Download Print deze pagina

Advertenties

Naslaggids
Lees deze handleiding a.u.b. voordat u deze machine gebruikt.
Bewaar deze handleiding na het lezen bij de machine, zodat u de informatie
NEDERLANDS
later snel kunt raadplegen.

Advertenties

loading

Samenvatting van Inhoud voor Canon CLC5151

  • Pagina 1 Naslaggids Lees deze handleiding a.u.b. voordat u deze machine gebruikt. Bewaar deze handleiding na het lezen bij de machine, zodat u de informatie NEDERLANDS later snel kunt raadplegen.
  • Pagina 3 Frontmatter CLC5151/CLC4040 iR C4580i/iR C4080i Naslaggids...
  • Pagina 4 Handleidingen voor de machine De handleidingen voor deze machine zijn als volgt verdeeld. Raadpleeg de betreffende handleidingen voor gedetailleerde informatie. De bij optionele apparatuur meegeleverde handleidingen zijn in de onderstaande lijst opgenomen. Afhankelijk van de systeemconfiguratie en het aangeschafte product, heeft u sommige handleidingen wellicht niet nodig. Handleidingen met dit symbool bevinden zich op de Handleidingen met dit symbool zijn gedrukte handleidingen.
  • Pagina 5 • Installatie van en instructies voor PS PS Driver Guide* printerstuurprogramma CD-ROM • UFR II Printerstuurprogramma installatie en UFR II Driver Guide* instructies CD-ROM • Installatie en instructies Mac OS X PS Mac PS Driver Guide* printerstuurprogramma CD-ROM • Installatie en instructies Mac OS X UFR II Mac UFR II Driver Guide* printerstuurprogramma CD-ROM...
  • Pagina 6 Aan het samenstellen van deze handleiding is veel aandacht geschonken. Omdat wij continu bezig zijn met de verbetering van onze producten, kunt u voor de meest recente technische gegevens contact opnemen met Canon.
  • Pagina 7 Aanvullende informatie ..........xviii Internationaal Energy Star programma (alleen CLC5151/iR C4580i) ....xix WEEE Richtlijn .
  • Pagina 8 Wat deze machine kan ........... . 2-2 Overzicht van de CLC5151/CLC4040/iR C4580i/iR C4080i ..... . . 2-5 Het touch panel display .
  • Pagina 9 Kleurenscanner-E1 ............3-17 Onderdelen en hun functies .
  • Pagina 10 Standaard lokale afdrukinstellingen ........4-53 Wijzigen van de taal die op het touch panel display verschijnt .
  • Pagina 11 Hoofdstuk 6 Instellingen systeembeheerder Instellingen voor de systeembeheerder aangeven ......6-3 Afdeling ID beheer............6-6 Afdeling ID, wachtwoord en paginalimiet opslaan .
  • Pagina 12 Hoofdstuk 7 Periodiek onderhoud Papierladen ............. 7-2 Bijvullen van papier .
  • Pagina 13 Neem contact op met uw Canon dealer........
  • Pagina 14 Voorwoord Bedankt voor uw aankoop van de Canon CLC5151/CLC4040/iR C4580i/iR C4080i. Lees deze handleiding voor gebruik zorgvuldig door, zodat u bekend raakt met de vele functies en deze optimaal kunt benutten. Bewaar deze handleiding na het lezen bij de machine zodat u de informatie later snel kunt raadplegen.
  • Pagina 15 Displays in deze handleiding De schermafbeeldingen van het touch panel display die in deze handleiding worden gebruikt, zijn van de CLC5151 met ingeschakelde Kleuren Universele Verzendkit en de volgende aangesloten optionele apparatuur: de Super G3 Faxkaart, Kleurenscanner-F1, Rugnieteenheid-W2, Ponseenheid-AG1 en Cassette module-Z1.
  • Pagina 16 Illustraties in deze handleiding De illustraties die in deze handleiding worden gebruikt, zijn van de CLC5151 met de volgende aangesloten optionele apparatuur: de Kleurenscanner-F1, Rugnieteenheid-W2, Ponseenheid-AG1 en Cassette module-Z1.
  • Pagina 17 Handelingen en terminologie in deze handleiding Deze machine maakt effectief gebruik van het geheugen om afdrukopdrachten zo efficiënt mogelijk uit te voeren. Zodra de machine bijvoorbeeld een origineel heeft gescand dat u wilt kopiëren, kan direct het origineel van een collega worden gescand. U kunt ook vanaf deze machine afdrukken met een andere functie dan de kopieerfunctie.
  • Pagina 18 Kopiëren Afdrukken van gegevens van een gescand origineel, gevolg door afwerkfuncties, zoals nieten.
  • Pagina 19 Naam van de machine Overeenkomstig de veiligheidsvoorschriften voor de landen waar deze apparatuur wordt verkocht, kan in plaats van de modelnaam een code tussen () worden geregistreerd. CLC5151 (F148000) CLC4040/iR C4580i (F148100) iR C4080i (F148200) Voorkomen van vervalsen van documenten Deze machine bevat een functie die behulpzaam is bij het voorkomen van vervalsingen.
  • Pagina 20 Laserveiligheid Dit product is geklassificeerd als een Klasse I laserproduct volgens IEC60825-1:1993 en EN60825-1:1994. Dit betekent dat het product geen gevaarlijke laserstraling produceert. Omdat de straling in de machine volledig is afgesloten met beschermende behuizingen en extra deksels, kan de laserstraal tijdens gebruik nooit ontsnappen. Verwijder nooit de beschermende afdichtingen of externe deksels, dit met uitzondering van de onderdelen die in de Naslaggids voor de machine zijn aangegeven.
  • Pagina 21 Internationaal Energy Star programma (alleen CLC5151/ iR C4580i) Als E partner heeft Canon USA, Inc. vastgesteld dat deze machine NERGY voldoet aan het E programma voor efficiënt gebruik van energie. NERGY Het internationale E programma voor kantoorapparatuur is een NERGY programma ter stimulering van energiebesparend gebruik van computers en andere kantoorapparatuur.
  • Pagina 22 Handelsmerken Canon, het Canon logo, CLC, iR, MEAP en NetSpot zijn geregistreerde handelsmerken en het MEAP logo en NetSpot Accountant zijn handelsmerken van Canon Inc. in de Verenigde Staten en kunnen ook handelsmerken of geregistreerde handelsmerken zijn in andere landen.
  • Pagina 23 Dit product wordt geleverd met gratis software en/of softwaremodules die door Canon Inc. of derden in licentie worden gegeven. Voor het gebruik en de distributie van deze software en/of softwaremodules zijn de volgende voorwaarden (a) t/m (e) van toepassing.
  • Pagina 24 Redistribution and use in source and binary forms are permitted provided that the above copyright notice and this paragraph are duplicated in all such forms and that any documentation, advertising materials, and other materials related to such distribution and use acknowledge that the software was developed by the University of California, Berkeley.
  • Pagina 25 Afwijzing van aansprakelijkheid De informatie in dit document kan zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd. CANON VERSTREKT GEEN GARANTIE OP DIT MATERIAAL, NOCH EXPLICIET NOCH IMPLICIET, MET UITZONDERING VAN HETGEEN HIERIN IS VERMELD, INCLUSIEF MAAR ZONDER BEPERKING TOT GARANTIES MET BETREKKING TOT DE VERKOOPBAARHEID, DE GESCHIKHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL, OF TEGEN INBREUK OP PATENTEN.
  • Pagina 26 Om onbevoegd gebruik van de machine te voorkomen Onbevoegd kopiëren kan worden voorkomen door gebruik te maken van de optionele sleutelschakelaar om zo het gebruik van de CLC5151/CLC4040/iR C4580i/iR C4080i te beheren. Het gebruik van deze sleutel dient altijd onder toezicht plaats te vinden.
  • Pagina 27 Indien dergelijke voorwerpen in de machine terechtkomen, zet de hoofdschakelaar van de machine dan onmiddellijk in de UIT-stand en verwijder het netsnoer uit de wandcontactdoos. Neem vervolgens contact op met uw Canon dealer. - Halskettingen en andere metalen voorwerpen - Bekers, vazen, bloempotten en andere voorwerpen gevuld met water of vloeistoffen...
  • Pagina 28 VOORZICHTIG • Installeer de machine niet op onstabiele plaatsen, zoals onstabiele platforms of hellende vloeren of plaatsen die blootstaan aan hevige trillingen. De machine kan hierdoor vallen of kantelen, hetgeen persoonlijk letsel tot gevolg kan hebben. • Blokkeer nooit de openingen of ventilatieroosters van de machine. Deze openingen zorgen voor een goede ventilatie van de onderdelen in de machine.
  • Pagina 29 Elektrische aansluiting WAARSCHUWING • Beschadig of modificeer nooit het netsnoer. Plaats ook geen zware voorwerpen op het netsnoer, trek er niet aan en voorkom dat het netsnoer knikt. Dit kan de elektrische bedrading beschadigen, hetgeen kan resulteren in brand of een elektrische schok. •...
  • Pagina 30 • Indien de machine vreemde geluiden maakt of rook, hitte of vreemde geuren produceert, zet de hoofdschakelaar dan onmiddellijk in de UIT-stand en verwijder het netsnoer uit de wandcontactdoos. Neem vervolgens contact op met uw Canon dealer. Blijft u de copier in zo'n situatie gebruiken, dan kan dit resulteren in brand of een elektrische schok.
  • Pagina 31 VOORZICHTIG • Plaats geen zware voorwerpen op de machine, deze voorwerpen kunnen vallen en persoonlijk letsel veroorzaken. • Sluit de aanvoer/het kopieerdeksel voorzichtig om te voorkomen dat uw handen bekneld raken. • Druk niet hard op het deksel van de aanvoer/glasplaat wanneer u de glasplaat gebruikt voor het kopiëren van dikke boeken.
  • Pagina 32 • Steek uw handen nooit in het gedeelte van het opvangblad waar het nieten plaatsvindt (in de buurt van de rollen) wanneer een finisher is aangesloten. U voorkomt hiermee de kans op persoonlijk letsel. Finisher-X1 Finisher-W1/Rugnieteenheid-W2 • De laserstraal kan schadelijk zijn voor het menselijk lichaam. Omdat de straling in de machine volledig is afgesloten met beschermende behuizingen en extra deksels, kan de laserstraal tijdens gebruik nooit ontsnappen.
  • Pagina 33 • Verwijder nooit de waarschuwingsetiketten die op de machine zijn aangebracht. • Als de laserstraal vrijkomt, kan dit ernstige beschadiging aan uw ogen veroorzaken. xxxi...
  • Pagina 34 Onderhoud en inspecties WAARSCHUWING • Bij het reinigen van de machine dient u eerst de hoofdschakelaar in de UIT-stand te zetten en vervolgens het netsnoer uit de wandcontactdoos te verwijderen. Met deze handelingen voorkomt u de kans op brand of een elektrische schok. •...
  • Pagina 35 VOORZICHTIG • De fixeereenheid en de omliggende onderdelen worden tijdens gebruik erg heet. Bij het verwijderen van vastgelopen papier of bij het controleren van de binnenzijde van de machine, dient u de fixeereenheid en de omliggende onderdelen niet aan te raken. Anders kan dit brandwonden of een elektrische schok tot gevolg hebben.
  • Pagina 36 Verbruiksmaterialen WAARSCHUWING • Verbrand geen tonercartridges en werp ze niet in open vuur. De resterende toner in de cartridges kan vlam vatten, hetgeen brandwonden of brand tot gevolg kan hebben. • Bewaar tonercartridges of papier niet in de buurt van open vuur. U voorkomt hiermee de kans dat de toner of het papier vlamvat, hetgeen kan resulteren in brandwonden of een brand.
  • Pagina 37 BELANGRIJK • Zorg dat de hoofdschakelaar in de UIT-stand staat voordat u de zekering inspecteert. • Indien na een inspectie een storing optreedt, neem dan contact op met uw Canon dealer. Controleren van de zekering Druk met de punt van een balpen of een soortgelijk voorwerp op de testknop.
  • Pagina 38 • Indien de zekering nog steeds niet naar de UIT-stand (" "-zijde) schakelt, ondanks dat u de bovenstaande procedure twee- of driemaal heeft uitgevoerd, neem dan contact op met uw Canon dealer. Zet de hendel van de zekering in de AAN-stand ("I" zijde). ( I zijde)
  • Pagina 39 Zet de hoofdschakelaar in de AAN-stand ("I"-zijde). ( I zijde) ( zijde) Vul de controlestaat op de volgende pagina in om uw periodieke inspecties van de zekering te noteren. xxxvii...
  • Pagina 40 Vul de datum van inspectie en de naam van de controleur in. Wanneer de inspectie succesvol is beëindigd, plaatst u een vinkje onder "OK". Is dit niet het geval, neem dan contact op met uw Canon dealer. (En plaats een vinkje onder "NG" (Niet Goed).)
  • Pagina 41 Voordat u deze machine gaat gebruiken HOOFDSTUK Dit hoofdstuk beschrijft wat u dient te weten voordat u deze machine gaat gebruiken, zoals onderdelen en hun functie en hoe u de hoofdschakelaar in de AAN-stand dient te zetten. Plaats van installatie en uit te voeren handelingen ......... 1-2 Voorzorgsmaatregelen bij de installatie .
  • Pagina 42 Plaats van installatie en uit te voeren handelingen Dit gedeelte beschrijft de voorzorgsmaatregelen voor installatie en behandeling van de copier. Wij raden u aan dit gedeelte te lezen voordat u met de machine gaat werken. Voorzorgsmaatregelen bij de installatie Vermijd installatie van de machine op de volgende plaatsen Vermijd plaatsen met extreme temperatuur en luchtvochtigheid, zowel hoog als laag.
  • Pagina 43 Vermijd ruimten met een slechte ventilatie. Deze machine genereert tijdens normaal gebruik een kleine hoeveelheid ozon. De gevoeligheid voor ozon kan variëren, maar deze hoeveelheid ozon is niet schadelijk. Wanneer de machine lang achter elkaar wordt gebruikt, kan de ozon vooral in slecht geventileerde ruimten nadrukkelijker aanwezig zijn. Het is aanbevolen dat de ruimte waarin de machine wordt gebruikt goed wordt geventileerd, voldoende om een plezierige werkomgeving te handhaven.
  • Pagina 44 Vermijd plaatsen waar zich trillingen voordoen. Vermijd bijvoorbeeld installatie van de machine op ongelijke vloeren of verhogingen. Voorkom dat de machine wordt blootgesteld aan snelle temperatuursveranderingen. Indien de ruimte waarin de machine is geïnstalleerd koud is en snel wordt verwarmd, dan kan zich aan de binnenzijde van de machine condens vormen.
  • Pagina 45 Installeer de machine niet bij televisies, radio's of soortgelijke elektronische apparatuur. De machine kan interfereren met de ontvangst van geluids- en beeldsignalen. Plaats de steker in een geschikte wandcontactdoos en bewaar zoveel mogelijk afstand tussen de machine en overige elektronische apparatuur. Verwijder nooit de stelvoetjes van de machine.
  • Pagina 46 Zorg voor voldoende installatieruimte Zorg rondom de machine voor voldoende ruimte zodat de machine goed kan functioneren. De optionele Kleurenscanner-F1 is aangesloten. 100 mm of meer 1.250 mm 1.660 mm De optionele Kleurenscanner-F1, Rugnieteenheid-W2, Ponseenheid-AG1 en Papiermagazijn-Y1 zijn aangesloten. 100 mm of meer 1.250 mm 2.700 mm Plaats van installatie en uit te voeren handelingen...
  • Pagina 47 Verplaatsen van de machine Als u van plan bent de machine te verplaatsen, zelfs als het naar een andere plaats op dezelfde verdieping is, neem dan eerst contact op met uw Canon dealer. Voorzorgsmaatregelen bij de behandeling Probeer de copier nooit te demonteren of te modificeren.
  • Pagina 48 Ziet u rook of hoort u een vreemd geluid, zet dan direct de hoofdschakelaar in de UIT-stand, haal de steker uit de wandcontactdoos en neem contact op met uw Canon dealer. Blijft u de machine in zo'n situatie gebruiken, dan kan dit leiden tot brand of een elektrische schok. Plaats ook geen voorwerpen rondom de wandcontactdoos, zodat u de steker in noodsituaties zo snel mogelijk kunt verwijderen.
  • Pagina 49 Gebruik geen spuitbussen, zoals spuitbussen met lijm, in de buurt van de machine. Dit kan een steekvlam tot gevolg hebben. Deze machine genereert tijdens normaal gebruik een kleine hoeveelheid ozon. De gevoeligheid voor ozon kan variëren, maar deze hoeveelheid ozon is niet schadelijk.
  • Pagina 50 VOORZICHTIG Canon adviseert de gegevens die op de harde schijf van de machine zijn opgeslagen regelmatig te dupliceren of er reservekopieën van te maken om te voorkomen dat deze gegevens verloren gaan bij een stroomstoring of probleem met de harde schijf. Noch Canon noch een service provider is aansprakelijk voor schade als gevolg van verlies van gegevens die waren opgeslagen op de harde schijf van de machine.
  • Pagina 51 Onderdelen en hun functies Dit gedeelte beschrijft de namen en functies van alle onderdelen aan de buitenzijde en de binnenzijde van de hoofdunit, het bedieningspaneel en het touch panel display. U ziet ook een illustratie van de machine met enkele aangesloten optionele systemen. Raadpleeg Hoofdstuk 3 "Optionele apparatuur"...
  • Pagina 52 a Middelste uitvoerblad e Testknop De afdrukken worden naar dit blad uitgevoerd. Druk op deze knop om de zekering periodiek te controleren. b Bedieningspaneel f Zekering Inclusief de voor de bediening van de machine vereiste toetsen, touch panel display en indicatoren. (Raadpleeg Signaleert een te hoge stroom of lekstromen.
  • Pagina 53 Binnenaanzicht De optionele Kleurenscanner-F1 en Cassette module-Z1 zijn aangesloten. 1-13 Onderdelen en hun functies...
  • Pagina 54 a Glasplaat (Kleurenscanner-E1 of e Doorvoereenheid Kleurenscanner-F1) Trek de doorvoereenheid naar buiten om papier te verwijderen dat aan de rechterkant van de machine is Plaats originelen hier wanneer u boeken, dikke originelen, vastgelopen. (Raadpleeg "Schermen die de locatie van het dunne originelen, transparanten, enz.
  • Pagina 55 Netspanning indicator op het origineel aan te geven. Als u de editingpen Licht op zodra de hoofdschakelaar in de AAN-stand wordt kwijtraakt, neem dan contact op met uw Canon dealer. gezet. Gebruik geen voorwerp met een scherp uiteinde, zoals een h Start toets potlood of een balpen, in plaats van de editingpen.
  • Pagina 56 Hoofdschakelaar en schakelaar voor bedieningspaneel De machine is uitgevoerd met twee schakelaars, een hoofdschakelaar en een schakelaar voor het bedieningspaneel plus een zekering die te hoge stromen of lekstromen detecteert. Het inschakelen van de hoofdschakelaar Dit gedeelte beschrijft hoe u de hoofdschakelaar dient in te schakelen. Controleer of de steker goed op de wandcontactdoos is aangesloten.
  • Pagina 57 Zet de hoofdschakelaar in de AAN-stand ("I"-zijde). De hoofdschakelaar bevindt zich aan de rechterzijde van de machine. ( I zijde) ( zijde) De netspanning indicator op het bedieningspaneel licht op wanneer de hoofdschakelaar in de AAN-stand staat. BELANGRIJK Indien de indicator van de hoofdschakelaar op het bedieningspaneel niet oplicht, ook al staat de hoofdschakelaar in de AAN-stand, controleer dan of de zekering in de UIT-stand staat.
  • Pagina 58 Het onderstaande scherm verschijnt wanneer de machine gereed is om te scannen. De machine is in circa vier minuten (bij de CLC5151) of vijf minuten (bij de CLC4040/ iR C4580i/iR C4080i) gereed om te scannen nadat het bovenstaande scherm verschijnt (bij een kamertemperatuur van 20°).
  • Pagina 59 Als geen login authentificatie met een login service (SDL of SSO) is ingesteld en MEAP bij Standaard instellingen (via het scherm Extra functies) is geselecteerd als de initiële functie: Het startscherm verschijnt tot de machine gereed is om te scannen. Nadat het startscherm is verdwenen, verschijnt het MEAP startscherm.
  • Pagina 60 Het scherm MEAP toepassingsprogramma wordt getoond. Als login authentificaite met een login service (SDL of SSO) is ingesteld: Het startscherm verschijnt tot de machine gereed is om te scannen. 1-20 Hoofdschakelaar en schakelaar voor bedieningspaneel...
  • Pagina 61 Nadat het opstartscherm is verdwenen, zal het MEAP opstartscherm verschijnen ongeacht de instellingen bij Instellen als initiële functie. BELANGRIJK • Als u de hoofdschakelaar in de UIT-stand zet, wacht dan minstens 10 seconden voordat u deze weer in de AAN-stand zet. Voor meer informatie over het opnieuw opstarten (de hoofdschakelaar UIT en weer AAN zetten) van de machine, raadpleegt u "Hoofdschakelaar en schakelaar voor bedieningspaneel"...
