeldscherm voor de netwerkconfiguratie.
Algemene netwerkinstellingen
Druk op de softkey DEFINE NET voor het invoeren van algemene
netwerkinstellingen en voer onderstaande informatie in:
Instelling
Betekenis
ADDRESS
Adres dat uw netwerkspecialist aan de TNC
moet toekennen. Invoer: vier door een punt
gescheiden getalwaarden , bijv.
160.1.180.20.Als alternatief kan de TNC het IP-
adres ook dynamisch van een DHCP-server
halen. In dit geval DHCP invoeren. Opmerking: d
e DHCP-koppeling is een FCL 2-functie.
MASK
SUBNET MASK dient om onderscheid te maken
tussen de net-ID en host-ID van het netwerk.
Invoer: vier door een punt gescheiden
getalwaarden, waarde bij de netwerkspecialist
opvragen, bijv. 255.255.0.0
BROADCAST
Het Broadcast-adres van de besturing is alleen
vereist wanneer u van de standaardinstelling
afwijkt. De standaardinstelling bestaat uit de
net-ID en host-ID, waarbij alle bits op 1 zijn
ingesteld, bijv. 160.1.255.255
ROUTER
Internet-adres van uw default-routers. Alleen
invoeren wanneer uw netwerk uit meerdere
deelnetten is opgebouwd. Invoer: vier door een
punt gescheiden getalwaarden; waarde bij de
netwerkspecialist opvragen, bijv. 160.1.0.2
HOST
Naam waaronder de TNC zich bij het netwerk
aanmeldt
DOMAIN
Naam van een domein van uw bedrijfsnetwerk
622
13 MOD-functies