  • Pagina 62 • De machine kan in de Sluimer mode documenten vanaf een PC ontvangen en afdrukken. I-fax en faxdocumenten kunnen ook worden ontvangen terwijl de machine in de Sluimer mode staat. • Het duurt circa vier minuten voor de CLC5151 of vijf minuten voor de CLC4040/iR C4580i/iR C4080i om te herstellen nadat de Sluimer mode is uitgeschakeld.
  • Pagina 63 Houd de schakelaar van het bedieningspaneel langer dan drie seconden ingedrukt. Als de machine in de Sluimer mode staat, druk dan eenmaal op de schakelaar op het bedieningspaneel om de Sluimer mode te annuleren en houd de schakelaar op het bedieningspaneel vervolgens langer dan drie seconden ingedrukt.
  • Pagina 64 OPMERKING • Opdrachten die worden getoond op het scherm Opdrachtbevestiging zijn: - Huidige kopieer-, fax- en afdrukopdrachten (inclusief beveiligde afdrukopdrachten) - Kopieer- en afdrukopdrachten (inclusief beveiligde afdrukopdrachten) die wachten op verwerken • Op het scherm Opdrachtbevestiging zal de huidige opdracht op de eerste regel worden getoond en zullen de andere opdrachten worden verwerkt in de volgorde waarin ze zijn gereserveerd (maximaal zeven opdrachten).
  • Pagina 65 Druk op [Ja]. Dit wordt echter niet aanbevolen omdat hierbij gegevens verloren kunnen gaan die werden verwerkt of schade aan de machine kan optreden. Canon is niet aansprakelijk voor schade als gevolg van verlies van gegevens op de harde schijf. Neem voor meer informatie contact op met uw Canon dealer.
  • Pagina 66 OPMERKING • Als gevolg van het interne koelproces kan het 30 minuten duren voordat de machine volledig is uitgeschakeld. • Afhankelijk van de toepassing die u gebruikt, kan het meer dan een uur duren voordat de machine volledig is uitgeschakeld. •...
  • Pagina 67 Systeeminstellingen Het is noodzakelijk de machine als printer of als fax in te stellen voordat u de machine in een netwerk gaat gebruiken. Raadpleeg de volgende handleidingen of gedeelten voor instructies over het instellen van de machine: De machine aansluiten op het netwerk Raadpleeg de Beknopte netwerkhandleiding.
  • Pagina 68 1-28 Systeeminstellingen...
  • Pagina 69 Overzicht van de CLC5151/CLC4040/iR C4580i/iR C4080i ........
  • Pagina 70 Wat deze machine kan Alles wat u ooit nodig heeft bij een digitale, multi-tasking kleuren machine De CLC5151/CLC4040/iR C4580i/iR C4080i biedt een groot Kopiëren aantal invoer- en uitvoermogelijkheden die uw efficiency sterk zullen verhogen. Uitgevoerd met functies en mogelijkheden die voldoen aan de eisen van het moderne digitale kantoor,...
  • Pagina 71 Postbusfunctie Raadpleeg de Kopieer- en Postbushandleiding De Postbusfunctie stelt u in staat afbeeldingen of documenten die door de scanner zijn gescand op de harde schijf van de machine op te slaan. Dit geldt ook voor documenten die met een PC zijn gemaakt Afdrukken van samengevoegde documenten Scannen...
  • Pagina 72 PC. Netwerkscanner* Raadpleeg de Kleuren Netwerk ScanGear gebruikershandleiding De Netwerk scanfunctie stelt u in staat de CLC5151/ CLC4040/iR C4580i/iR C4080i te gebruiken als Origineel traditionele scanner. U kunt met deze machine een document scannen en de gegevens inlezen in een toepassingsprogramma waar u op uw computer mee werkt.
  • Pagina 73 [Systeem monitor] drukken om de functies te wijzigen. (Raadpleeg "Initiële functie bij het inschakelen" op pag. 4-25.) Om andere functies weer te geven, zoals een geïnstalleerde MEAP (Multifunctional Embedded Application Platform) toepassing, drukt u op [ ]. Overzicht van de CLC5151/CLC4040/iR C4580i/iR C4080i...
  • Pagina 74 Toetsen die op het touch panel display verschijnen Het scherm met basisfuncties voor kopiëren verschijnt onderstaand als voorbeeld. Pagina 1 van scherm met basisfuncties Scherm MEAP toepassingsprogramma (Groep A) Pagina 2 van scherm met basisfuncties (Groep B) Overzicht van de CLC5151/CLC4040/iR C4580i/iR C4080i...
  • Pagina 75 De functietoetsen verschijnen op twee schermen. U kunt ook de volgorde van de functietoetsen aanpassen bij functie weergave-instellingen onder Standaard instellingen (via het scherm Extra functies). (Raadpleeg "Initiële functie bij het inschakelen" op pag. 4-25.) Overzicht van de CLC5151/CLC4040/iR C4580i/iR C4080i...
  • Pagina 76 Afhankelijk van de optionele op de machine aangesloten apparatuur kan de bovenzijde van het touch panel display verschillen. Voor de CLC5151/CLC4040 De volgende tabel laat voor de CLC5151/CLC4040 de diverse combinaties van functietoetsen op het touch panel display zien. Aangesloten optionele apparatuur...
  • Pagina 77 Installatie van MEAP toepassingen stelt u in staat nieuwe gebruiksfuncties voor de machine te toe te passen. U kunt deze toepassingen ook de-installeren. OPMERKING Voor meer informatie over het installeren en de-installeren van MEAP toepassingen, raadpleegt u de MEAP SMS Administrator gids. Overzicht van de CLC5151/CLC4040/iR C4580i/iR C4080i...
  • Pagina 78 Standaard Authentificatie is geselecteerd als de standaard login service. Voor meer informatie over het selecteren en instellen van een login service anders dan de standaard authentificatie, raadpleegt u de MEAP SMS Administrator gids. 2-10 Overzicht van de CLC5151/CLC4040/iR C4580i/iR C4080i...
  • Pagina 79 • Printerinstellingen: De PS/PCL/UFR II Printerhandleiding • Netwerkinstellingen: De Netwerkhandleiding Het scherm Extra functies Het scherm Systeemfuncties BELANGRIJK Diverse items kunnen wellicht niet worden getoond als geen optionele Kleurenscanner-E1 of Kleurenscanner-F1 is aangesloten. 2-11 Overzicht van de CLC5151/CLC4040/iR C4580i/iR C4080i...
  • Pagina 80 . U kunt ook op de schakelaar voor het bedieningspaneel drukken om de machine opnieuw te activeren. OPMERKING De energiebesparing in de Energiebesparing mode kan worden ingesteld op '-10%', '-25%', '-50%' of 'Geen'. (Raadpleeg "Energiebesparing mode" op pag. 4-35.) 2-12 Overzicht van de CLC5151/CLC4040/iR C4580i/iR C4080i...
  • Pagina 81 De Spaarstand mode bespaart energie door het bedieningspaneel uit te schakelen en het energieverbruik van de fixeereenheid te reduceren (alleen bij de CLC5151) of door de voedingsspanning voor de optionele apparatuur (alleen bij de CLC4040/iR C4580i/iR C4080i) uit te schakelen wanneer de machine gedurende een bepaalde periode niet is gebruikt (nadat de laatste afdrukopdracht of toetsactie is uitgevoerd).
  • Pagina 82 Het scherm Systeem monitor (Afdrukken) Het scherm Systeem monitor (unit) Op het scherm Afdrukopdracht kunt u de prioriteit van afdrukopdrachten bevestigen, annuleren of wijzigen. Het scherm Afdrukopdracht 2-14 Overzicht van de CLC5151/CLC4040/iR C4580i/iR C4080i...
  • Pagina 83 (aan de linker onderkant van het scherm), wordt onderstaand beschreven: Pictogram (type opdracht) Beschrijving Kopieeropdracht Verzend/Fax opdracht Postbusopdracht Printeropdracht Rapportopdracht Netwerk scanopdracht Opdracht Extra functies Pictogram (Machinestatus) Beschrijving Fout Papierstoring Nietjesstoring Vervang tonercartridge Vervang de container met afvaltoner 2-15 Overzicht van de CLC5151/CLC4040/iR C4580i/iR C4080i...
  • Pagina 84 Door na het selecteren van een mode van kopieer- of postbusfunctie op te drukken, verschijnt een helpscherm met een toelichting op die mode. Lijstscherm Toont een lijst van de functies die via het hoofdmenu zijn geselecteerd. 2-16 Overzicht van de CLC5151/CLC4040/iR C4580i/iR C4080i...
  • Pagina 85 De procedure voor het maken van een kopie van een foto. Druk op [Kopiëren] [Type origineel-instellingen]. Controleer de gedetailleerde informatie voor de functie. Druk op [Probeer het] [Ja] om de functie te proberen te gebruiken. 2-17 Overzicht van de CLC5151/CLC4040/iR C4580i/iR C4080i...
  • Pagina 86 • Het prikbord kan alleen worden gebruikt als de machine is aangesloten op het netwerk. • Voor meer informatie over het wissen van het prikbord, raadpleegt u "Wissen van het prikbord" op pag. 6-23. Typen prikborden De volgende drie prikbordtypen zijn beschikbaar: Een prikbord zonder [Gereed] 2-18 Overzicht van de CLC5151/CLC4040/iR C4580i/iR C4080i...
  • Pagina 87 Automatische reset mode is geactiveerd. OPMERKING De Automatische reset mode zal niet inschakelen als de automatische resettijd is ingesteld op "0". Een prikbord waar de melding verschijnt in het gedeelte met informatie over Opdracht-/Afdrukstatus Weergavegedeelte Opdracht/Afdrukstatus 2-19 Overzicht van de CLC5151/CLC4040/iR C4580i/iR C4080i...
  • Pagina 88 Extra functies), zal het opgegeven aantal kopieën en de geschatte duur voordat de huidige opdracht is voltooid, worden getoond bij Opdracht/Afdrukstatus. OPMERKING De geschatte tijd wordt niet getoond wanneer de wachttijd minder is dan één minuut. Raadpleeg "Status weergave Aantal kopieën/Opdrachtduur" op pag. 4-58). 2-20 Overzicht van de CLC5151/CLC4040/iR C4580i/iR C4080i...
  • Pagina 89 Er zijn vier verschillende papiervulindicators, zoals hieronder is weergegeven: Display Resterend papier Papierlade is ca. 50% - 100% gevuld. Papierlade is ca. 10% - 50% gevuld. Papierlade is minder dan 10% gevuld. Papierlade is leeg. 2-21 Overzicht van de CLC5151/CLC4040/iR C4580i/iR C4080i...
  • Pagina 90 Versch. orig. formaten, Omslag/Scheidingsblad, Nieten (Dubbel), Transparant scheidingsbl., Omkaderen, XY Zoom, Beeldverschuiving of Beeldherhaling mode is ingesteld, of een niet-standaard papierformaat is aangegeven. (Raadpleeg Hoofdstuk 8 "Aanpassen van instellingen" in de Kopieer- en postbushandleiding.) 2-22 Overzicht van de CLC5151/CLC4040/iR C4580i/iR C4080i...
  • Pagina 91 Met het touch panel display Dit gedeelte beschrijft de toetsen van het touch panel display die regelmatig worden gebruikt. U treft ook informatie aan over het aanpassen van de helderheid van het touch panel display. VOORZICHTIG Druk voorzichtig met uw vinger of de editingpen op de toetsen van het touch panel display. Druk nooit met een pen, potlood of andere scherpe voorwerpen op het oppervlak van het touch panel display.
  • Pagina 92 Weergave van een toets op het touch panel display Zodra u op een toets op het touch panel display drukt, dan licht die toets op en zal de bijbehorende mode zijn ingesteld. Wanneer u bepaalde instellingen aangeeft, zullen de tekens op sommige toetsen lichtgrijs worden.
  • Pagina 93 Toetsen met een gekleurd driehoekje ( ) aan de rechter onderzijde en die verschijnen op schermen voor het opslaan van instellingen, zijn toetsen waaronder al instellingen zijn opgeslagen. Instellingen zijn opgeslagen Er zijn geen instellingen opgeslagen Toetsen die een keuzelijst aangeven Door op een toets te drukken met een omlaag gericht driehoekje ( ) aan de rechterkant van de naam van de selectie, verschijnt een keuzelijst met andere in te stellen opties.
  • Pagina 94 Aanpassen van de helderheid Indien het touch panel display moeilijk is af te lezen, kunt u de knop voor displaycontrast op het bedieningspaneel gebruiken om de helderheid aan te passen. Lichter Donker- OPMERKING Voor een lichter touch panel display draait u de knop linksom. Voor een donkerder display draait u de knop rechtsom.
  • Pagina 95 De procedure voor het invoeren van tekens met de Invoer mode is als volgt. Invoer mode Voorbeeld Procedure Alfanum. Canon Voer 'Canon' in. Symbool é Druk op [é]. Om hoofdletters in te voeren, drukt u op [Hfdletters]. Om een spatie in te voeren, drukt u op [Spatie].
  • Pagina 96 OPMERKING • Als u bij het invoeren van tekens een vergissing maakt, drukt u op [ ] of [ ] om de cursor te verplaatsen druk op [Backspace] om de tekens te wissen voer de juiste tekens in. • Om alle tekens te verwijderen die u heeft ingevoerd, drukt u op •...
  • Pagina 97 Invoeren van het afdeling ID en het wachtwoord Als Afdeling ID beheer is ingesteld, dient u het Afdeling ID en wachtwoord in te voeren voordat u deze machine kunt gebruiken. OPMERKING • Voor meer informatie over het instellen van het Afdeling ID en wachtwoord, raadpleegt u "Afdeling ID beheer"...
  • Pagina 98 OPMERKING Als u tijdens invoer van het Afdeling ID of wachtwoord een vergissing maakt, drukt u op voer de juiste waarden in. Druk op (Inloggen/Uitloggen). WXYZ Log In/Out Het scherm Basisfuncties van de geselecteerde functies verschijnt op het touch panel display. OPMERKING Als u een verkeerd Afdeling ID of wachtwoord heeft ingevoerd, verschijnt de melding <Dit nummer is niet opgeslagen.
  • Pagina 99 Wanneer uw handelingen zijn voltooid, drukt u op (Inloggen/ Uitloggen) op het bedieningspaneel. Indien u een controlekaart gebruikt, verwijder dan de kaart en houd deze bij u. Raadpleeg "Kaartlezer-D1" op pag. 9-18). WXYZ Log In/Out OPMERKING • Om handelingen opnieuw uit te voeren, dient u opnieuw uw Afdeling ID en wachtwoord in te voeren.
  • Pagina 100 Gebruik een Login Service Als u de machine beheert met een login service, zoals SDL (Simple Device Login) of SSO (Single Sign-On), voer dan de gebruikersnaam en het wachtwoord in voordat u deze machine gaat gebruiken. OPMERKING • SDL en SSO worden als voorbeelden gebruikt om de procedure toe te lichten. Als u een andere login service gebruikt, kan de login procedure afwijken.
  • Pagina 101 BELANGRIJK • Om het Domein authentificatiesysteem van SSO (inclusief domein authentificatie met het 'Domein authentificatie + Lokale apparaat authentificatie' systeem) te kunnen gebruiken, is een Windows server met geïnstalleerd Active Directory en Security Agent noodzakelijk. • Als er meer dan 30 minuten verschil is tussen de huidige tijd in het register van de compueter die werkt met Windows Active Directory en de tijd in de machine, dan zal een fout optreden als u inlogt met het Domein authentificatie systeem van SSO (inclusief wanneer domein authentificatie wordt uitgevoerd met het 'Domein authentificatie + Lokale apparaat authentificatie' systeem).
  • Pagina 102 Voer de gebruikersnaam in druk op [OK]. Druk op [Wachtwoord]. Het SDL inlogscherm 2-34 Gebruik een Login Service...
  • Pagina 103 Voer het wachtwoord in druk op [OK]. OPMERKING Als u het Domein authentificatiesysteem van SSO gebruikt (inclusief het 'Domein authentificatie + Lokaal apparaat authentificatie'), selecteer de loginbestemming dan uit de keuzelijst. Druk op [Aanmelden]. U kunt ook op (Inloggen/Uitloggen) drukken in plaats van op [Aanmelden] om in te loggen. Het scherm met basismogelijkheden voor de geselecteerde functie (of het scherm met MEAP toepassingen) verschijnt op het touch panel display.
  • Pagina 104 Wanneer uw handelingen zijn voltooid, drukt u op (Inloggen/ Uitloggen) op het bedieningspaneel. WXYZ Log In/Out Nu verschijnt het scherm voor invoer van de gebruikersnaam en het wachtwoord. OPMERKING • Om handelingen opnieuw uit te voeren, dient u opnieuw uw gebruikersnaam en wachtwoord in te voeren.
  • Pagina 105 Plaatsen van originelen U kunt met deze machine alleen originelen scannen als de optionele Kleurenscanner-E1 of Kleurenscanner-F1 is aangesloten. Plaats uw originelen op de glasplaat of in de aanvoer - dit is afhankelijk van de afmetingen en het type origineel en de kopieerinstellingen die u wilt gebruiken. OPMERKING Als het origineel teveel pagina's telt om in één keer in de aanvoer te plaatsen, gebruik dan de Opdrachtsamenstelling mode op het scherm met Speciale functies.
  • Pagina 106 Oriëntatie U kunt een origineel verticaal of horizontaal plaatsen. Plaats de bovenrand van uw origineel tegen de achterrand van de glasplaat (bij de pijl in de linker bovenhoek) of tegen de achterrand van de aanvoer. Glasplaat Plaats het Plaats het origineel met origineel met de tekstzijde...
  • Pagina 107 OPMERKING • Als de bovenrand van het origineel niet tegen de achterrand van de glasplaat ligt (bij de pijl in de linker bovenhoek), zullen uw originelen wellicht niet goed worden gescand. Dit is afhankelijk van de kopieer mode die u heeft ingesteld. •...
  • Pagina 108 Open de aanvoer/het kopieerdeksel. Sensor BELANGRIJK Deze machine is uitgevoerd met een open/dicht sensor op de aanvoer/het kopieerdeksel (zie omcirkelde gedeelte in de bovenstaande illustratie). Wanneer u originelen op de glasplaat wilt plaatsen, dient u de aanvoer/kopieerdeksel ca. 300 mm te openen zodat de sensor vrij komt van de aanvoer/het kopieerdeksel.
  • Pagina 109 De zijde van het origineel die u wilt kopiëren dient naar beneden te zijn gericht. Plaats de bovenrand van uw origineel tegen de achterrand van de glasplaat (bij de pijl in de linker bovenhoek). Plaats boeken en andere ingebonden originelen op dezelfde wijze op de glasplaat. OPMERKING Wanneer u een A4 of A5 origineel vergroot op A3 papier, plaatst u het origineel horizontaal op de glasplaat en tegen de A4R of A5R markering.
  • Pagina 110 VOORZICHTIG • Sluit de aanvoer/het kopieerdeksel voorzichtig om te voorkomen dat uw handen bekneld raken. • Druk niet hard op het deksel van de aanvoer/glasplaat wanneer u de glasplaat gebruikt voor het kopiëren van dikke boeken. U voorkomt hiermee beschadiging van de glasplaat en kans op persoonlijk letsel.
  • Pagina 111 Aanvoer (Kleurenscanner-F1) U dient de aanvoer te gebruiken wanneer u meerdere originelen tegelijk wilt kopiëren. Plaats de originelen in de aanvoer en druk op . De machine zal de originelen automatisch naar de glasplaat transporteren en ze daar scannen. Dubbelzijdige originelen kunnen automatisch worden omgedraaid en gescand als dubbelzijdige documenten.
  • Pagina 112 Stel de geleiders in op het formaat van uw originelen. Plaats uw originelen met de te kopiëren zijde naar boven in het originelenblad. Plaats uw originelen zo ver mogelijk in de aanvoer tot de Originelenindicator oplicht. Originelen indicator 2-44 Plaatsen van originelen...
  • Pagina 113 Het volgende scherm verschijnt als verontreiniging van het scangedeelte wordt gesignaleerd wanneer u de originelen in de aanvoer plaatst. Zelfs als strepen op uw kopieën verschijnen, kunt u doorgaan met scannen door op [Gereed] te drukken. Aanbevolen wordt de aanvoer te openen, het scangedeelte te reinigen en daarna de aanvoer weer te sluiten.
  • Pagina 114 Afdrukken via de papiertafel Als u afdrukken maakt op calqueerpapier, etiketten, tabbladen, transparanten, niet-standaard papierformaat of enveloppen, plaats het papier dan op de papiertafel. BELANGRIJK • Let op de volgende punten wanneer u de papiertafel gebruikt: - Hoeveelheid papier: één tot ca. 100 vel (80 g/m ), stapelhoogte ca.
  • Pagina 115 Gebruik bij het scannen van deze type originelen de Handmatige papierselectie mode: - Erg doorzichtige originelen, zoals transparanten - Originelen met een erg donkere achtergrond • Enveloppen kunnen tijdens het afdrukken kreukelen. • Gebruik voor afdrukken met een hoge kwaliteit door Canon aanbevolen papier. 2-47 Afdrukken via de papiertafel...
  • Pagina 116 Standaard formaat U kunt standaard A of B papierserie of inch-papier selecteren. Afwijkend formaat U kunt niet-standaard papierformaten (100 mm x 148 mm t/m 320 mm x 457 mm) plaatsen. Als u A5 papier gebruikt, plaats het papier dan horizontaal. Envelop De volgende enveloppen kunnen op de papiertafel worden geplaatst: •...
  • Pagina 117 Indien het papier dat is aangegeven reeds op de papiertafel is geplaatst: Druk op [Papierselectie] [Papiertafel] selecteer het papierformaat en type papier op de papiertafel ga naar stap 6. Indien het op de papiertafel geplaatste papier niet het door u gewenste papier Kijk of er een opdracht is gereserveerd.
  • Pagina 118 Plaats het papier op de papiertafel. Zorg dat de stapel papier niet hoger is dan de vullimiet ( Wanneer u de papiertafel gebruikt om kopieën te maken, strijk het papier dan glad en zorg dat het niet omgekruld is. Omgekruld papier kan een papierstoring veroorzaken. Aanvoerrichting 2-50 Afdrukken via de papiertafel...
  • Pagina 119 Om af te drukken op de achterzijde van voorbedrukt papier, plaatst u het voorbedrukte papier met de tekstzijde omhoog op de papiertafel zoals in de onderstaande illustratie is aangegeven. Aanvoerrichting Wanneer u kopieert op de achterzijde van een voorbedrukt vel papier BELANGRIJK Wanneer u papier op de papiertafel plaatst, zorg dan dat de stapel goed tegen de geleiders ligt.
  • Pagina 120 Als u tabblad papier op de papiertafel plaatst: Plaats het tabblad papier op de papiertafel zoals onderstaand is aangegeven. Aanvoerrichting BELANGRIJK • Zorg dat de zijde waarop uw wilt afdrukken naar boven is gericht • Zorg dat het eerste vel tabbladpapier waar op moet worden afgedrukt bovenop ligt. Als u enveloppen op de papiertafel plaatst: Pak vijf enveloppen, maak ze los zoals is aangegeven en plaats ze vervolgens op elkaar.
  • Pagina 121 Plaats de enveloppen op een schone, vlakke ondergrond en druk met uw hand op de enveloppen in de richting van de pijl om ze glad te strijken. Herhaal deze stap vijf keer voor elke set van vijf enveloppen. Als u ISO-C5, COM10 of Monarch enveloppen gebruikt, pak dan de vier hoeken van de enveloppen stevig vast, zodat het gesloten of gelijmde gedeelte vlak blijft.
  • Pagina 122 BELANGRIJK • Gebruik geen enveloppen met lijmrand op de sluitklep. De lijm kan smelten als gevolg van de warmte en de druk van de fixeereenheid. • Plaats de enveloppen in de richting waarin ze worden ingevoerd. • Druk nooit af op de achterzijde van de enveloppen (die zijde met de sluitklep). •...
  • Pagina 123 Selecteer het gewenste papierformaat. Als u een standaard papierformaat wilt selecteren: Selecteer het gewenste papierformaat druk op [Volgende]. OPMERKING Om een papierformaat in inches te selecteren, drukt u op [Inch-formaat]. Als u een afwijkend papierformaat wilt selecteren: Druk op [Afwijkend formaat]. 2-55 Afdrukken via de papiertafel...
  • Pagina 124 Voer de afmetingen van het papier in met de numerieke toetsen op het touch panel display. Druk op [X] voer een waarde in. Druk op [Y] voer een waarde in. Druk op [OK]. U kunt ook een formaattoets ([S1] t/m [S5]) selecteren waar een papierformaat is opgeslagen in plaats van de waarden in te voeren.
  • Pagina 125 Als u een envelopformaat wilt selecteren: Druk op [Envelop]. Selecteer het type envelop druk op [OK]. BELANGRIJK Als het type envelop niet goed is geselecteerd, kan een papierstoring optreden. 2-57 Afdrukken via de papiertafel...
  • Pagina 126 Druk op [OK] ga verder naar stap 6. Als het volgende scherm verschijnt, drukt u op [OK] pas de breedte van de geleiders aan geef het gewenste papierformaat aan. Als het volgende scherm verschijnt, stel dan de breedte van de papiergeleiders in op het formaat van het papier dat is opgeslagen bij de standaard instellingen voor de papiertafel of schakel bij de standaard instellingen (via het scherm Extra functies) de optie standaard instellingen voor de papiertafel uit.
  • Pagina 127 Selecteer het gewenste type papier druk op [OK]. Als u afdrukt op de achterzijde van een eerder bedrukt vel papier, drukt u op [2de zijde van 2-zijdige pag.]. OPMERKING • [Transparant] kan alleen worden geselecteerd als [A4] of [A4R] is geselecteerd als het papierformaat.
  • Pagina 128 Als de functie Kopiëren is geselecteerd, plaatst u uw originelen selecteer de gewenste kopieerinstellingen. Als u documenten afdrukt die in een postbus zijn opgeslagen, dan is deze stap niet nodig. Druk op Als u documenten afdrukt die in een postbus zijn opgeslagen, druk dan op [Start afdrukken]. Het scannen start.
  • Pagina 129 Multifunctionele handelingen De CLC5151/CLC4040/iR C4580i/iR C4080i biedt de gebruiker een groot aantal functies, zoals afdrukken, scannen, kopiëren en verzenden, die allemaal tegelijk kunnen worden gebruikt. Deze functies kunnen gelijktijdig worden gebruikt. De onderstaande tabel geeft u alle informatie over de multifunctionele activiteiten.
  • Pagina 130 *1 De prestaties van de machine kunnen worden beïnvloed als beeldverwerking, zoals compressie, vergroten/verkleinen en roteren, wordt uitgevoerd. *2 De uitvoervolgorde van concurrerende opdrachten varieert en is afhankelijk van de aanwezigheid van een optionele finisher. Wanneer een optionele finisher is aangesloten: voor elke opdracht wordt afwisselend een set uitgevoerd Wanneer geen optionele finisher is aangesloten: voor elke opdracht wordt afwisselend een pagina uitgevoerd *3 De verwerkingssnelheid van de machine kan iets langzamer zijn.
  • Pagina 131 Beschikbaar papier De typen papier die bij deze machine kunnen worden gebruikt, staan vermeld in de onderstaande tabel. De pictogrammen die het type papier aangeven dat in elke papierlade is geplaatst, kunnen op het scherm voor papierselectie verschijnen als u deze informatie vooraf in het geheugen van de machine opslaat.
  • Pagina 132 : Beschikbaar : Niet beschikbaar Papierbron Papierformaat Breedte x lengte Papierlade 1, Papiertafel Papiermagazijn 2, 3, 4 305 mm x 457 mm SRA3 320 mm x 450 mm 297 mm x 420 mm 297 mm x 210 mm 210 mm x 297 mm 148 mm x 210 mm ISO-B5 176 mm x 250 mm...
  • Pagina 133 Optionele apparatuur HOOFDSTUK Dit hoofdstuk beschrijft het gebruik van optionele apparatuur en hun speciale functies. Systeemconfiguratie ..............3-2 Optionele apparatuur .
  • Pagina 134 Systeemconfiguratie Dit gedeelte laat u aan de hand van illustraties zien welke optionele apparatuur u op de machine kunt aansluiten en toont voorbeelden van de diverse systeemconfiguraties. Optionele apparatuur Systeemconfiguratie...
  • Pagina 135 a Kleurenscanner-E1 h Papiermagazijn-Y1 De Kleurenscanner-E1 stelt de machine in staat te kopiëren Het Papiermagazijn-Y1 is een extra papierbron voor pagina's te scannen. Het kopieerdeksel zorgt dat de afdrukopdrachten. originelen goed op de glasplaat blijven liggen. Het Papiermagazijn-Y1 biedt plaats aan maximaal 2.700 vel papier (80 g/m b Opvangblad-M1 Het Opvangblad-M1 is een extra opvangblad voor papier.
  • Pagina 136 Op de machine kan verschillende optionele apparatuur worden aangesloten om zo verschillende systeemconfiguraties te vormen. De illustraties hieronder zijn slechts voorbeelden van mogelijke systeemconfiguraties. Neem voor informatie over het complete aanbod optionele apparatuurconfiguraties contact op met uw Canon dealer. De optionele Kleurenscanner-F1, Pedestal-E1, Finisher-X1 en Kaartlezer-D1 zijn aangesloten.
  • Pagina 137 Door de Super G3 Faxkaart te installeren, kunt u via een netwerk vanaf uw PC documenten faxen die met toepassingsprogramma's zijn gemaakt. OPMERKING Het Canon faxstuurprogramma wordt meegeleverd met de Super G3 Faxkaart en stelt u in staat vanaf een PC via de machine faxberichten te verzenden. Kleuren Universele Verzendkit...
  • Pagina 138 Universele Verzend PDF AF Set en hoeft u deze optie niet in te schakelen. • Als u de CLC5151/CLC4040 gebruikt en de functies van de Universele Verzend PDF AF Set wilt gebruiken, dienen deze te worden ingeschakeld nadat de Kleuren Universele Verzendkit is ingeschakeld.
  • Pagina 139 Beveiligingskaart De beveiligingskaart is nodig om de optionele iR Beveiligingskit te kunnen inschakelen. iR Beveiligingskit De iR Beveiligingskit stelt u in staat de inhoud van de harde schijf van de machine vanaf een PC te wissen en de machine zo in te stellen dat de algemene gebruiker geen opdrachtenlogs kan bekijken. OPMERKING Om de functies van de iR Beveiligingskit te kunnen gebruiken, dient deze te zijn ingeschakeld door registratie van een licentiesleutel nadat de Beveiligingskaart is geïnstalleerd.
  • Pagina 140 Beschikbare combinaties van opties Deze tabel beschrijft de optionele apparatuur die nodig is om elke functie te kunnen gebruiken, de beschikbare combinaties van opties die gelijktijdig zijn te installeren en de beperkingen bij installatie van optionele apparatuur. Gelijktijdige installatie Benodigde optionele Machine Functie apparatuur Benodigd...
  • Pagina 141 CLC5151/CLC4040) machine is uitgebreid tot 1.536 MB. De Kleuren Netwerk PDL afdrukfunctie (alleen Kleuren Netwerk Printereenheid kan alleen op nodig voor de CLC5151/ Printereenheid de CLC5151/CLC4040 CLC4040) worden aangesloten. Het Opvangblad-N1 en Opvangblad-M1 kunnen niet Sorteren...
  • Pagina 142 Canon apparaten die op een netwerk zijn aangesloten. NetSpot Device Installer NetSpot Device Installer is een hulpprogramma om de initiële instellingen aan te geven van Canon apparaten die op een netwerk zijn aangesloten. NetSpot Device Installer staat op de CD-ROM en is zonder installatie rechtstreeks toegankelijk.
  • Pagina 143 Cassette module-Z1 Als u de Cassette module-Z1 op de machine aansluit, heeft u twee extra papierbronnen voor afdrukopdrachten. Elke lade in de Cassettemodule biedt plaats aan 550 vel papier (80 g/m Onderdelen en hun functies a Papierladen b Rechter onderdeksel Elke papierlade biedt plaats aan 550 vel papier (80 g/m Open dit deksel om vastgelopen papier te verwijderen.
  • Pagina 144 Optionele accessoires FL Cassette-X1 Deze cassette kan worden aangepast voor diverse papierformaten. (Raadpleeg "Een papierlade aanpassen voor een ander papierformaat" op pag. 7-7.) • Beschikbare locaties: Papierladen 1, 2, 3 of 4 • Beschikbare papierformaten: 305 mm x 457 mm, A3, A4, A4R of A5R. 3-12 Cassette module-Z1...
  • Pagina 145 Papiermagazijn-Y1 Als u het Papiermagazijn-Y1 op de machine aansluit, heeft u een extra papierbron voor afdrukopdrachten. U kunt maximaal 2.700 vel papier (80 g/m ) in het papiermagazijn plaatsen. BELANGRIJK Indien de machine zich in de Sluimer mode bevindt (het touch panel wordt niet weergegeven en alleen de Hoofdschakelaar licht op), kunt u het papiermagazijn wellicht niet openen.
  • Pagina 146 Pedestal-E1 De Pedestal-E1 is een elektrische voedingsbron voor één van de finishers en het papiermagazijn wanneer de cassette module niet is aangesloten. Deze pedestal kan ook worden gebruikt om de hoogte van de machine aan te passen. 3-14 Pedestal-E1...
  • Pagina 147 Kleurenscanner-F1 De Kleurenscanner-F1 bestaat uit een scanner (glasplaat) en een aanvoer voor documenten. Originelen die in de aanvoer worden geplaatst, zullen één voor één naar de glasplaat worden getransporteerd om te worden gekopieerd. Dubbelzijdige originelen kunnen ook worden omgedraaid om zo dubbelzijdige of enkelzijdige kopieën te maken. VOORZICHTIG Plaats uw vingers niet in de openingen rond het originelenblad, omdat uw vingers dan bekneld kunnen raken.
  • Pagina 148 Onderdelen en hun functies a Deksel van de aanvoer d Originelen opvangblad Open dit deksel om vastgelopen originelen te verwijderen. Originelen die zijn gescand, worden uitgevoerd naar het originelenopvangblad in de volgorde waarin ze werden b Originelenblad verwerkt door de aanvoer. De originelen die hier zijn geplaatst, worden automatisch e Origineel-indicator vel voor vel naar de glasplaat getransporteerd.
  • Pagina 149 Kleurenscanner-E1 De Kleurenscanner-E1 bestaat uit een scanner (glasplaat) en een kopieerdeksel. Stelt u in staat de kopieer- en scanfuncties van de machine te gebruiken en het kopieerdeksel zorgt dat de originelen goed op de glasplaat blijven liggen. Onderdelen en hun functies a Kopieerdeksel b Glasplaat Sluit het kopieerdeksel om de originelen goed op de...
  • Pagina 150 Finisher-X1 De Finisher-X1 biedt de volgende afwerkfuncties: Sorteren, Groeperen, Verschuiven en Nieten. (Raadpleeg "Modes van de finisher" op pag. 3-19.) Onderdelen en hun functies a Verwerkingsblad b Opvangblad Papier wordt op het verwerkingsblad gesorteerd, Papier dat is gesorteerd, gegroepeerd of geniet bij het gegroepeerd en geniet.
  • Pagina 151 Modes van de finisher De Finisher-X1 biedt de volgende afwerkfuncties. BELANGRIJK De volgende typen papier worden uitgevoerd naar het middelste opvangblad van de machine en niet naar het opvangblad van de finisher: - 320 mm x 450 mm (SRA3) papier, enveloppen, transparanten, etiketten, calqueerpapier, tabbladpapier, glanzend papier en Washi (Japans papier).
  • Pagina 152 Nieten mode De afdrukken worden automatisch per set op paginavolgorde gesorteerd en vervolgens geniet. De afdrukken worden op de volgende plaatsen geniet: • Indien een origineel op de glasplaat is geplaatst: Linksboven Linksboven • Als originelen in de optionele aanvoer zijn geplaatst: Linksboven Linksboven VOORZICHTIG...
  • Pagina 153 BELANGRIJK • Het opvangblad beweegt omlaag terwijl de stapel met uitgevoerd papier in hoogte toeneemt. Zodra het opvangblad de stapellimiet heeft bereikt, zal het afdrukken en nieten tijdelijk stoppen. Verwijder alle geniete afdrukken van het uitvoerblad en het afdrukken en nieten wordt hervat. •...
  • Pagina 154 Finisher-W1/Rugnieteenheid-W2/ Ponseenheid-AG1 De Finisher-W1 en Rugnieteenheid-W2 bieden de volgende afwerkinstellingen: Sorteren, Groeperen, Verschuiven en Nieten. De Rugnieteenheid-W2 biedt ook de Rugnieten mode. De Ponseenheid-AG1 is uitgevoerd met de ponsfunctie. Onderdelen en hun functies Rugnieteenheid-W2 Finisher-W1 en en Ponseenheid-AG1 Ponseenheid-AG1 3-22 Finisher-W1/Rugnieteenheid-W2/Ponseenheid-AG1...
  • Pagina 155 a Bovendeksel van de finisher f Voordeur van de Rugnieteenheid-W2 Open dit deksel om vastgelopen papier te verwijderen. Open deze voordeur om de nietpatroon te vervangen, (Raadpleeg "Onder het bovendeksel van de Finisher-W1/ vastgelopen papier te verwijderen of om in het nietapparaat Rugnieteenheid-W2 (Optioneel)"...
  • Pagina 156 Modes van de finisher De Finisher-W1 en Rugnieteenheid-W2 bieden de volgende afwerkinstellingen. VOORZICHTIG • Plaats geen andere voorwerpen dat uitgevoerd papier in de bladen van de finisher. U voorkomt hiermee de kans op beschadiging van de bladen. • Plaats geen voorwerpen onder de bladen van de finisher, omdat dit de bladen kan beschadigen.
  • Pagina 157 Verschuiven mode Afhankelijk van de oriëntatie van uw originelen worden de afdrukken afwisselend naar de voor- of achterzijde van het blad verschoven, in een verticale (staande) oriëntatie of een horizontale (liggende) oriëntatie. OPMERKING Als u op [Verschuiven] drukt wanneer de Sorteren of Groeperen mode is ingesteld, kan elke set afdrukken circa 30 mm worden verschoven voordat deze wordt uitgevoerd naar het opvangblad.
  • Pagina 158 • Als originelen in de optionele aanvoer zijn geplaatst: Gedeelte voor hoeknieten Gedeelte voor dubbel nieten Rechtsboven Linksboven Rechterzijde Linksonder Rechtsonder Linkerzijde Rechtsboven Linksboven Rechterzijde Linksonder Rechtsonder Linkerzijde VOORZICHTIG Steek uw handen nooit in het gedeelte van het opvangblad waar het nieten plaatsvindt (in de buurt van de rollen) wanneer een finisher is aangesloten.
  • Pagina 159 BELANGRIJK • Als de Nieten mode is ingesteld, zullen de uitvoerbladen omlaag bewegen terwijl de stapel papier toeneemt in aantal en dikte. Zodra het uitvoerblad de max. capaciteit heeft bereikt of nadat 30 sets zijn afgedrukt, stopt het afdrukken en nieten tijdelijk. Verwijder alle geniete afdrukken van het uitvoerblad en het afdrukken en nieten wordt hervat.
  • Pagina 160 BELANGRIJK • De Rugnieten mode is alleen beschikbaar als de Rugnieteenheid-W2 is aangesloten. • Het maximum aantal vellen papier bij rugnieten bedraagt: - 15 vel (64 t/m 80 g/m - 10 vel (81 t/m 253 g/m • De papierformaten voor rugnieten zijn: 305 mm x 457 mm, A3 of A4R. •...
  • Pagina 161 Ponsgaten mode De Ponsgaten mode ponst gaten in de uitgevoerde afdrukken. OPMERKING • In de onderstaande illustratie is het gedeelte aangegeven waar de ponsgaten verschijnen. Glasplaat Aanvoer Gedeelte Gedeelte voor voor ponsgaten ponsgaten Gedeelte Gedeelte voor voor ponsgaten ponsgaten • De afstand tussen de ponsgaten is in de onderstaande illustratie aangegeven. 80 mm 80 mm 80 mm 80 mm Vier gaten (alleen Frankrijk)
  • Pagina 162 Opvangblad-N1 Als het Opvangblad-N1 op de machine is aangesloten, zijn de volgende functies beschikbaar: Sorteren mode De afdrukken worden automatisch gesorteerd op paginavolgorde voordat ze worden uitgevoerd naar het opvangblad. Groeperen mode Alle afdrukken van dezelfde originele pagina worden gegroepeerd in sets voordat ze worden uitgevoerd naar het opvangblad.
  • Pagina 163 Opvangblad-M1 Als het Opvangblad-M1 op de machine is aangesloten, zijn de volgende functies beschikbaar: Sorteren mode De afdrukken worden automatisch gesorteerd op paginavolgorde voordat ze worden uitgevoerd naar het opvangblad. Groeperen mode Alle afdrukken van dezelfde originele pagina worden gegroepeerd in sets voordat ze worden uitgevoerd naar het opvangblad.
  • Pagina 164 Kaartlezer-D1 Als de Kaartlezer-D1 op de machine is aangesloten, dient u een controlekaart te plaatsen om de machine te kunnen gebruiken. De Kaartlezer-D1 voert Afdeling ID beheer uit met behulp van de controlekaart. BELANGRIJK • Als u een andere login service gebruikt dan de standaard authentificatie, zal de Beperkte functies mode niet beschikbaar zijn.
  • Pagina 165 Procedure voordat u de machine kunt gebruiken Plaats de controlekaart in de juiste richting in de hiervoor bestemde opening. Het scherm Basisfuncties van de geselecteerde functies verschijnt op het touch panel display. 3-33 Kaartlezer-D1...
  • Pagina 166 Procedure na gebruik van de machine Verwijder de controlekaart zodra u de machine niet meer gebruikt. Het touch panel display gaat terug naar het scherm voor het plaatsen van de controlekaart. BELANGRIJK Heeft u de controlekaart eenmaal verwijderd, dan kunt u de machine niet gebruiken totdat de controlekaart opnieuw is geplaatst.
  • Pagina 167 Druk op [Systeeminstellingen]. Als het ID systeembeheerder en Systeemwachtwoord zijn ingesteld, voer het ID van de systeembeheerder en het systeemwachtwoord dan in met (numerieke toetsen) druk (Inloggen/Uitloggen). Het scherm Systeeminstellingen verschijnt. Druk op [Afd. ID Beheer]. OPMERKING Als de gewenste instelling niet verschijnt, drukt u op [ ] of [ ] om naar de gewenste instelling te gaan.
  • Pagina 168 Selecteer de gewenste mode. Geef de gewenste mode aan druk op [OK]. Druk herhaaldelijk op [Gereed] totdat het scherm Basisfuncties verschijnt. 3-36 Kaartlezer-D1...
  • Pagina 169 Wachtwoord- en afdruklimiet wijzigen Druk op [Systeeminstellingen] [Afd. ID Beheer]. Druk op [Opslaan afd. ID/wachtwoord]. Druk op [ ] of [ ] om de afdeling te laten verschijnen waarvan u het wachtwoord wilt wijzigen selecteer de afdeling druk op [Bewerken]. OPMERKING Houd [ ] of [...
  • Pagina 170 Voer het nieuwe wachtwoord (max. zeven cijfers) in met (numerieke toetsen). Druk op [Wachtwoord]. Druk op [Wachtwoord] voer het gewenste wachtwoord in. Druk op [Bevestigen] voer hetzelfde nummer in om het wachtwoord te bevestigen druk op [OK]. U kunt voor een wachtwoord niet alleen nullen invoeren, zoals <0000000>. Als u een nummer invoert dat met nullen begint, zullen de voorste nullen worden genegeerd.
  • Pagina 171 Stel de paginalimietbeperking in. Druk onder de gewenste functie(s) op [Aan]. Om een paginalimiet voor een functie te annuleren, drukt u onder de naam van de betreffende functie op [Uit]. OPMERKING • <Afdruklimiet> is het totaal van <Afdruklimiet kleur> en <Afdruklimiet zwart>. •...
  • Pagina 172 Voor de iR C4580i/iR C4080i: <Verzenden> verschijnt alleen als de optionele Kleurenscanner-E1 of Kleurenscanner-F1 is aangesloten. Voor de CLC5151/CLC4040: <Verzenden> verschijnt alleen als de optionele Kleurenscanner-E1 of Kleurenscanner-F1 is aangesloten en de Kleuren Universele Verzendkit is ingeschakeld. <Fax> verschijnt alleen als de optionele Kleurenscanner-E1 of Kleurenscanner-F1 is aangesloten, de Super G3 Faxkaart is geïnstalleerd maar de Kleuren Universele Verzendkit...
  • Pagina 173 Druk op [Gereed] [OK]. Als de paginalimiet is ingesteld op 'Aan', dan verschijnt het resterende aantal pagina's dat kan worden afgedrukt (paginalimiet minus huidige aantal pagina's) op het scherm zoals onderstaand is aangegeven. Scherm met basisfuncties voor kopiëren De pictogrammen die op het scherm zijn weergegeven worden hieronder toegelicht: : Totaal aantal resterende vellen papier voor kopiëren of afdrukken : Resterend aantal vellen papier voor kopiëren of afdrukken in kleur : Resterend aantal vellen papier voor kopiëren of afdrukken in zwart/wit...
  • Pagina 174 Afdrukscherm De pictogrammen die op het scherm zijn weergegeven worden hieronder toegelicht: : Totaal aantal resterende vellen papier voor kopiëren of afdrukken : Resterend aantal vellen papier voor kopiëren of afdrukken in kleur : Resterend aantal vellen papier voor kopiëren of afdrukken in zwart/wit : Resterend aantal vellen papier voor afdrukken in kleur : Resterend aantal vellen papier voor afdrukken in zwart/wit Verzendscherm...
  • Pagina 175 Alleen het laagst resterende totaal van de limieten voor kopiëren en afdrukken wordt getoond. • Voor de iR C4580i/iR C4080i geldt dat het verzendscherm alleen verschijnt als de optionele Kleurenscanner-E1 of Kleurenscanner-F1 is aangesloten. Voor de CLC5151/CLC4040 geldt dat het verzendscherm alleen verschijnt als de optionele Kleurenscanner-E1 of Kleurenscanner-F1 is aangesloten en de Super G3 Faxkaart is geïnstalleerd of de Kleuren Universele Verzendkit is...
  • Pagina 176 Controleren en afdrukken van tellerstanden U kunt een lijst met de door elke afdeling gebruikte hoeveelheid papier weergeven en afdrukken. Druk op [Systeeminstellingen] [Afd. ID Beheer]. Druk op [Afdruktotalen]. Controleer de afdruktotalen of druk ze af. De paginatotalen voor afdrukken die horen bij afdrukopdrachten zonder een afdeling ID (blanco gelaten), zijn de aantallen afdrukken afkomstig van computers die niet overeenkomen met een opgeslagen afdeling ID.
  • Pagina 177 Indien u de weergegeven lijst wilt afdrukken: Druk op [Lijst afdrukken]. Selecteer het type lijst dat u wilt laten afdrukken druk op [Start afdrukken]. OPMERKING • Om het afdrukken te annuleren, drukt u op [Annuleren]. • Om het scherm te sluiten dat verschijnt terwijl de machine bezig is met het afdrukken van de lijst, drukt u op [Gereed].
  • Pagina 178 Accepteren van afdruk- en scanopdrachten met onbekend ID U kunt aangeven of u afdruk- en netwerk scanopdrachten van computers die niet overeenkomen met een opgeslagen afdeling ID wilt accepteren of afwijzen. OPMERKING • <Afdrukopdrachten met onbekende ID's toestaan> verschijnt alleen als de printerfunctie (standaard bij de iR C4580i/iR C4080i) beschikbaar is voor gebruik.
  • Pagina 179 Accepteren van Z&W kopieer- en afdrukopdrachten zonder een controlekaart De Zwarte kopie/Postbus afdrukopdr. toestaan en Zwarte afdrukopdrachten toestaan modes zijn handig omdat ze u in staat stellen de machine te beperken tot uitsluitend zwart/wit opdrachten en het weigeren van opdrachten in kleur wanneer geen controlekaart is geplaatst. Druk op [Systeeminstellingen] [Afd.
  • Pagina 180 [Toestaan zwarte kopie/Zwarte post.afdr.] verschijnt op het scherm Plaats een controlekaart als <Zwarte kopie/Postbus afdrukopdr. toestaan> is ingeschakeld ('Aan'). Om in zwart/wit te kopiëren of af te drukken, drukt u op [Toestaan zwarte kopie/Zwarte post.afdr.]. OPMERKING • Als u <Afdrukopdrachten met onbekende ID's toestaan> inschakeld, worden alle afdrukopdrachten geaccepteerd.
  • Pagina 181 Aanpassen van de instellingen HOOFDSTUK Dit hoofdstuk beschrijft hoe u de Standaard instellingen van de machine kunt wijzigen en hoe u ze aanpast aan uw werkomgeving. Wat zijn Extra functies?............. . 4-3 Tabel met instellingen voor extra functies .
  • Pagina 182 4. Aanpassen van de instellingen Aanpassing Automatische gradatie ............4-68 Belichtingskalibratie .
  • Pagina 183 Wat zijn Extra functies? Extra functies stellen u in staat de diverse instellingen van de machine aan te passen. BELANGRIJK • Indien u gebruikersauthentificatie uitvoert met SDL of SSO en inlogt als een algemene gebruiker, dan kunt u de instellingen van deze machine bij Extra functies niet wijzigen. •...
  • Pagina 184 Druk op een functietoets om de instellingen daarvan aan te geven. Voor een overzicht van alle instellingen die u via het scherm Extra functies kunt wijzigen, raadpleegt u "Tabel met instellingen voor extra functies" op pag. 4-6. OPMERKING De schermen met Standaard instellingen, Aanpassen/Reinigen, Systeeminstellingen en Kopieerinstellingen bevatten elk een lijst met individuele instellingen.
  • Pagina 185 Geef de gewenste mode aan druk op [OK]. De geselecteerde mode is ingesteld. Druk herhaaldelijk op [Gereed] totdat het scherm Basisfuncties verschijnt. Wat zijn Extra functies?
  • Pagina 186 Tabel met instellingen voor extra functies De volgende instellingen kunnen worden geselecteerd of opgeslagen via het scherm Extra functies. (*1 geeft de standaard instelling aan.) Raadpleeg de volgende handleidingen voor meer informatie. • Kopieerinstellingen: Kopieer- en postbushandleiding • Rapportage-instellingen, Communicatie-instellingen, en Adresboekinstellingen: Verzend- en faxhandleiding •...
  • Pagina 187 Standaard instellingen Betreffende Item Instellingen Afgeleverd pagina Functie weergave-instellingen Initiële functies en Kopiëren , Spoedkopie, Verzenden, functievolgorde instellingen Postbus, Afdrukopdracht, Scannen, MEAP Alleen norm. kopie , Normale en Weergave-instellingen Spoedkopie (Scherm Normaal kopiëren pag. 4-25 kopieerscherm Prioriteit: Aan , Uit), Alleen spoedkopie Stel Systeem monitor in als Aan, Uit het standaard scherm...
  • Pagina 188 Betreffende Item Instellingen Afgeleverd pagina Als geen finisher is aangesloten Blad A: Kopiëren , Postbus Printer , Ontv. , Fax, Overige Blad B: Kopiëren, Postbus, Printer, Ontv., Fax, Overige Blad C: Kopiëren, Postbus, Printer, Ontv., Fax, Overige Als de optionele Finisher-X1 is aangesloten Blad A: Kopiëren...
  • Pagina 189 Betreffende Item Instellingen Afgeleverd pagina Opslaan van form. voor Opslaan, Wissen, Proefafdruk, Details pag. 4-42 Formuliercompositie Beeldprioriteit voor Autom. , Origineelprioriteit, pag. 4-45 formuliercompositie Formulierprioriteit Tekens opslaan voor pag.nr./ Opslaan, Bewerken, Wissen pag. 4-45 Watermerk Standaard instellingen pag. 4-47 Aan, Uit papiertafel Opslaan afwijkend formaat voor Opslaan/Bewerken, Wissen, Naam...
  • Pagina 190 *3 verwijst naar informatie die alleen wordt afgeleverd als het aantal opvangbladen bij de host machine overeenkomt met het aantal bij de client machines. *4 Verwijst naar items die alleen verschijnen wanneer de juiste optionele apparatuur op de CLC5151/CLC4040 is aangesloten. Bij de iR C4580i/iR C4080i worden deze items standaard getoond.
  • Pagina 191 Tijdklokinstellingen Betreffende Item Instellingen Afgeleverd pagina Tijd fijn-aanpassing 00:00 tot 23:59, in stappen van 1 minuut pag. 4-63 10, 15, 20, 30, 40, 50 min., 1 uur , 90 min., Automatische sluimertijd pag. 4-64 2, 3, 4 uur 0 (Uit) t/m 9 minuten, in stappen van Automatische resettijd pag.
  • Pagina 192 Aanpassen/Reinigen Betreffende Item Instellingen Afgeleverd pagina X, Y: -1,0% t/m +1,0%, in stappen van 0,1%; pag. 4-66 Zoom fijn-aanpassing 0,0% Herpositioneren van Druk op [Start]. pag. 4-66 rugnietje Aanpassen Alle papierformaten: -2,0 mm t/m +2,0 mm, in pag. 4-67 rugnietpositie stappen van 0,25 mm;...
  • Pagina 193 *2 verwijst naar items die alleen verschijnen wanneer de juiste optionele apparatuur is aangesloten. *4 Verwijst naar items die alleen verschijnen wanneer de juiste optionele apparatuur op de CLC5151/CLC4040 is aangesloten. Bij de iR C4580i/iR C4080i worden deze items standaard getoond.
  • Pagina 194 Systeeminstellingen Betreffende Item Instellingen Afgeleverd pagina Instellingen systeembeheerder ID systeembeheerder Getal van max. zeven cijfers Systeemwachtwoord Getal van max. zeven cijfers Systeembeheerder Max. 32 tekens pag. 6-3 E-mailadres Max. 64 tekens Contact informatie Max. 32 tekens Opmerking Max. 32 tekens Afd.
  • Pagina 195 Betreffende Item Instellingen Afgeleverd pagina Afdrukken MDN/DSN bij Aan, Uit ontvangst Altijd melding verzenden bij , Uit RX fouten. Gebruik verzenden via Server Aan, Uit MDN niet via server toestaan Aan, Uit Faxinstellingen 33600bps , 14400bps, 9600bps, Startsnelh. bij verzend. 7200bps, 4800bps, 2400bps 33600bps , 14400bps, 9600bps,...
  • Pagina 196 Betreffende Item Instellingen Afgeleverd pagina Apparaatinformatie-instellingen Apparaatnaam Max. 32 tekens pag. 6-22 Bestemming Max. 32 tekens Type ontvangst, E-mail prioriteit, Bewerken, Wissen, Lijst afdrukken Verzend- en Instellingen voor doorzenden Geldig/Ongeldig, Opslaan faxhandleiding (Opgeslagen doorzendinstellingen), Doorzenden zonder condities Wis prikbord Wissen pag.
  • Pagina 197 Betreffende Item Instellingen Afgeleverd pagina MEAP instellingen , Uit Gebruik HTTP pag. 6-33 Gebruik SSL : Aan, Uit Info afdruksysteem Afdrukken pag. 6-34 Kopieset num. Op: Optionele instellingen Aan (ID/Gebr.naam: Aan, Uit; Datum: pag. 6-36 kopiesetnummering Aan, Uit; Tekens: Aan, Uit), Uit Weergave foutmelding Aan, Uit pag.
  • Pagina 198 *2 verwijst naar items die alleen verschijnen wanneer de juiste optionele apparatuur is aangesloten. *4 Verwijst naar items die alleen verschijnen wanneer de juiste optionele apparatuur op de CLC5151/CLC4040 is aangesloten. Bij de iR C4580i/iR C4080i worden deze items standaard getoond.
  • Pagina 199 Kopieerinstellingen Betreffende Item Instellingen Afgeleverd pagina Groot : Maximaal vier papierbronnen (Papiertafel, Papiertafelinstellingen, Afmetingen 1 : Papierlade 1, papierselectietoets voor 2 : Papierlade 2, scherm voor spoedkopie 3 : Papierlade 3, 4 : Papierlade 4, 5 : Papiermagazijn-Y1), Klein Standaard toets 1, 2 Diverse instellingen;...
  • Pagina 200 Communicatie-instellingen Betreffende Item Instellingen Afgeleverd pagina Standaard instellingen: TX instellingen 01 - 99, Registreren/bewerken, Wissen Namen van afzender (TTI) Apparaatnaam Maximum 24 tekens Wis mislukte TX , Uit Compressieverhouding Hoog, Normaal , Laag Verwerken van documenten Altijd afdrukken, Opslaan/ Afdrukken, met doorzendfouten Aantal pogingen 0 t/m 5 keer;...
  • Pagina 201 Betreffende Item Instellingen Afgeleverd pagina (Afdrukpositie: Binnenzijde, Buiten*1;Weergave naam bestemming: TX terminal ID , Uit; Telefoon # symbool: FAX TEL), Uit; Gebruik gefragm. codering bij , Uit WebDAV verz. Gammawaarde voor YCbCr Gamma 1.0, Gamma 1.4, TX opdr. Gamma 1.8 , Gamma 2.2 Initialiseer TX instellingen Initialiseren...
  • Pagina 202 *2 Verwijst naar items die alleen verschijnen wanneer de juiste optionele apparatuur is aangesloten. *4 Verwijst naar items die alleen verschijnen wanneer de juiste optionele apparatuur op de CLC5151/CLC4040 is aangesloten. Bij de iR C4580i/iR C4080i worden deze items standaard getoond.
  • Pagina 203 *2 Verwijst naar items die alleen verschijnen wanneer de juiste optionele apparatuur is aangesloten. *4 Verwijst naar items die alleen verschijnen wanneer de juiste optionele apparatuur op de CLC5151/CLC4040 is aangesloten. Bij de iR C4580i/iR C4080i worden deze items standaard getoond.
  • Pagina 204 Opslaan/ Bewerken (van 001 t/m 200), Snelkiestoetsen Wissen *4 Verwijst naar items die alleen verschijnen wanneer de juiste optionele apparatuur op de CLC5151/CLC4040 is aangesloten. Bij de iR C4580i/iR C4080i worden deze items standaard getoond. BELANGRIJK • Indien u gebruikersauthentificatie uitvoert met SDL of SSO en inlogt als een algemene gebruiker, dan kunt u de instellingen van deze machine bij Extra functies niet wijzigen.
  • Pagina 205 Standaard instellingen aangeven U kunt de instellingen aangeven die gemeenschappelijk gelden voor de functies Kopiëren, Postbus, Verzenden en Fax. OPMERKING <Weergave-instellingen kopieerscherm> verschijnt alleen als de optionele Kleurenscanner-E1 of Kleurenscanner-F1 is aangesloten. Initiële functie bij het inschakelen U kunt het scherm aangeven dat verschijnt wanneer u de hoofdschakelaar in de AAN-stand zet of na het starten van de Automatische reset mode.
  • Pagina 206 OPMERKING Als u [MEAP] selecteert, duurt het langer om de machine te starten. Als geen MEAP toepassingen zijn geïnstalleerd, verschijnt een melding die u laat weten dat geen MEAP toepassingen zijn geïnstalleerd. Druk op [Omhoog] of [Omlaag] om de functietoets naar de gewenste positie of groep te verplaatsen druk op [Volgende].
  • Pagina 207 Als u de weergave wilt instellen voor het scherm met basisfuncties voor kopiëren: Druk op [Instellingen] voor <Weergave-instellingen kopieerscherm>. Druk op [Alleen norm. kopie], [Normale en Spoedkopie] of [Alleen spoedkopie] druk op [OK]. Als u [Normale en Spoedkopie] selecteert, selecteer dan [Aan] of [Uit] voor <Scherm Normaal kopiëren Prioriteit>.
  • Pagina 208 Als u het standaard Systeem monitor scherm wilt instellen: Druk op [Instellingen] voor <Stel het standaard scherm voor Systeem monitor in>. Selecteer [Kopiëren], [Verzenden], [Fax], [Afdrukken], [Ontvangen] of [Apparaat] in bij <Standaard type status> selecteer [Status] of [Log] onder <Status/Log>. Druk op [OK].
  • Pagina 209 De details van elk item worden onderstaand getoond. [Initiële functie]: Het scherm dat is ingesteld als initiële functie wordt weergegeven nadat de Autom. reset mode is geactiveerd. Indien u het scherm Systeem monitor bijvoorbeeld als initieel scherm instelt en de Autom. reset mode wordt geactiveerd terwijl een instellingenscherm voor de Postbusfunctie wordt weergegeven, dan keert de machine terug naar het scherm Systeem monitor.
  • Pagina 210 Melding weergave resterende papierhoeveelheid U kunt instellen dat een melding moet verschijnen die aangeeft dat het papier in een papierlade bijna op is. Druk op [Standaard instellingen] [Melding Weergave resterende papierhoeveelheid]. Selecteer [Aan] of [Uit] druk op [OK]. OPMERKING <Tekst/foto als ACS is ingest. op Zwart> verschijnt alleen als de optionele Kleurenscanner-E1 of Kleurenscanner-F1 is aangesloten.
  • Pagina 211 OPMERKING Als u [Tekstprioriteit] selecteert en de Automatische kleurselectie mode detecteert dat het origineel in zwart/wit is, zal het origineel worden verwerkt alsof [Tekst] is geselecteerd bij type origineel, zelfs als u bij type origineel [Tkst/Fot/Lndk.] selecteert. Weergeven van sneltoets voor Zwart mode U kunt instellen dat naast de keuzelijst voor kleurselectie een sneltoets naar de Zwart mode moet verschijnen op het scherm met basisfuncties voor kopiëren, het scanscherm van de postbusfunctie en op het afdrukscherm.
  • Pagina 212 [Overige]. [Kopiëren] verschijnt alleen als de optionele Kleurenscanner-E1 of Kleurenscanner-F1 is aangesloten. Voor de CLC5151/CLC4040: [Printer] verschijnt alleen als de optionele Kleuren Netwerk Printereenheid is geïnstalleerd. [Ontvangen] verschijnt alleen als de optionele Kleurenscanner-E1 of Kleurenscanner-F1 is aangesloten en de Kleuren Universele Verzendkit is ingeschakeld.
  • Pagina 213 Selecteer [Aan] of [Uit] voor de papiertafel en de andere papierbronnen druk op [OK]. De details van elk item worden onderstaand getoond. [Aan]: De papierbron is geschikt voor APS/ADS. [Uit]: De papierbron is niet geschikt voor APS/ADS. De nummers op het scherm behoren bij de volgende papierbronnen: Papiertafel Papierlade 1 Papierlade 2...
  • Pagina 214 Type papier in een papierbron identificeren Deze instelling maakt het mogelijk om aan te geven welk type papier in welke papierbron is geplaatst. BELANGRIJK Zorg dat het juiste type papier is ingesteld. Als het type papier niet goed is ingesteld, kan dit een negatieve invloed hebben op de kwaliteit van de afbeelding.
  • Pagina 215 Energiebesparing mode. In de Energiebesparing mode, wordt de temperatuur van de fixeereenheid verlaagd, waardoor energie wordt bespaard. U kunt de energiebesparing instellen op -10%, -25%, -50% of Geen. Geschatte hersteltijd (seconden) Energiebesparingniveau CLC5151 CLC4040/iR C4580i/iR C4080i -10% -25% -50% Geen OPMERKING Na het uitschakelen van de Energiebesparing mode kan de herstelperiode van de machine variëren.
  • Pagina 216 Druk op [Standaard instellingen] [Energiebesparing mode]. Selecteer het gewenste niveau aan energiebesparing druk op [OK]. Als u direct wilt kunnen kopiëren of afdrukken, selecteert u [Geen] (0%). Energieverbruik in de Sluimer mode U kunt de hoeveelheid energie instellen die de machine in de Sluimer mode verbruikt. OPMERKING •...
  • Pagina 217 • In sommige situaties is het energieverbruik in de Sluimer mode "Hoog" ook al is het verbruik ingesteld op "Laag". Deze situaties doen zich voor wanneer: - Een opdracht wordt verwerkt (inclusief een opdracht voor doorzenden, rapport afdrukken, ontvangst en voor het verzenden van een bericht dat doorzenden heeft plaatsgevonden). - De optionele Beveiligingskaart is geïnstalleerd.
  • Pagina 218 Selecteer [Laag] of [Hoog] druk op [OK]. De details van elk item worden onderstaand getoond. [Laag]: Het energieverbruik in de Sluimer mode is laag, maar het duurt langer voordat de machine zich vanuit de Sluimer mode heeft hersteld. [Hoog]: Het energieverbruik in de Sluimer mode is hoog, maar het duurt korter voordat de machine zich vanuit de Sluimer mode heeft hersteld.
  • Pagina 219 De optionele Rugnieteenheid-W2 is aangesloten. [Kopiëren] verschijnt alleen als de optionele Kleurenscanner-E1 of Kleurenscanner-F1 is aangesloten. Voor de CLC5151/CLC4040: [Printer] verschijnt alleen als de optionele Kleuren Netwerk Printereenheid is geïnstalleerd. [Ontvangen] verschijnt alleen als de optionele Kleurenscanner-E1 of Kleurenscanner-F1 is aangesloten en de Kleuren Universele Verzendkit is ingeschakeld.
  • Pagina 220 BELANGRIJK • Indien een bepaald blad de max. capaciteit heeft bereikt, schakelt de machine automatisch over naar een ander blad dat aan dezelfde functie is toegewezen. Wij adviseren u slechts één blad aan te wijzen voor fax/I-fax documenten om te voorkomen dat ze zoek raken. •...
  • Pagina 221 [Kopiëren] verschijnt alleen als de optionele Kleurenscanner-E1 of Kleurenscanner-F1 is aangesloten. Bij de CLC5151/CLC4040 zal [Printer] alleen verschijnen als de optionele Kleuren Netwerk Printereenheid is geïnstalleerd. Bij de iR C4580i/iR C4080i wordt deze toets altijd getoond. Voor de CLC5151/CLC4040: [Ontvangen] verschijnt alleen als de optionele Kleurenscanner-E1 of Kleurenscanner-F1 is aangesloten en de Kleuren Universele Verzendkit is ingeschakeld.
  • Pagina 222 Afbeeldingsformulier U kunt afbeeldingsformulieren opslaan en ze superponeren op de afdruk door gebruik te maken van de Formuliercompositie mode bij de kopieer- en postbusfuncties. Voor meer informatie over het gebruik van de Formuliercompositie mode, raadpleegt u Hoofdstuk 4 "Speciale kopieer- en postbusfuncties"...
  • Pagina 223 Stel de gewenste scaninstellingen in. Als u het zoompercentage wilt wijzigen, drukt u op [Zoompercentage]. (Raadpleeg Hoofdstuk 3 "Basisfuncties voor kopiëren en gebruik van postbus" in de Kopieer- en Postbushandleiding.) Als u de scanbelichting wilt wijzigen, drukt u op [ ] of [ ]. (Raadpleeg Hoofdstuk 3 "Basisfuncties voor kopiëren en gebruik van postbus"...
  • Pagina 224 Controleren van de details van het afbeeldingsformulier Druk op [Standaard instellingen] [Opslaan van form. voor Formuliercompositie]. Selecteer het gewenste afbeeldingsformulier druk op [Details]. OPMERKING Om de afbeelding van het opgeslagen formulier te controleren, drukt u op [Controle afdruk] selecteer het papierformaat druk op [Start afdrukken].
  • Pagina 225 Instellen van de beeldprioriteit Deze mode stelt u in staat de machine in te stellen om automatisch te selecteren of de afdrukkwaliteit van w origineel de prioriteit heeft of dat de afdrukkwaliteit van het opgeslagen afbeeldingsformulier de prioriteit heeft. U kunt deze instellingen ook handmatig selecteren. Druk op [Standaard instellingen] [Beeldprioriteit voor...
  • Pagina 226 Opslaan van door gebruiker gedefinieerde tekst Druk op [Standaard instellingen] [Tekens opslaan voor pag.nr./ Watermerk]. Druk op [Opslaan] voer de gewenste tekens in druk op [OK]. OPMERKING Voor meer informatie over het invoeren van tekens, raadpleegt u "Invoeren van tekens via het touch panel display"...
  • Pagina 227 Wissen van door gebruiker gedefinieerde tekst Druk op [Standaard instellingen] [Tekens opslaan voor pag.nr./ Watermerk]. Selecteer de tekst die u wilt wissen druk op [Wissen]. Druk op [Ja]. Druk op [Gereed]. Standaard papier voor de papiertafel U kunt het papierformaat -type dat door de papiertafel wordt gebruikt vooraf instellen. Deze instelling is handig wanneer u altijd hetzelfde papierformaat en -type op de papiertafel plaatst.
  • Pagina 228 Druk op [Standaard instellingen] [Papiertafel standaardinstellingen]. Druk op [Aan] [Opslaan]. Als u op [Uit] drukt, gaat u verder met stap 5. Selecteer het gewenste papierformaat. Als u een standaard papierformaat wilt selecteren: Selecteer het gewenste papierformaat druk op [Volgende]. OPMERKING Om een papierformaat in inches te selecteren, drukt u op [Inch-formaat].
  • Pagina 229 Als u een envelopformaat wilt selecteren: Druk op [Envelop]. Selecteer het type envelop druk op [OK]. BELANGRIJK Als het type envelop niet goed is geselecteerd, kan een papierstoring optreden. Druk op [OK] ga verder naar stap 5. Selecteer het gewenste type papier druk op [OK].
  • Pagina 230 Selecteer een formaattoets ([S1] t/m [S5]) om een afwijkend papierformaat op te slaan of te bewerken druk op [Opslaan/ Bewerken]. OPMERKING • Formaattoetsen waar al instellingen zijn opgeslagen, verschijnen met een gekleurd driehoekje ) in de rechter onderhoek van de toets. •...
  • Pagina 231 Voer een naam in druk op [OK]. OPMERKING • Voor meer informatie over het invoeren van tekens, raadpleegt u "Invoeren van tekens via het touch panel display" op pag. 2-27. • Als u op [OK] drukt zonder tekens in te voeren, zal de naam wijzigen in de hudige datum (standaard S1 t/m S5).
  • Pagina 232 Instellen van snelheidprioriteit of afdrukzijdeprioriteit U kunt instellen of voor uw opdracht de printersnelheid prioriteit krijgt of het afdrukken op een specifieke zijde van het papier. Dit is handig wanneer u enkelzijdige of dubbelzijdige afdrukken wilt maken op voorbedrukt papier (papier waar al een logo's en tekst zijn afgedrukt) zonder de oriëntatie te wijzigen van papier dat zich een papierbron bevindt.
  • Pagina 233 Standaard lokale afdrukinstellingen U kunt de standaard afdrukinstellingen voor de machine instellen. De Standaard lokale afdrukinstellingen worden in de volgende situaties gebruikt: • Indien u in een postbus opgeslagen documenten afdrukt zonder de afdrukinstellingen te wijzigen • Indien u meerdere in een postbus opgeslagen documenten samenvoegt en afdrukt •...
  • Pagina 234 Wijzigen van de taal die op het touch panel display verschijnt U kunt de taal selecteren die op het touch panel display wordt weergegeven. OPMERKING • Als Taalomschakeling is ingeschakeld 'Aan', dan zijn sommige tekens geblokkeerd en kunnen ze niet worden ingevoerd.
  • Pagina 235 Omwisselen van het contrast van het touch panel display U kunt het contrast van het touch panel display omwisselen voor een beter zicht. De functie Omgewisseld scherm wisselt de lichte en donkere delen op het touch panel display om. Als de informatie op het touch panel display moeilijk leesbaar is, probeer dan deze mode.
  • Pagina 236 Een opdrachtscheidingsblad plaatsen tussen afdrukopdrachten Deze mode stelt u in staat blanco pagina's in te voegen voor de eerste pagina van elke afdrukopdracht. De blanco pagina's kunnen worden ingevoerd vanuit een geselecteerde papierlade. Dit is handig wanneer u de ene afdrukopdracht van de andere wilt scheiden wanneer u meerdere opdrachten afdrukt.
  • Pagina 237 Druk op [Standaard instellingen] [Opdrachtscheiding tussen kopieën]. Selecteer [Aan] of [Uit]. Als u [Aan] selecteert: Druk op [Papierselectie] selecteer de papierlade met het gewenste papierformaat voor de opdrachtscheidingen druk op [OK]. Gebruik (numerieke toetsen) om het aantal pagina's aan te geven waarna een opdrachtscheidingsblad moet worden ingevoegd.
  • Pagina 238 Status weergave Aantal kopieën/Opdrachtduur Als de Status weergave Aantal kopieën/Opdrachtduur is ingeschakeld, zal het aantal opgegeven kopieën en de geschatte periode voordat de huidige opdracht is voltooid worden getoond bij Opdracht/Afdrukstatus. OPMERKING • De nauwkeurigheid van de geschatte tijden die worden getoond bij Opdracht/Afdrukstatus kan variëren en is afhankelijk van de status van de machine.
  • Pagina 239 Gegevenscompressie voor scans op afstand U kunt de compressieverhouding instellen voor scannen via het netwerk. Een hoge compressieverhouding reduceert de hoeveelheid geheugen dat voor het scannen wordt gebruikt, maar resulteert in een lagere beeldkwaliteit. Een lage compressieverhouding zal echter de hoeveelheid geheugen dat voor het scannen wordt gebruikt verhogen, maar resulteert ook in een hogere beeldkwaliteit.
  • Pagina 240 Instellen van de Gammawaarde voor scans op afstand U kunt de gammawaarde die wordt gebruikt voor het scannen van kleuren documenten op uw computer instellen via de Netwerk scanfunctie. Selecteer een gammawaarde die het beste aansluit bij uw computerinstellingen, zodat u het document met de meest optimale densiteit vanaf uw computer kunt afdrukken.
  • Pagina 241 Beperkte functies Als zich regelmatig een probleem voordoet bij gebruik van de afwerkinstellingen, zoals Sorteren + Verschuiven en Nieten, kunt u het gebruik van deze afwerkinstellingen tijdelijk beperken door de instelling Beperkte functies in te schakelen. Wanneer het scherm Service-oproep verschijnt en aangeeft dat bij een afwerkinstelling een storing is opgetreden en u tijdelijk de Beperkte functies mode instelt om het scherm Service-oproep te wissen, kunt u de Beperkte functies mode annuleren door deze mode uit te schakelen via het scherm Extra functies.
  • Pagina 242 Wissen van melding resterende toner U kunt het scherm Weergave foutmelding resterende toner dat verschijnt als de resterende toner bijna op is, alleen wissen als Weergave foutmelding resterende toner bij Systeeminstellingen (via het scherm Extra functies) is ingeschakeld. OPMERKING [Wissen foutmelding Resterende toner] verschijnt alleen als Weergave foutmelding resterende toner bij Systeeminstellingen (via het scherm Extra functies) is ingeschakeld.
  • Pagina 243 Tijdinstellingen U kunt diverse instellingen aangeven die gebruik maken van de tijdklok in de machine, zoals het aanpassen van het huidige tijdstip en aangeven hoe lang het duurt voordat de machine naar de Sluimer mode of Energiebesparing mode gaat. Aanpassen van huidige tijdstip U kunt het huidige tijdstip aanpassen.
  • Pagina 244 Automatische sluimertijd Als de machine gedurende een bepaalde periode niet wordt gebruikt (na de laatste afdrukopdracht of omdat niet op een toets is gedrukt), gaat de schakelaar van het bedieningspaneel automatisch naar de UIT-stand om energie te besparen. De machine staat in de Sluimer mode.
  • Pagina 245 Dagelijkse tijdklokinstellingen U kunt de machine instellen om dagelijks, elke dag van de week, op een bepaald tijdstip naar de Sluimer mode te gaan. OPMERKING Indien zowel de Automatische sluimertijd als de Dagelijkse tijdklok modes zijn ingesteld, dan heeft de instelling voor de Automatische sluimertijd prioriteit.
  • Pagina 246 Aanpassen van de machine Dit gedeelte beschrijft hoe u fijn-aanpassingen kunt aangeven bij de instellingen van de machine, zoals fijn-aanpassingen bij de afgedrukte afbeelding, het paginanummer of de positie van het watermerk. Het is aanbevolen dat u een Automatische gradatie uitvoert en de machine regelmatig reinigt. Zoom fijn-aanpassing Wanneer u een kopie of een document vanuit een postbus afdrukt, kan er een klein verschil ontstaan tussen het formaat van de originele afbeelding en het formaat van de gekopieerde/...
  • Pagina 247 BELANGRIJK • Gebruik alleen A3 of A4R papier voor het herpositioneren van de rugnietjes. • Zorg dat u alle uitgevoerde boekjes van het optionele boekjesblad verwijdert voordat u de procedure voor het herpositioneren van de rugnietjes uitvoert. OPMERKING • Herpositioneren van de rugnietjes kan alleen worden uitgevoerd als de optionele Rugnieteenheid-W2 is aangesloten.
  • Pagina 248 Druk op [ ] of [ ] om de rugnietpositie aan te passen druk op [OK]. Aanpassen van de kruip (Verplaatsing) correctie Deze mode stelt u in staat de verplaatsing van pagina's aan te passen die optreedt tussen de binnenste en de buitenste pagina wanneer de Boekje mode is ingesteld. Druk op [Aanpassen/Reinigen] [Automatische kruip...
  • Pagina 249 BELANGRIJK Voor een automatische aanpassing van de gradatie adviseren wij u [Volledige aanpassing] te selecteren. Selecteer [Snelle aanpassing] voor een snelle, maar minder uitgebreide aanpassing tussen de periodieke volledige aanpassingen. OPMERKING [Autom. gradatie-aanpassing] verschijnt alleen als de optionele Kleurenscanner-E1 of Kleurenscanner-F1 is aangesloten.
  • Pagina 250 BELANGRIJK Deze machine stelt de tonerdosering en afdruksnelheid in op het type papier. Om de juiste instellingen te kunnen gebruiken, dient u het juiste type papier te selecteren. Druk op [Proefafdruk 1]. OPMERKING Als het papier dat geschikt is voor de proefafdruk niet in een papierbron aanwezig is, dan verschijnt een melding met de vraag het juiste papier bij te vullen.
  • Pagina 251 [OK]. [Kopie/Postbus] verschijnt alleen als de optionele Kleurenscanner-E1 of Kleurenscanner-F1 is aangesloten. Voor de CLC5151/CLC4040: <Verzenden (Z&W)> en <Verzenden (Kleur)> verschijnen alleen als de optionele Kleurenscanner-E1 of Kleurenscanner-F1 is aangesloten en de Kleuren Universele Verzendkit is ingeschakeld.
  • Pagina 252 Aanpassing Teken/Achtergrondcontrast Deze mode stelt u in staat het relatieve contrast (de helderheid) van de verborgen tekst en de achtergrond aan te passen wanneer de Beveiligd watermerk mode wordt gebruikt. Voor meer informatie over de Beveiligd watermerk mode, raadpleegt u Hoofdstuk 4 "Speciale kopieer- en postbusfuncties"...
  • Pagina 253 Als u afdrukinstellingen voor de voorbeeldafdruk wilt aangeven: Druk op [Voorbeeldafdr. instellingen] geef de gewenste instellingen aan druk op [OK]. U kunt het achtergrondraster instellen, de grootte van de tekst, de kleur en de oriëntatie. Raadpleeg de voorbeeldafdruk en stel de contrastwaarde voor de afbeelding in wanneer de verborgen tekst moeilijk is te zien.
  • Pagina 254 Druk op [OK]. Hoe gelijkmatiger het contrast tussen de verborgen tekst en de achtergrond is, des te moeilijker zal het zijn de tekst op het origineel te zien, maar er zal minder verborgen tekst verschijnen wanneer deze wordt gekopieerd. Aanbevolen wordt dat u een kopie van het origineel maakt nadat u het contrast heeft aangepast, om zo te controleren of het beveiligd watermerk inderdaad zichtbaar wordt.
  • Pagina 255 Druk op [Aanpassen/Reinigen] [Reinigen van aanvoer]. Plaats 10 blanco vellen papier in de aanvoer druk op [Start]. Zorg dat u het papier goed uitwaaiert. Gebruik A4 papier (60 t/m 80 g/m Wanneer het reinigen is voltooid, kunt u opnieuw proberen te scannen. OPMERKING Om het reinigen van de aanvoer te annuleren terwijl dit bezig is, drukt u op [Annuleren].
  • Pagina 256 4-76 Aanpassen van de machine...
  • Pagina 257 Controleren van status van opdracht en machine HOOFDSTUK Dit hoofdstuk beschrijft hoe u de teller kunt controleren en hoe u het scherm Systeem monitor kunt gebruiken om de status van afdruk- en kopieeropdrachten te wijzigen of te controleren. Controleren van de teller............. 5-2 Opdrachtstatus controleren.
  • Pagina 258 Controleren van de teller U kunt de tellerstanden van de machine voor de gemaakte kopieën en afdrukken controleren. U kunt ook controleren hoeveel afdrukken en scans zijn gemaakt door gebruikers die zich aanmelden bij MEAP applicaties. Dit vindt plaats met een login service. Druk op op het bedieningspaneel.
  • Pagina 259 Controleer de tellerstand voor Verzenden/Fax of MEAP. Om de tellerstand voor verzenden/faxen te controleren: Druk op [Verzend/Fax tellerstand]. Voor de CLC5151/CLC4040: [Verzend tellerstand] verschijnt alleen als de optionele Kleurenscanner-E1 of Kleurenscanner-F1 is aangesloen en de Kleuren Universele Verzendkit is ingeschakeld maar de Super G3 Faxkaart niet is geïnstalleerd.
  • Pagina 260 Opdrachtstatus controleren Als u op [Systeem monitor] drukt, zal het scherm Systeem monitor verschijnen, zodat u de status kunt controleren of wijzigen van kopieer-, verzend-, fax-, afdruk- en ontvangstopdrachten. U kunt bijvoorbeeld de volgorde van de opdrachten in de afdrukwachtrij wijzigen, een opdracht annuleren of de details van een opdracht controleren.
  • Pagina 261 • De faxfunctie is alleen beschikbaar als de optionele Kleurenscanner-E1 of Kleurenscanner-F1 is aangesloten en de Super G3 Faxkaart is geïnstalleerd. • De printerfunctie is standaard bij de iR C4580i/iR C4080i. Voor de CLC5151/CLC4040 geldt dat de printerfunctie alleen beschikbaar is als de optionele Kleuren Netwerk Printereenheid is geïnstalleerd.
  • Pagina 262 Controleren van de opdrachtstatus via het scherm Systeem monitor Druk op [Systeem monitor]. Selecteer uit de toetsen onderaan het scherm Systeem monitor het type opdracht dat u wilt controleren of wijzigen, of druk op [Apparaat] om de huidige status van de machine weer te geven. Als een type opdracht ([Kopiëren], [Verzenden], [Fax], [Bedrukt] of [Ontvangen]) is geselecteerd: Druk op [Status] om de opdrachten die op dat moment worden verwerkt of wachten om te...
  • Pagina 263 OPMERKING Voor meer informatie over het controleren van de status van verzend-, fax- of ontvangstopdrachten, raadpleegt u Hoofdstuk 8 "Controleren/wijzigen van verzend/ontvangst status" in de Verzend- en Faxhandleiding. Druk op [Log] om de opdrachten die al zijn verwerkt te controleren. Het log is ingedeeld op type opdracht.
  • Pagina 264 OPMERKING • De status van ontvangen opdrachten kan alleen via het log worden bekeken. • De tabel hieronder beschrijft de pictogrammen die op de status- en logschermen worden weergegeven. Pictogram (Opdrachtstatus) Beschrijving Uitvoeren Wachten Fout Annuleren Onderbroken Beveiligde afdruk Verzonden Pictogram (type opdracht) Beschrijving Kopieeropdracht...
  • Pagina 265 Indien [Apparaat] is geselecteerd: Controleer de huidige machinestatus. Hier verschijnen de status van het apparaat en de huidige opdracht. Dit gedeelte toont de herstelprocedures bij problemen, zoals het verwijderen van vastgelopen papier of het vervangen van tonercartridges en nietpatroon. De resterende hoeveelheid beschikbaar systeemgeheugen verschijnt in percentages en de status van verbruiksmaterialen wordt getoond.
  • Pagina 266 Controleren van de opdrachtstatus via het scherm Afdrukopdracht Druk op [Afdrukopdracht]. Controleer de status van de afdrukopdrachten. Druk op [Status] om de opdrachten die op dat moment worden verwerkt of wachten om te worden verwerkt te controleren. OPMERKING Als u een login service gebruikt, verschijnt [Mijn opdrachtstatus]. Druk op deze toets om alleen de opdrachten weer te geven voor de gebruiker die op dit moment is ingelogd bij de machine.
  • Pagina 267 Druk op [Log] om de opdrachten die al zijn verwerkt te controleren. Druk op de keuzelijst Selecteer type selecteer het type opdracht waarvan u het log wilt bekijken. OPMERKING Voor meer informatie over de weergegeven pictogrammen, raadpleegt u "Controleren van de opdrachtstatus via het scherm Systeem monitor"...
  • Pagina 268 Opdrachtdetails U kunt de details controleren van de opdrachten voor kopiëren en afdrukken, zoals de datum en het tijdstip waarop de machine de opdrachten heeft ontvangen en verwerkt, en het aantal pagina's. OPMERKING • Als de optionele iR Beveiligingskit is ingeschakeld en Weergave opdrachtenlog bij Systeeminstellingen (via het scherm Extra functies) is uitgeschakeld, worden de volgende items niet op het scherm Systeem monitor getoond: - Op het scherm Systeem monitor...
  • Pagina 269 BELANGRIJK Om de details van opdrachten te controleren die zijn aangegeven via een MEAP toepassing, selecteert u [Afdrukken] bij zowel MEAP kopieer- en afdrukopdrachten. Druk op [Status] of [Log] selecteer de opdracht waarvan u de details wilt controleren druk op [Details]. Controleer de details druk op [Gereed] tot het scherm met basisfuncties verschijnt.
  • Pagina 270 Druk op [Status] of [Log] selecteer de opdracht waarvan u de details wilt controleren druk op [Details]. Controleer de details druk op [Gereed] tot het scherm met basisfuncties verschijnt. Afdrukken van het kopieer-/afdruklog Afdrukken van het kopieer-/afdruklog via het scherm Systeem monitor Druk op [Systeem monitor] selecteer het type opdracht ([Kopiëren]...
  • Pagina 271 Druk op [Log] [Lijst afdrukken]. Als u [Bedrukt] heeft geselecteert, drukt u op de keuzelijst Selecteer type selecteer het type opdracht waarvan u het log wilt afdrukken druk op [Lijst afdrukken]. OPMERKING Het log kan alleen worden afgedrukt indien A3, A4 of A4R (normaal, gerecycled of gekleurd papier) in een papierbron is geplaatst die op 'Aan' is ingesteld, wanneer u op [Overige] drukt om bij Lade geschikt voor APS/ADS in de Standaard instellingen (via het scherm Extra functies) een papierbron te selecteren.
  • Pagina 272 Afdrukken van het kopieer-/afdruklog via het scherm Afdrukopdracht Druk op [Afdrukopdracht] [Log]. Druk op de keuzelijst Selecteer type selecteer het type opdracht waarvan u het log wilt afdrukken druk op [Lijst afdrukken]. Druk op [Ja]. 5-16 Opdrachtdetails...
  • Pagina 273 Afdrukprioriteit U kunt de afdrukprioriteit van een opdracht wijzigen, zodat deze wordt afgedrukt nadat de huidige opdracht is voltooid. Selecteren van de opdracht voor prioriteitsafdruk via het scherm Systeem monitor Druk op [Systeem monitor] [Afdrukken]. Druk op [Status] selecteer de opdracht voor prioriteitsafdruk druk op [Volgende afdrukken].
  • Pagina 274 Selecteren van de opdracht voor prioriteitsafdruk via het scherm Afdrukopdracht Druk op [Afdrukopdracht] [Status]. Selecteer de opdracht voor prioriteit bij afdrukken druk op [Volgende afdrukken]. 5-18 Afdrukprioriteit...
  • Pagina 275 Instellingen systeembeheerder HOOFDSTUK Dit hoofdstuk beschrijft de instellingen die kunnen worden aangegeven door de medewerker die verantwoordelijk is voor de machine, zoals de systeembeheerder. Instellingen voor de systeembeheerder aangeven ......... 6-3 Afdeling ID beheer .
  • Pagina 276 6. Instellingen systeembeheerder Aangeven van de instellingen voor geëncrypt beveiligd afdrukken ......6-66 Instellen van uitsluitend ontvangen van geëncrypte beveiligde afdrukopdrachten .
  • Pagina 277 Instellingen voor de systeembeheerder aangeven U kunt voor de Systeembeheerder een ID en wachtwoord instellen. Zodra het ID systeembeheerder/wachtwoord is ingesteld, kunnen beperkingen worden aangegeven met betrekking tot het opslaan of wijzigen van de systeeminstellingen. BELANGRIJK • Door een optionele Kaartlezer-D1 aan te sluiten, wist u het opgeslagen ID van de systeembeheerder en het systeemwachtwoord.
  • Pagina 278 Druk op [Systeeminstellingen] [Instellingen systeembeheerder]. Geef de gewenste instellingen aan druk op [OK]. [ID systeembeheerder]: Druk op [ID systeembeheerder] voer een nummer in (max. zeven cijfers) met (numerieke toetsen). Om de handelingen van de machine te kunnen beheren, dient u een ID systeembeheerder in te stellen.
  • Pagina 279 OPMERKING • Als u een vergissing maakt tijdens het invoeren van een cijfer of teken, druk dan op om uw invoer te wissen. • Als Sterretjes om toegnr/ww in te voeren is uitgeschakeld ('Uit') bij Gebr. sterretjes om toegnr/ww in te voeren onder Systeeminstellingen (via het scherm Extra functies), dan zullen de wachtwoorden die u invoert niet worden weergegeven als sterretjes (********).
  • Pagina 280 Afdeling ID beheer U kunt voor elke afdeling een Afdeling ID en wachtwoord opslaan en het gebruik van de machine beheren door deze slechts te laten gebruiken door personen die het juiste Afdeling ID en wachtwoord invoeren. Dit wordt Afdeling ID Beheer genoemd. Er kunnen afdeling ID's en wachtwoorden voor max.
  • Pagina 281 OPMERKING • Het max. aantal cijfers dat u voor het afdeling ID en het wachtwoord kunt opslaan is zeven. Indien u voor deze instellingen minder dan zeven cijfers invoert, slaat de machine de instellingen op met voorafgaande nullen. - Voorbeeld: Als <321> is ingevoerd, dan wordt <0000321> opgeslagen. •...
  • Pagina 282 Gebruik (numerieke toetsen) om het afdeling ID en wachtwoord in te voeren. Druk op [Afd. ID] voer het Afdeling ID in. Druk op [Wachtwoord]. Druk op [Wachtwoord] voer het gewenste wachtwoord in. Druk op [Bevestigen] voer hetzelfde nummer in om het wachtwoord te bevestigen druk op [OK].
  • Pagina 283 Stel de paginalimieten in. Druk onder de gewenste functie(s) op [Aan]. Als u voor een functie geen paginalimiet wilt instellen, drukt u onder de naam van de betreffende functie op [Uit]. OPMERKING • <Afdruklimiet> is het totaal van <Afdruklimiet kleur> en <Afdruklimiet zwart>. •...
  • Pagina 284 Voor de iR C4580i/iR C4080i: <Verzenden> verschijnt alleen als de optionele Kleurenscanner-E1 of Kleurenscanner-F1 is aangesloten. Voor de CLC5151/CLC4040: <Verzenden> verschijnt alleen als de optionele Kleurenscanner-E1 of Kleurenscanner-F1 is aangesloten en de Kleuren Universele Verzendkit is ingeschakeld. <Fax> verschijnt alleen als de optionele Kleurenscanner-E1 of Kleurenscanner-F1 is aangesloten, de Super G3 Faxkaart is geïnstalleerd maar de Kleuren Universele Verzendkit...
  • Pagina 285 Druk op [Gereed]. Druk op [OK]. OPMERKING Indien u in stap 2 [Aan] heeft geselecteerd, druk dan op [OK] om Afdeling ID beheer te activeren. Wachtwoord en afdruklimiet wijzigen U kunt de door u opgeslagen instellingen voor Wachtwoord- en paginalimiet wijzigen. Druk op [Systeeminstellingen] [Afd.
  • Pagina 286 Voer het nieuwe wachtwoord (max. zeven cijfers) in met (numerieke toetsen). Druk op [Wachtwoord]. Druk op [Wachtwoord] voer het gewenste wachtwoord in met (numerieke toetsen). Druk op [Bevestigen] voer ter bevestiging van het wachtwoord hetzelfde nummer in met (numerieke toetsen) druk op [OK].
  • Pagina 287 Druk op [Gereed] [OK]. OPMERKING Indien u in stap 2 [Aan] heeft geselecteerd, druk dan op [OK] om Afdeling ID beheer te activeren. Wissen van het afdeling ID en het wachtwoord U kunt het door u opgeslagen afdeling ID en wachtwoord wissen. OPMERKING Als Afdeling ID beheer is geactiveerd via de optionele Kaartlezer-D1, kunt u het Afdeling ID niet verwijderen.
  • Pagina 288 OPMERKING Houd [ ] of [ ] ingedrukt om snel door de pagina's met beschikbare afdeling ID's te bladeren. Dit continu bladeren is handig wanneer er veel pagina's met afdeling ID's zijn. Druk op [Ja]. Druk op [Gereed] [OK]. OPMERKING Indien u in stap 2 [Aan] heeft geselecteerd, druk dan op [OK] om Afdeling ID beheer te activeren.
  • Pagina 289 Controleer de afdruktotalen of druk ze af. De paginatotalen voor afdrukken die horen bij afdrukopdrachten zonder een afdeling ID (blanco gelaten), zijn de aantallen afdrukken afkomstig van computers die niet overeenkomen met een opgeslagen afdeling ID. Deze afdrukken worden aangeduid als afdrukken met onbekend ID. De paginatotalen voor het scannen die horen bij scanopdrachten zonder een afdeling ID (blanco gelaten), zijn de aantallen pagina's die zijn gescand via computers die niet overeenkomen met een opgeslagen afdeling ID.
  • Pagina 290 Wissen van paginatotalen U kunt de paginatotalen van alle afdelingen of alleen bepaalde afdelingen wissen. Druk op [Systeeminstellingen] [Afd. ID Beheer]. Druk op [Aan] [Afdruktotalen]. Raadpleeg indien nodig de schermafbeelding bij stap 2 van "Controleren en afdrukken van tellerstanden" op pag. 6-14. Druk op [Wis alle totalen].
  • Pagina 291 Druk op [Systeeminstellingen] [Afd. ID Beheer]. Druk op [Aan]. Selecteer [Aan] of [Uit] druk op [OK]. Afdrukopdrachten met onbekende ID's toestaan [Aan]: De machine accepteert afdrukopdrachten van computers die niet overeenkomen met een opgeslagen afdeling ID. [Uit]: De machine accepteert geen afdrukopdrachten van computers die niet overeenkomen met een opgeslagen afdeling ID.
  • Pagina 292 Accepteren van Z&W kopieer- en afdrukopdrachten zonder een Afdeling ID De Zwarte kopie/Postbus afdrukopdr. toestaan en Zwarte afdrukopdrachten toestaan modes stellen u in staat de machine te beperken tot het alleen accepteren van zwart/wit afdrukopdrachten en het weigeren van kleuren afdrukopdrachten zonder invoer van een Afdeling ID en wachtwoord.
  • Pagina 293 Als u [Zwarte kopie/Postbus afdrukopdr. toestaan] inschakeld, verschijnt [Zwarte kopie/Zwarte Postb.afdr.] op het scherm voor invoer van Afdeling ID en wachtwoord. Om in zwart/wit te kopiëren of af te drukken, drukt u op [Toestaan zwarte kopie/Zwarte post.afdr.]. OPMERKING • Als u <Afdrukopdrachten met onbekende ID's toestaan> inschakeld, worden alle afdrukopdrachten geaccepteerd.
  • Pagina 294 UI op afstand U kunt instellen of u de UI op afstand (Gebruikersinterface) wilt gebruiken om de machine te bedienen en de instellingen te wijzigen. OPMERKING Voor meer informatie over de interface voor gebruik op afstand, raadpleegt u de Gids voor gebruik op afstand.
  • Pagina 295 OPMERKING • Voordat u <Gebruik SSL> inschakelt, is het nodig om een standaard toets in te stellen bij Netwerkinstellingen (via het scherm Extra functies). (Raadpleeg Hoofdstuk 3 "Gebruik van een TCP/IP netwerk" in de Netwerkhandleiding.) • De UI op afstand is alleen beschikbaar als u de machine opnieuw start (de hoofdschakelaar UIT en weer AAN zet).
  • Pagina 296 Apparaatinformatie-instellingen Apparaatinformatie-instellingen stelt u in staat de naam van de machine in te stellen en informatie over de plaats van de machine in te voeren. Druk op [Systeeminstellingen] [Apparaatinformatie-instellingen]. Voer de naam en de locatie van deze machine in. Druk op [Apparaatnaam] voer de naam van de machine in druk op [OK].
  • Pagina 297 Wissen van het prikbord Het Prikbord is een functie die door de systeembeheerder wordt gebruikt om op het touch panel display meldingen voor de gebruikers te laten verschijnen. Prikbordinstellingen worden aangegeven via de interface voor UI op afstand, maar kunnen via de hoofdeenheid worden gewist.
  • Pagina 298 Auto online/offline Om de optionele Netwerk scanfunctie te kunnen gebruiken, dient de machine op een netwerk te worden aangesloten en dient separaat online te worden geschakeld. Dit gedeelte beschrijft hoe u de machine online en offline kunt zetten om de Netwerk scanfunctie te gebruiken. OPMERKING •...
  • Pagina 299 Automatisch offline Indien de machine is aangesloten op een netwerk dat online is geschakeld, is scannen met de Kopieer- of Postbusfunctie niet mogelijk. Door Auto offline in te stellen, zal de machine automatisch offline gaan wanneer de Automatische reset mode inschakelt. Druk op [Systeeminstellingen] [Autom.
  • Pagina 300 Huidige datum en tijd Het instellen van de huidige datum en tijd is erg belangrijk. De huidige instellingen voor datum en tijd worden gebruikt als standaard tijdklokinstellingen voor functies die deze nodig hebben. • GMT: De tijd bij de Greenwich Observatory in Engeland wordt GMT (Greenwich Mean Time) genoemd.
  • Pagina 301 Voer de dag en de maand in met vier cijfers (inclusief nullen). Voer alle vier de cijfers van het jaar in en voer de tijd met vier cijfers (inclusief nullen) in volgens het 24-uur systeem en zonder spaties te gebruiken. Voorbeelden: 6 mei 0506 7:05 v.m.
  • Pagina 302 Beperkte functies wanneer de optionele beveiligingssleutel is uitgeschakeld U kunt het gebruik van de machine beperken wanneer de optionele beveiligingssleutel in de UIT-stand staat. OPMERKING Select functielim. met beveil.sleutel UIT mode kan alleen worden ingesteld als de optionele sleutelschakelaar is geïnstalleerd. Druk op [Systeeminstellingen] [Select functielim.
  • Pagina 303 Registratie van licentie U dient een licentiesleutel op te slaan om de optionele instellingen en functies te kunnen gebruiken. Voor elke optionele mode en functie dient een specifieke licentie te worden opgeslagen. Er is geen limiet aan het aantal licentiesleutels dat in de machine kan worden opgeslagen. BELANGRIJK Voor sommige optionele modes en functies is naast het verkrijgen en opslaan van een licentiesleutel optionele apparatuur nodig.
  • Pagina 304 De details van elk item worden onderstaand getoond. Druk hierop om de cursor naar de gewenste positie te verplaatsen. [ ] [ ]: [Backspace]: Druk op deze toets om het laatst ingevoerde cijfer te wissen. Als het volgende scherm wordt getoond, drukt u op [OK] voer de juiste licentiesleutel in.
  • Pagina 305 Instellen van Systeem monitor beperkingen U kunt beperkingen instellen die betrekking hebben op het scherm Systeem monitor. Beperken van toegang tot het scherm Systeem monitor Als u een login service gebruikt, kunt u de toegang tot het scherm Systeem monitor beperken. Druk op [Systeeminstellingen] [Systeem monitor scherm...
  • Pagina 306 Instellen van toestaan van beveiligd afdrukken via het scherm Systeem monitor U kunt instellen of u beveiligd afdrukken via het scherm Systeem monitor wilt toestaan. Druk op [Systeeminstellingen] [Systeem monitor scherm beperking] [Beveil. afdr. toestaan via scherm Afdrukstatus]. Selecteer [Aan] of [Uit] druk op [OK].
  • Pagina 307 MEAP instellingen U kunt informatie laten afdrukken over de geïnstalleerde MEAP toepassingen. Gebruik HTTP Server Schakel Gebruik HTTP in om deze machine via een web browser te benaderen en gebruik te maken van de geïnstalleerde MEAP toepassingen. BELANGRIJK • Voor toegang tot [Gebruikersbeheer/Instellingen] via SDL, schakelt u Gebruik HTTP in. •...
  • Pagina 308 Als u [Uit] selecteert: Druk op [OK]. OPMERKING • Voordat u <Gebruik SSL> inschakelt, is het nodig om een standaard toets in te stellen bij Netwerkinstellingen (via het scherm Extra functies). (Raadpleeg Hoofdstuk 3 "TCP/IP Netwerk" in de Netwerkhandleiding.) • De Gebruik HTTP mode is alleen van kracht als u de machine opnieuw start (de hoofdschakelaar UIT en daarna weer AAN zetten).
  • Pagina 309 De items die voor elke applicatie worden afgedrukt: • MEAP Contents: Drukt de MEAP versie af. • MEAP specificaties: Druk informatie met betrekking tot de MEAP functie af. • Naam toepassing: Drukt de naam van de toepassing af. • Toepassing ID/Naam systeemtoepassing: Drukt de bestandsnaam van de systeemtoepassing af of het toepassing ID van een standaard toepassing.
  • Pagina 310 Opties kopieset nummering U kunt gedetailleerde instellingen van de Kopieset nummering mode aangeven voor zowel de kopieer- als postbusfuncties. Voor meer informatie over het gebruik van de Kopieset nummering mode, raadpleegt u Hoofdstuk 4 "Speciale kopieer- en postbusfuncties" in de Kopieer- en Postbushandleiding.
  • Pagina 311 ID/Gebruikersnaam [Aan]: Het Afdeling ID wordt afgedrukt. Als u een andere login service gebruikt dan Afdeling ID beheer, dan wordt in plaats daarvan de gebruikersnaam afgedrukt. [Uit]: Alleen de gebruikersnaam wordt afgedrukt. Datum [Aan]: De datum wordt afgedrukt. [Uit]: De datum wordt niet afgedrukt. Tekens [Aan]: De gebruikerstekst wordt afgedrukt.
  • Pagina 312 Weergave van de foutmelding Resterende toner U kunt de machine instellen een bericht weer te geven dat de resterende hoeveelheid toner bijna op is. Deze melding is handig omdat het voldoende tijd biedt de tonervoorraad te controleren en te zorgen dat tijdig nieuwe toner beschikbaar is. OPMERKING Voor meer informatie over het wissen van de melding resterende toner, raadpleegt u "Wissen van melding resterende toner,"...
  • Pagina 313 Weergave van huidige Afdeling ID/ Gebruikersnaam Als u een login service gebruikt, kunt u het Afdeling ID of de gebruikersnaam weergeven die werd gebruikt om in te loggen bij de machine. Deze informatie verschijnt bij Opdracht/ Afdrukstatus. Het item dat voor elke login service verschijnt, is onderstaand aangegeven: Login service Weergegeven item Standaard authentificatie...
  • Pagina 314 USB instellingen Deze mode stelt u in staat de USB instellingen aan te geven. OPMERKING Wijzigingen zijn alleen van kracht als u de machine opnieuw start (de hoofdschakelaar UIT en daarna weer AAN zetten). Voor meer informatie over het opnieuw opstarten (de hoofdschakelaar UIT en weer AAN zetten) van de machine, raadpleegt u "Hoofdschakelaar en schakelaar voor bedieningspaneel"...
  • Pagina 315 Aangeven van Apparaatinformatie afleverinstellingen Door apparaatinformatie in uw machine op te slaan, kunt u instellen dat de machine deze informatie aflevert bij andere machines die op hetzelfde netwerk zijn aangesloten. Dit stelt u in staat op eenvoudige wijze meerdere machines tegelijk te beheren. Uw machine is in staat apparaatinformatie zowel te verzenden als te ontvangen.
  • Pagina 316 De volgende apparaatinformatie kan worden afgeleverd: Afgeleverde Inhoud Opmerkingen informatie • Alle huidige opgeslagen bestemmingen worden verwijderd en daarna worden de afgeleverde instellingen opgeslagen. Het adresboek, de Adresboek doorzendinstellingen • Verzending of ontvangst van het adresboek is alleen en favorietenknoppen mogelijk als de Kleuren Universele Verzendkit (standaard bij de iR C4580i/iR C4080i) is ingeschakeld of de optionele Super G3 Faxkaart is geïnstalleerd.
  • Pagina 317 BELANGRIJK • Apparaatinformatie kan tussen machines worden gedeeld die van hetzelfde model zijn (CLC5151/ CLC4040/iR C4580i/iR C4080i) en die beschikken over de Apparaatinformatie afleverinstellingen mode. Sommige informatie kan wellicht niet juist worden afgeleverd. Dit is afhankelijk van de optionele apparatuur die op de machine is aangesloten.
  • Pagina 318 Opslaan van een bestemming. Om handmatig een bestemming op te slaan: Druk op [Opslaan]. Voer het IP adres of FQDN (Fully Qualified Domain Name) (bijvoorbeeld starfish.organization.company.com) in als de bestemming druk op [OK]. OPMERKING • Voor meer informatie over het invoeren van tekens, raadpleegt u "Invoeren van tekens via het touch panel display"...
  • Pagina 319 Om automatisch naar bestemmingen te zoeken: Druk op [Autom. Zoeken/Opslaan]. Druk op [Start autom. zoeken]. Druk op [-] of [+] om de zoekdiepte (het aantal door te zoeken routers) in te stellen. OPMERKING • Omdat de zoekfunctie gebruik maakt van SLP (Service Location Protocol), zullen machines achter een router niet worden gedetecteerd als de router is ingesteld voor beperking van doorgang met het SLP protocol.
  • Pagina 320 Bevestigen van instellingen voor afleverbestemming Druk op [Systeeminstellingen] [Apparaatinformatie afleverinstellingen] [Bestemmingen opslaan] onder <Verzendinstellingen>. Selecteer de bestemming waarvan u de instellingen wilt bevestigen druk op [Details]. Bevestig de instellingen druk op [OK]. Als u de instellingen van de machine bij de bestemming heeft gewijzigd bij Ontvangstbeperking voor elke functie onder <Ontvangstinstellingen>...
  • Pagina 321 Verwijderen van een afleverbestemming Druk op [Systeeminstellingen] [Apparaatinformatie afleverinstellingen] [Bestemmingen opslaan] onder <Verzendinstellingen>. Selecteer de bestemming die u wilt wissen druk op [Wissen]. Om alle bestemmingen te selecteren, drukt u op [Alles selecteren]. Als een bestemming is geselecteerd, wijzigt deze toets in [Wis selectie]. OPMERKING •...
  • Pagina 322 Afdrukken van afleverbestemmingen Druk op [Systeeminstellingen] [Apparaatinformatie afleverinstellingen] [Bestemmingen opslaan] onder <Verzendinstellingen>. Druk op [Lijst afdrukken]. OPMERKING De lijst met afleverbestemmingen kan alleen worden afgedrukt indien A3, A4 of A4R (normaal, gerecycled of gekleurd papier) in een papierbron is geplaatst die op 'Aan' is ingesteld, wanneer u op [Overige] drukt om in Lade geschikt voor APS/ADS in de Standaard instellingen (van het scherm Extra functies) een papierbron te selecteren.
  • Pagina 323 Instellen van automatisch afleveren U kunt instellen dat u de apparaatinformatie automatisch op een specifiek tijdstip wilt afleveren. U kunt ook selecteren welke informatie u wilt afleveren. BELANGRIJK • Tijdens het afleveren van informatie zullen de volgende machines hun informatie niet bijwerken: - Machines die een verzendopdracht uitvoeren - Machines die gegevens importeren of exporteren via de UI op afstand - Machines die functies uitvoeren via het scherm Extra functies...
  • Pagina 324 U kunt maximaal vijf verschillende starttijden opslaan. Voer alle vier de cijfers van het tijdstip in (inclusief nullen) volgens het 24-uur systeem. Voorbeelden: 7:05 v.m. 0705 11:18 n.m. 2318 Als u een vergissing maakt tijdens het invoeren van het tijdstip, druk dan op om uw invoer te wissen voer een ander vier-cijferig nummer in.
  • Pagina 325 Selecteer welke apparaatinformatie u wilt afleveren druk op [Volgende]. De details van elk item worden onderstaand getoond. [Aan]: De machine zal de geselecteerde apparaatinformatie afleveren. [Uit]: De machine zal de geselecteerde apparaatinformatie niet afleveren. <Netwerkinstellingen>: Beschikbaar wanneer [Aan] is geselecteerd bij <Extra functies instelwaarde>. Selecteer [Inclusief] om de netwerkinstellingen af te leveren of [Uitgesloten] om geen netwerkinstellingen af te leveren druk op [Gereed].
  • Pagina 326 Druk op [Systeeminstellingen] [Apparaatinformatie afleverinstellingen] [Handmatige levering] onder <Verzendinstellingen>. Selecteer welke apparaatinformatie u wilt afleveren druk op [Volgende]. De details van elk item worden onderstaand getoond. [Aan]: De machine zal de geselecteerde apparaatinformatie afleveren. [Uit]: De machine zal de geselecteerde apparaatinformatie niet afleveren. <Netwerkinstellingen>: Beschikbaar wanneer [Aan] is geselecteerd bij <Extra functies instelwaarde>.
  • Pagina 327 Beperken van de ontvangst van apparaatinformatie U kunt instellen of u afgeleverde apparaatinformatie van andere modellen (naast de CLC5151/ CLC4040/iR C4580i/iR C4080i) wilt ontvangen die ook beschikken over de Apparaatinformatie afleverinstellingen mode. Druk op [Systeeminstellingen] [Apparaatinformatie afleverinstellingen] [Beperkingen voor ontvangst apparaatinfo.] onder <Ontvangstinstellingen>.
  • Pagina 328 Selecteer de informatie die u wilt herstellen druk op [Start]. BELANGRIJK Als u de Extra functies instellingen en het adresboek niet gelijktijdig herstelt, kunnen de URL verzendinstellingen bij de Postbusinstellingen (via het scherm Extra functies) wellicht worden gewist. Druk op [Ja]. Beperken van het type informatie dat wordt bijgewerkt U kunt het type apparaatinformatie beperken dat wordt ontvangen en bijgewerkt.
  • Pagina 329 Druk op [Systeeminstellingen] [Apparaatinformatie afleverinstellingen] [Ontvangstbeperking voor elke functie] onder <Ontvangstinstellingen>. Selecteer [Aan] of [Uit] naast de functie die u wilt beperken druk op [Gereed]. De details van elk item worden onderstaand getoond. [Aan]: De machine is beperkt en zal de geselecteerde apparaatinformatie niet bijwerken. [Uit]: De machine is niet beperkt en zal de geselecteerde apparaatinformatie bijwerken.
  • Pagina 330 Controleren/Afdrukken van het communicatielog U kunt de volgende informatie op het communicatielog controleren en laten afdrukken: Starttijd, bestemmingsadres, afleverresultaat, eindtijd, inhoud en eindcode. Controleren van het communicatielog Druk op [Systeeminstellingen] [Apparaatinformatie afleverinstellingen] [Communicatielog]. Controleer de communicatielogs druk op [Gereed]. OPMERKING Om de gedetailleerde informatie van een communicatielog te bekijken, selecteert u het log druk op [Details].
  • Pagina 331 Tijdstip dagelijks act.rapport Als u [Aan] selecteert, voert u het tijdstip in met (numerieke toetsen). Voer alle vier de cijfers van het tijdstip in (inclusief nullen) volgens het 24-uur systeem. Voorbeelden: 7:05 v.m. 0705 11:18 n.m. 2318 Als u een vergissing maakt tijdens het invoeren van het tijdstip, druk dan op om uw invoer te wissen voer een ander vier-cijferig nummer in.
  • Pagina 332 VOORZICHTIG • Voordat u de Initialiseer alle gegevens/Instellingen mode start, dient u te controleren of de gegevens die u wilt wissen inderdaad niet meer nodig zijn. Canon is niet aansprakelijk voor schade als gevolg van het verlies aan gegevens. • Als de optionele Kaartlezer-D1 op de machine is aangesloten en niet goed functioneert na het initialiseren van de gegevens, neem dan contact op met uw Canon dealer.
  • Pagina 333 BELANGRIJK • Om te voorkomen dat andere gebruikers per ongeluk alle gegevens op de harde schijf wissen, wordt aanbevolen een ID van de systeembeheerder en systeemwachtwoord op te slaan zodat alleen de systeembeheerder deze procedure kan uitvoeren. • Controleer of er geen huidige opdrachten worden verwerkt voordat u de Initialiseer alle gegevens/ Instellingen mode gebruikt.
  • Pagina 334 Nadat de harde schijf is geïnitialiseerd, drukt u op de hoofdschakelaar om deze in de UIT-stand (" " zijde) te zetten. 6-60 Initialiseer alle gegevens/instellingen...
  • Pagina 335 Instellen van de weergavemethode bij invoer van een wachtwoord U kunt instellen of u sterretjes wilt laten verschijnen wanneer vertrouwelijke gegevens worden ingevoerd, zoals bijvoorbeeld een wachtwoord. OPMERKING Wanneer de informatie als sterretjes wordt weergegeven, verschijnt een scherm dat de gebruiker opdracht geeft de informatie ter controle opnieuw in te voeren.
  • Pagina 336 Gedwongen beveiligd watermerk mode De Gedwongen beveiligd watermerk mode stelt u in staat de machine altijd het specifieke, verborgen watermerk op afdrukken en kopieën aan te brengen. Voor meer informatie over de Beveiligd watermerk mode, raadpleegt u Hoofdstuk 4 "Speciale kopieer- en postbusfuncties" in de Kopieer- en Postbushandleiding.
  • Pagina 337 Als u [Watermerk] selecteert [Aanmaken]: Druk op [Invoeren] voer de gewenste tekst in druk op [OK] [OK] [Volgende]. Als u tekens heeft opgeslagen bij Tekens opslaan voor pag.nr./Watermerk onder Standaard instellingen (via het scherm Extra functies), kunt u de tekens in de lijst selecteren. OPMERKING Voor meer informatie over het invoeren van tekens, raadpleegt u "Invoeren van tekens via het touch panel display"...
  • Pagina 338 Als u [Serienummer] selecteert: Druk op [Volgende]. OPMERKING Het serienummer dat verschijnt bij Opdracht/Afdrukstatus wanneer u op het bedieningspaneel drukt, wordt afgedrukt. Als u [ID/Gebr.naam] selecteert: Druk op [Volgende]. OPMERKING • Het ID of de gebruikersnaam van de gebruiker die het document afdrukt zal worden afgedrukt. •...
  • Pagina 339 Om een raster op de achtergrond van de kopie af te drukken, selecteert u het achtergrondraster in de keuzelijst Achtergrondraster. U kunt [Klein] (36 punts), [Medium] (54 punts) of [Groot] (72 punts) selecteren voor de grootte van de tekst. Om de tekens verticaal over de pagina af te drukken, drukt u op [Tekens verticaal afdrukken]. Om witte letters op een gekleurde achtergrond te gebruiken, drukt u op [Witte letters op gekl.
  • Pagina 340 Aangeven van de instellingen voor geëncrypt beveiligd afdrukken U kunt de instellingen aangeven die gelden voor geëncrypt beveiligd afdrukken. OPMERKING De Geëncrypte afdrukinstellingen kunnen alleen worden ingesteld als de Geëncrypte afdruk software is ingeschakeld. Instellen van uitsluitend ontvangen van geëncrypte beveiligde afdrukopdrachten U kunt instellen dat de machine alleen geëncrypte beveiligde afdrukopdrachten van computers kan ontvangen.
  • Pagina 341 Periodiek onderhoud HOOFDSTUK Dit hoofdstuk beschrijft hoe u papier kunt bijvullen, de periodieke reiniging kunt uitvoeren en verbruiksmaterialen, zoals toner en nietpatronen kunt vervangen. Papierladen ............... 7-2 Bijvullen van papier.
  • Pagina 342 Papierladen Dit gedeelte beschrijft hoe u papier kunt bijvullen in de papierladen. OPMERKING • De volgende papierformaten kunnen in de papierladen 1, 2, 3 en 4 worden geplaatst: - 305 mm x 457 mm, A3, A4, A4R en A5R - Papierladen 3 en 4 kunnen alleen worden gebruikt als de optionele Cassette module-Z1 is aangesloten.
  • Pagina 343 BELANGRIJK • Er verschijnt ook een scherm waarop u wordt gevraagd papier bij te vullen wanneer de geselecteerde papierlade niet helemaal in de machine is geschoven. Zorg dat de papierlade correct is geplaatst. • Plaats nooit enveloppen of niet-standaard papierformaten in de papierladen. •...
  • Pagina 344 Druk op de knop van de papierlade waar u papier wilt bijvullen. Pak de greep vast en trek de papierlade zover mogelijk naar buiten. Open een pak papier en verwijder het resterende papier uit de lade. Papierladen...
  • Pagina 345 OPMERKING • Gebruik voor afdrukken met een hoge kwaliteit door Canon aanbevolen papier. • Waaier het papier altijd uit voordat u het in de papierlade plaatst en maak er een nette stapel van. Ook papier dat net uit een nieuwe verpakking komt dient te worden uitgewaaierd.
  • Pagina 346 BELANGRIJK • Gekruld papier dient te worden gladgestreken voordat u het kunt gebruiken. • Zorg dat de hoogte van de papierstapel de vullimiet ( ) aan de achterzijde van de papierlade niet overschrijdt. OPMERKING • Elke papierlade biedt plaats aan ca. 550 vel papier (80 g/m •...
  • Pagina 347 BELANGRIJK U kunt geen kopieën of afdrukken maken indien u zoveel papier plaatst dat de vullimiet wordt overschreden of wanneer de papierlade niet helemaal in de machine is geschoven. Controleer altijd op de papierladen goed zijn geplaatst en dat het papier niet boven de vullimiet komt. OPMERKING Indien het papier tijdens het kopiëren of afdrukken opraakt, vul dan papier bij en volg de instructies op het touch panel display.
  • Pagina 348 Til de linkergeleider omhoog en plaats deze in de gaatjes voor het gewenste papierformaat. Linkergeleider BELANGRIJK Wanneer u 305 mm x 457 mm papier in de papierlade plaatst, verwijder dan de linkergeleider en plaats deze in de gaatjes aan de linker voorkant van de papierlade. Papierladen...
  • Pagina 349 Knijp in de hendel van de geleider aan de voorzijde, zoals hieronder is weergegeven. Verschuif de geleider aan de voorzijde, zonder de hendel los te laten, naar de markering voor het gewenste papierformaat. Voorste geleider BELANGRIJK Stel de geleiders in om te voorkomen dat een papierstoring optreedt of de binnenzijde van de machine wordt verontreinigd.
  • Pagina 350 BELANGRIJK Als de papiergeleider niet goed is ingesteld op het papier dat u in de papierlade plaatst, kan het verkeerde papierformaat op het touch panel display verschijnen. Dit kan ook papierstoringen, verontreinigde afdrukken en verontreiniging van de binnenzijde van de machine veroorzaken. Wijzig het formaatkaartje van de papierlade zodat het overeenkomt met het nieuwe papierformaat.
  • Pagina 351 Aanvoer (Kleurenscanner-F1) Originelen die per fax of met de verzendfunctie via de aanvoer zijn verzonden, kunnen worden gestempeld om aan te geven dat ze zijn verzonden. Vervang de stempelpatroon wanneer deze markering onduidelijk of niet langer zichtbaar is. BELANGRIJK • Deze procedure is alleen nodig als de optionele Kleurenscanner-F1 is aangesloten. •...
  • Pagina 352 Druk de nieuwe stempelpatroon met een pincet naar binnen tot u klik hoort. BELANGRIJK • Zorg dat de stempelpatroon niet uitsteekt boven het oppervlak. • Plaats de stempelpatroon op de juiste wijze om papierstoringen te voorkomen. Sluit voorzichtig het binnendeksel en het deksel van de aanvoer. VOORZICHTIG Zorg bij het sluiten van de deksels dat uw vingers niet bekneld raken.
  • Pagina 353 Papiermagazijn-Y1 (Optioneel) Als u het optionele Papiermagazijn-Y1 op de machine aansluit, heeft u een extra papierbron voor afdrukopdrachten. Het Papiermagazijn-Y1 biedt plaats aan maximaal 2.700 vel papier (80 g/m BELANGRIJK Indien de machine zich in de Sluimer mode bevindt (het touch panel wordt niet weergegeven en alleen de Hoofdschakelaar licht op), kunt u het papiermagazijn wellicht niet openen.
  • Pagina 354 BELANGRIJK Het papiermagazijn is uitsluitend geschikt voor papier met een gewicht van 64 - 209 g/m . Gebruik de papiertafel om papier te gebruiken dat zwaarder is. OPMERKING Indien tijdens het afdrukken een melding verschijnt waarin u wordt gevraagd papier bij te vullen, dan worden de resterende afdrukken automatisch gemaakt nadat u het juiste papier heeft bijgevuld.
  • Pagina 355 OPMERKING • Gebruik voor afdrukken met een hoge kwaliteit door Canon aanbevolen papier. • Waaier het papier altijd uit voordat u het in de papierlade plaatst en maak er een nette stapel van. Ook papier dat net uit een nieuwe verpakking komt dient te worden uitgewaaierd.
  • Pagina 356 BELANGRIJK • Gekruld papier dient te worden gladgestreken voordat u het in het papiermagazijn plaatst. • Zorg dat de hoogte van de papierstapel de vullimiet ( ) aan de binnenzijde van het papiermagazijn niet overschrijdt. OPMERKING • Het papiermagazijn biedt plaats aan ca. 2.700 vel papier (80 g/m •...
  • Pagina 357 Volg de hieronder beschreven procedure om de nietpatroon te vervangen. Gebruik alleen nietpatronen die voor deze machine bedoeld zijn. OPMERKING Wij raden aan nietjes bij uw Canon dealer te bestellen voordat ze opraken. 7-17 Finisher-X1 (Optioneel)
  • Pagina 358 Pak de hendel op de finisher vast zoals onderstaand wordt getoond en trek deze weg van de machine. Open het deksel van de nietjesbehuizing. Trek de behuizing naar buiten door deze aan het groene nokje vast te pakken. 7-18 Finisher-X1 (Optioneel)
  • Pagina 359 Plaats de behuizing zoals onderstaand is aangegeven, druk op met PUSH (DUWEN) aangegeven gedeelte en trek daarna de nietpatroon naar buiten. Plaats de nieuwe nietpatroon. Druk de met een veer uitgevoerde behuizing omlaag tot deze vastklikt. BELANGRIJK • Gebruik alleen nietpatronen die voor deze machine bedoeld zijn. •...
  • Pagina 360 Verwijder de tape die de nietjes bij elkaar houdt door deze eerst recht en daarna omlaag naar buiten te trekken. BELANGRIJK Zorg dat u de tape eerst recht en daarna omlaag naar buiten trekt. Indien u de verzegeling onder een hoek naar buiten trekt, kan deze scheuren. Druk de behuizing voorzichtig terug in de finisher tot u klik hoort.
  • Pagina 361 Sluit het deksel van de nietjesbehuizing. VOORZICHTIG Zorg bij het sluiten van het deksel van de nietjesbehuizing dat uw vingers niet bekneld raken. U voorkomt hiermee persoonlijk letsel. Sluit de finisher opnieuw op de machine aan zoals onderstaand is aangegeven. VOORZICHTIG Wanneer u de finisher op de machine aansluit, dient u te voorkomen dat uw vingers bekneld raken en letsel optreedt.
  • Pagina 362 Volg de hieronder beschreven procedure om de nietpatroon te vervangen. Gebruik alleen nietpatronen die voor deze machine bedoeld zijn. OPMERKING Wij raden aan nietjes bij uw Canon dealer te bestellen voordat ze opraken. 7-22 Finisher-W1/Rugnieteenheid-W2/Ponseenheid-AG1 (Optioneel)
  • Pagina 363 Open de voordeur van de finisher. De optionele Rugnieteenheid-W2 De optionele Finisher-W1 Til de nietbehuizing omhoog en trek deze uit het nietapparaat door de behuizing aan de groene nok vast te houden. Plaats de behuizing zoals onderstaand is aangegeven, druk op met PUSH (DUWEN) aangegeven gedeelte en trek daarna de nietpatroon naar buiten.
  • Pagina 364 Plaats de nieuwe nietpatroon. Druk de met een veer uitgevoerde behuizing omlaag tot deze vastklikt. BELANGRIJK • Gebruik alleen nietpatronen die voor deze machine bedoeld zijn. • Verwijder de verzegeling die de nietjes bijeen houdt niet voordat u de nietpatroon in de nietpatroonhouder heeft geplaatst.
  • Pagina 365 Druk de houder van de nietmachine voorzichtig terug. Sluit de voordeur van de finisher. De optionele Rugnieteenheid-W2 De optionele Finisher-W1 VOORZICHTIG Zorg bij het sluiten van het voordeur van de finisher dat uw vingers niet beklemd raken. U voorkomt hiermee persoonlijk letsel. OPMERKING Indien er geen nietjes aanwezig zijn in de nietpositie nadat de deur is gesloten, dan voert de nietmachine automatisch een "droogniet"...
  • Pagina 366 Verwijder indien nodig alle vellen papier van het boekjesblad voordat u de nietpatroon weer in de rugnieteenheid plaatst. OPMERKING • Deze procedure is alleen nodig als de optionele Rugnieteenheid-W2 is aangesloten. • Wij raden aan nietjes bij uw Canon dealer te bestellen voordat ze opraken. Open de voordeur van de finisher. 7-26 Finisher-W1/Rugnieteenheid-W2/Ponseenheid-AG1 (Optioneel)
  • Pagina 367 Pak de rugnieteenheid aan de hendel vast en trek de eenheid tot aan de aanslag uit de finisher. Rugnieteenheid Trek het nietapparaat van de rugnieteenheid naar u toe en druk deze daarna omhoog. Nietapparaat van de Rugnieteenheid Pak de lege nietpatroon aan de linker- en rechterzijde vast en trek de nietpatroon naar buiten.
  • Pagina 368 Plaats de nieuwe nietpatroon. OPMERKING Er kan slechts één nietpatroon (voor of achter) tegelijk worden geplaatst. Trek het nietapparaat uit de rugnieteenheid naar u toe en druk deze omlaag in de oorspronkelijke stand. Duw de rugnieteenheid voorzichtig terug in de oorspronkelijke positie. 7-28 Finisher-W1/Rugnieteenheid-W2/Ponseenheid-AG1 (Optioneel)
  • Pagina 369 Sluit de voordeur van de finisher. VOORZICHTIG Zorg bij het sluiten van het voordeur van de finisher dat uw vingers niet beklemd raken. U voorkomt hiermee persoonlijk letsel. BELANGRIJK Zorg dat u de nietjes in de rugnieteenheid handmatig herpositioneert wanneer u de nietpatroon heeft vervangen.
  • Pagina 370 Open de voordeur van de bak met ponsafval. Trek de bak met ponsafval naar buiten. Gooi het ponsafval weg. OPMERKING Zorg dat de bak met ponsafval helemaal leeg is. 7-30 Finisher-W1/Rugnieteenheid-W2/Ponseenheid-AG1 (Optioneel)
  • Pagina 371 Zet de bak voor het ponsafval terug in de oorspronkelijke stand. OPMERKING Als de bak voor het ponsafval niet goed is geplaatst, dan kunt u geen afdrukken maken in de Ponsgaten mode. Sluit de voordeur van de bak met ponsafval. VOORZICHTIG Zorg bij het sluiten van het voordeur van de opvang voor ponsafval dat uw vingers niet beklemd raken.
  • Pagina 372 Vervangen van de tonercartridge Wanneer er nog maar weinig toner in de machine aanwezig is, verschijnt op het touch panel display een melding zoals onderstaand is weergegeven. U kunt doorgaan met afdrukken, maar u dient nu een nieuwe tonercartridge voor de aangegeven kleur te bestellen zodat deze beschikbaar is.
  • Pagina 373 WAARSCHUWING Verbrand geen tonercartridges en werp ze niet in open vuur. De resterende toner in de cartridges kan vlam vatten, hetgeen brandwonden of brand tot gevolg kan hebben. VOORZICHTIG • Bewaar toner buiten bereik van kleine kinderen. Als toner is ingeslikt, neem dan direct contact op met een arts.
  • Pagina 374 Open de voordeur van de hoofdeenheid. Draai de blauwe hendel die overeenkomt met de tonercartridge die u wilt vervangen naar boven. 7-34 Vervangen van de tonercartridge...
  • Pagina 375 Pak de bovennok op de tonercartridge vast en trek de tonercartridge half uit de toner vulopening. Trek de tonercartridge tot halverwege naar buiten en verwijder deze daarna volledig waarbij uw andere hand de onderkant ondersteunt. WAARSCHUWING Verbrand geen tonercartridges en werp ze niet in open vuur. De resterende toner in de cartridges kan vlam vatten, hetgeen brandwonden of brand tot gevolg kan hebben.
  • Pagina 376 Duw de nieuwe tonercartridge zover mogelijk naar binnen. Ondersteun de nieuwe tonercartridge met uw hand terwijl u de cartridge met uw andere hand in de machine duwt. Toner bijvulopening BELANGRIJK Wanneer u de tonercartridges vervangt, dient u te zorgen dat de kleur van de tonercartridge overeenkomt met de kleur van de toner bijvulopening.
  • Pagina 377 Sluit de voordeur van de hoofdeenheid. VOORZICHTIG Zorg bij het sluiten van de voordeur van de machine dat uw vingers niet beklemd raken. U voorkomt hiermee persoonlijk letsel. 7-37 Vervangen van de tonercartridge...
  • Pagina 378 De afvaltoner kan ontbranden, hetgeen brandwonden of brandschade kan veroorzaken. • Uw Canon dealer zal zorgen voor de verwerking van containers met tonerafval. Gebruik het meegeleverde deksel om de opening van de container voor afvaltoner af te sluiten.
  • Pagina 379 Open de voordeur van de hoofdeenheid. Druk de overdrachtshendel omlaag. Overdrachtshendel Trek de container met afvaltoner naar buiten. 7-39 Vervangen van het afvaltonerreservoir...
  • Pagina 380 VOORZICHTIG Wanneer u het afvaltonerreservoir verwijdert, dient u te voorkomen dat het kantelt en wellicht toner op uw handen of kleding komt. Indien u toner op uw handen of kleding krijgt, spoel dan onmiddellijk met koud water. Het wassen met warm water fixeert de toner, waardoor het niet mogelijk is de tonervlekken te verwijderen.
  • Pagina 381 Zet de overdrachtshendel terug in de oorspronkelijke stand. Overdrachtshendel Sluit de voordeur van de hoofdeenheid. VOORZICHTIG Zorg bij het sluiten van de voordeur dat uw vingers niet bekneld raken. U voorkomt hiermee persoonlijk letsel. 7-41 Vervangen van het afvaltonerreservoir...
  • Pagina 382 Periodieke reiniging Als het origineel niet goed wordt gekopieerd, reinig dan de volgende onderdelen van de machine. Voor hoogwaardige afdrukken raden wij aan deze onderdelen één- of tweemaal per maand te reinigen. • Glasplaat • Onderzijde van de de aanvoer/het kopieerdeksel •...
  • Pagina 383 Reinig de glasplaat en de onderzijde van de aanvoer/het kopieerdeksel met een lichtvochtige doek met water en veeg daarna droog met een zachte doek. VOORZICHTIG Maak de doek niet te nat, omdat dit het origineel of de machine kan beschadigen. Handmatig reinigen van de aanvoer Als originelen die via de aanvoer zijn verwerkt strepen of vlekken vertonen, reinig dan de rollen van de aanvoer.
  • Pagina 384 Reinig de rollen (op totaal acht plaatsen) in het deksel van de aanvoer met een lichtvochtige doek met water. Veeg het gebied vervolgens met een droge, zachte doek droog. Reinig de rollen (op totaal drie plaatsen) met een lichtvochtige doek met water zoals onderstaand is aangegeven.
  • Pagina 385 Reinig de rollen (op totaal negen plaatsen) achter het binnendeksel van de aanvoer met een lichtvochtige doek met water. Veeg het gebied vervolgens met een droge, zachte doek droog. Reinig de rollen (op totaal vier plaatsen) bij de achterzijde van het binnendeksel met een lichtvochtige doek met water.
  • Pagina 386 Sluit het binnendeksel. VOORZICHTIG Zorg bij het sluiten van het binnendeksel dat uw vingers niet bekneld raken. U voorkomt hiermee persoonlijk letsel. Sluit het deksel van de aanvoer. VOORZICHTIG Zorg bij het sluiten van het deksel van de aanvoer dat uw vingers niet bekneld raken. U voorkomt hiermee persoonlijk letsel.
  • Pagina 387 Til de aanvoer op. Reinig het scangedeelte van de aanvoer met een lichtvochtige doek met water. Veeg het gebied vervolgens met een droge, zachte doek droog. Reinig het gedeelte naast de rubberen rol met een lichtvochtige doek met water. Veeg het gebied vervolgens met een droge, zachte doek droog.
  • Pagina 388 Sluit de aanvoer. VOORZICHTIG • Zorg bij het sluiten van de aanvoer dat uw vingers niet bekneld raken. U voorkomt hiermee persoonlijk letsel. • Het licht van de glasplaat kan erg helder zijn wanneer u de aanvoer sluit. Reinigen van de binnenzijde van de machine Als strepen op de afdrukken verschijnen of delen van de afdrukken ontbreken, dan is de binnenzijde van de machine wellicht verontreinigd.
  • Pagina 389 Automatische reiniging van de aanvoer Als uw originelen zwarte strepen vertonen of verontreinigd zijn nadat ze via de aanvoer zijn gescand, reinig dan de rollen van de aanvoer. BELANGRIJK Deze procedure is alleen nodig als de optionele Kleurenscanner-F1 is aangesloten. OPMERKING Het duurt ca.
  • Pagina 390 De volgende verbruiksmaterialen zijn bij Canon verkrijgbaar. Neem voor meer informatie contact op met uw Canon dealer. Wij raden aan papier en toner bij uw Canon dealer te bestellen voordat dit opraakt. Papier en andere afdrukmaterialen Naast normaal papier (A3, A4 zijn ook gerecycled papier, gekleurd papier, transparanten (aanbevolen voor deze machine), calqueerpapier, etiketten en andere afdrukmaterialen verkrijgbaar.
  • Pagina 391 Toner is verkrijgbaar in vier kleuren: cyaan, magenta, geel en zwart. Controleer voordat u toner bij uw Canon dealer bestelt welke kleur u dient te vervangen. Zorg dat u de tonercartridge met de juiste kleur vervangt.
  • Pagina 392 Originele verbruiksmaterialen Canon heeft toner, onderdelen en verbruiksmaterialen ontwikkeld die speciaal bestemd zijn voor gebruik in deze machine. Voor een optimale afdrukkwaliteit en voor optimale prestaties van de machine en de productiviteit, adviseren wij dat u originele Canon toner, onderdelen en verbruiksmaterialen gebruikt.
  • Pagina 393 Neem contact op met uw Canon dealer........
  • Pagina 394 De frequentie van papierstoringen verminderen Als zich regelmatig papierstoringen voordoen ook als er schijnbaar geen probleem is met de machine, dan kan één van de volgende twee redenen de oorzaak zijn. Volg de hieronder beschreven instructies om de frequentie van papierstoringen te verminderen. Er zijn stukjes gescheurd papier in de machine achter gebleven.
  • Pagina 395 Verwijderen van vastgelopen papier Als een papierstoring is opgetreden, kunnen de volgende schermen op het touch panel display verschijnen. Schermen die de locatie van het vastgelopen papier aangeven Op het touch panel display verschijnen het scherm dat de plaats aangeeft waar het papier is vastgelopen en de instructies om het vastgelopen papier te verwijderen.
  • Pagina 396 • Wanneer u vastgelopen originelen of papier verwijdert, voorkom dan dat u uw handen snijdt aan de randen van de originelen. Als u het papier niet kunt verwijderen, neem dan contact op met uw Canon dealer. • Zorg bij het verwijderen van vastgelopen papier dat er geen toner van het papier op uw handen of kleding terechtkomt.
  • Pagina 397 OPMERKING Indien op meerdere plaatsen papier is vastgelopen, verwijder het vastgelopen papier dan in de volgorde die op het touch panel display wordt aangegeven. Inspecteer alle op het touch panel display aangegeven plaatsen waar papier is vastgelopen en verwijder het vastgelopen papier. Raadpleeg de volgende pagina's voor instructies over het opsporen en verwijderen van vastgelopen papier.
  • Pagina 398 Indien papier in de optionele unit vastloopt, raadpleeg dan de instructies op de volgende pagina's. Cassette module-Z1 Raadpleeg "Cassette module-Z1 (Optioneel)" op pag. 8-28. Papiermagazijn-Y1 Raadpleeg "Papiermagazijn-Y1 (Optioneel)" op pag. 8-32. Aanvoer (Kleurenscanner-F1) Raadpleeg "Aanvoer (Kleurenscanner-F1) (Optioneel)" op pag. 8-35. Verwijderen van vastgelopen papier...
  • Pagina 399 Finisher-X1 Raadpleeg "Finisher-X1 (Optioneel)" op pag. 8-40. Finisher-W1 Raadpleeg "Onder het bovendeksel van de Finisher-W1/Rugnieteenheid-W2 (Optioneel)" op pag. 8-43. Raadpleeg "Uitvoereenheid van de Finisher-W1/Rugnieteenheid-W2 (Optioneel)" op pag. 8-46. Rugnieteenheid-W2 Raadpleeg "Onder het bovendeksel van de Finisher-W1/Rugnieteenheid-W2 (Optioneel)" op pag. 8-43. Raadpleeg "Uitvoereenheid van de Finisher-W1/Rugnieteenheid-W2 (Optioneel)"...
  • Pagina 400 Ponseenheid-AG1 Raadpleeg "Ponseenheid-AG1 (Optioneel)" op pag. 8-58. Plaats de hendels en deksels, nadat u het vastgelopen papier op alle plaatsen die op het touch panel display worden aangegeven heeft verwijderd, terug in hun oorspronkelijke posities. Blijf de procedure en de instructies op het touch panel display volgen. Zodra u al het vastgelopen papier op andere plaatsen dan de aanvoer heeft verwijderd, wordt het afdrukken of kopiëren hervat.
  • Pagina 401 Linker bovendeksel Als achter de linker bovendeur een papierstoring optreedt, verschijnt op het touch panel display een scherm zoals onderstaand is aangegeven. Controleer de plaats van de papierstoring, volg de hieronder beschreven procedure en de procedure die op het touch panel display verschijnt om het vastgelopen papier te verwijderen.
  • Pagina 402 Verwijder het vastgelopen papier. Sluit de linker bovendeur van de hoofdeenheid. Als een optionele finisher was losgekoppeld van de machine, dient u deze opnieuw op de machine aan te sluiten. Voor meer informatie raadpleegt u "Finisher-X1" op pag. 3-18 of "Finisher-W1/Rugnieteenheid-W2/Ponseenheid-AG1"...
  • Pagina 403 Fixeereenheid (in de machine) Als in de fixeereenheid een papierstoring optreedt, verschijnt op het touch panel display een scherm zoals onderstaand is aangegeven. Controleer de plaats van de papierstoring, volg de hieronder beschreven procedure en de procedure die op het touch panel display verschijnt om het vastgelopen papier te verwijderen.
  • Pagina 404 Druk op de knop aan de rechterkant van de fixeereenheid en trek het deksel van de uitvoer omlaag om deze te openen. Als op de machine een optionele finisher is aangesloten, dient u de fixeereenheid iets terug te duwen in de machine voordat u het deksel van de uitvoeropening kunt openen. Terwijl u de hendel aan de linker binnenkant van de fixeereenheid omlaag drukt, opent u het binnendeksel en verwijdert u het vastgelopen papier.
  • Pagina 405 Sluit het deksel van de uitvoeropening. VOORZICHTIG Zorg bij het sluiten van het deksel van de uitvoeropening dat uw vingers niet bekneld raken. U voorkomt hiermee persoonlijk letsel. Verwijder het vastgelopen papier. VOORZICHTIG De onderdelen in de fixeereenheid kunnen erg heet worden. Wanneer u vastgelopen papier verwijdert, dient u hier verder niets aan te raken, alleen het vastgelopen papier.
  • Pagina 406 Open het deksel van de duplex met uw ene hand en trek het vastgelopen papier met uw andere hand naar buiten. Sluit het deksel van de duplex. VOORZICHTIG Zorg bij het sluiten van het deksel van de duplex dat uw vingers niet beklemd raken. U voorkomt hiermee persoonlijk letsel.
  • Pagina 407 Plaats uw handen waar het symbool met de hand ( ) is aangebracht op het deksel van de uitvoeropening van de machine en duw de fixeereenheid voorzichtig terug in de machine tot u klik hoort. Als een optionele finisher was losgekoppeld van de machine, dient u deze opnieuw op de machine aan te sluiten.
  • Pagina 408 Papiertafel Als een papierstoring optreedt bij de papiertafel, verschijnt op het touch panel display een scherm zoals onderstaand is aangegeven. Controleer de plaats van de papierstoring, volg de hieronder beschreven procedure en de procedure die op het touch panel display verschijnt om het vastgelopen papier te verwijderen.
  • Pagina 409 Verwijder het vastgelopen papier. Sluit de papiertafel. Druk op de knop van transporteenheid (aan de rechterkant van de machine) en trek de transporteenheid naar buiten. Transporteenheid 8-17 Verwijderen van vastgelopen papier...
  • Pagina 410 Open het binnendeksel van de transporteenheid en verwijder het vastgelopen papier. Sluit het binnendeksel van de transporteenheid. VOORZICHTIG Zorg bij het sluiten van het binnendeksel van de transporteenheid dat uw vingers niet beklemd raken. U voorkomt hiermee persoonlijk letsel. 8-18 Verwijderen van vastgelopen papier...
  • Pagina 411 Plaats uw hand waar het symbool met de hand ( ) zich op de transporteenheid bevindt en duw de transporteenheid voorzichtig terug in de machine. VOORZICHTIG • Zorg dat de transporteenheid goed in de oorspronkelijke stand is teruggezet. U voorkomt hiermee de kans op beschadiging van de machine. •...
  • Pagina 412 Rechterdeksel/Papierlade Als een papierstoring optreedt achter de rechterdeksels van de papierladen, verschijnt op het touch panel display een scherm zoals onderstaand is aangegeven. Controleer de plaats van de papierstoring, volg de hieronder beschreven procedure en de procedure die op het touch panel display verschijnt om het vastgelopen papier te verwijderen.
  • Pagina 413 Verwijder het vastgelopen papier. Druk op de knop van de papierlade die op het touch panel display wordt weergegeven om de papierlade te ontgrendelen. Pak de greep vast en trek de papierlade zover mogelijk naar buiten. 8-21 Verwijderen van vastgelopen papier...
  • Pagina 414 Verwijder het vastgelopen papier. Duw de papierlade voorzichtig terug in de machine totdat u een klik hoort. VOORZICHTIG Zorg bij het terugplaatsen van de papierlade dat uw vingers niet beklemd raken. U voorkomt hiermee persoonlijk letsel. 8-22 Verwijderen van vastgelopen papier...
  • Pagina 415 Sluit de rechterdeur van de machine. Als het optionele Papiermagazijn-Y1 was losgekoppeld van de machine, dient u dit opnieuw op de machine aan te sluiten. Voor meer informatie raadpleegt u "Papiermagazijn-Y1" op pag. 3-13. VOORZICHTIG Zorg bij het sluiten van het rechterdeksel van de machine dat uw vingers niet beklemd raken.
  • Pagina 416 Transporteenheid (in de machine) Als een papierstoring optreedt in de transporteenheid, verschijnt op het touch panel display een scherm zoals onderstaand is aangegeven. Controleer de plaats van de papierstoring, volg de hieronder beschreven procedure en de procedure die op het touch panel display verschijnt om het vastgelopen papier te verwijderen.
  • Pagina 417 Verwijder het vastgelopen papier. Druk op de knop van transporteenheid (aan de rechterkant van de machine) en trek de transporteenheid naar buiten. Open het binnendeksel van de transporteenheid en verwijder het vastgelopen papier. 8-25 Verwijderen van vastgelopen papier...
  • Pagina 418 Sluit het binnendeksel van de transporteenheid. VOORZICHTIG Zorg bij het sluiten van het binnendeksel van de transporteenheid dat uw vingers niet beklemd raken. U voorkomt hiermee persoonlijk letsel. Open het achterdeksel van de transporteenheid en verwijder het vastgelopen papier. Sluit daarna het achterdeksel. VOORZICHTIG Zorg bij het sluiten van het achterdeksel van de transporteenheid dat uw vingers niet beklemd raken.
  • Pagina 419 Plaats uw hand waar het symbool met de hand ( ) zich op de transporteenheid bevindt en duw de transporteenheid voorzichtig terug in de machine. VOORZICHTIG • Zorg dat de transporteenheid goed in de oorspronkelijke stand is teruggezet. U voorkomt hiermee de kans op beschadiging van de machine. •...
  • Pagina 420 Volg de instructies op het touch panel display. OPMERKING Het scherm dat de plaatsen waar het papier is vastgelopen aangeeft, verschijnt herhaaldelijk op het touch panel display totdat het vastgelopen papier volledig is verwijderd. Voor meer informatie raadpleegt u "Schermen die de locatie van het vastgelopen papier aangeven" op pag. 8-3. Cassette module-Z1 (Optioneel) Als een papierstoring optreedt in de optionele Cassette module-Z1, dan verschijnt op het touch panel display een scherm zoals onderstaand is aangegeven.
  • Pagina 421 Open de rechter onderdeur van de cassettemodule. Als het optionele Papiermagazijn-Y1 op de machine is aangesloten, dient u het papiermagazijn los te koppelen van de machine voordat u deze procedure gaat volgen. Voor meer informatie raadpleegt u "Papiermagazijn-Y1" op pag. 3-13. Verwijder het vastgelopen papier.
  • Pagina 422 Pak de greep vast en trek de papierlade zover mogelijk naar buiten. Verwijder het vastgelopen papier. Duw de papierlade voorzichtig terug in de machine totdat u een klik hoort. 8-30 Verwijderen van vastgelopen papier...
  • Pagina 423 VOORZICHTIG Zorg bij het terugplaatsen van de papierlade dat uw vingers niet beklemd raken. U voorkomt hiermee persoonlijk letsel. Sluit de rechter onderdeur van de cassettemodule. Als het optionele Papiermagazijn-Y1 was losgekoppeld van de machine, dient u dit opnieuw op de machine aan te sluiten. Voor meer informatie raadpleegt u "Papiermagazijn-Y1" op pag.
  • Pagina 424 Papiermagazijn-Y1 (Optioneel) Als een papierstoring optreedt in het optionele Papiermagazijn-Y1, dan verschijnt op het touch panel display een scherm zoals onderstaand is aangegeven. Controleer de plaats van de papierstoring, volg de hieronder beschreven procedure en de procedure die op het touch panel display verschijnt om het vastgelopen papier te verwijderen.
  • Pagina 425 Verwijder het papier dat bij het aanvoergedeelte is vastgelopen. Er kan ook papier in de aanvoeropening aan de zijkant van de hoofdeenheid zijn vastgelopen. Verwijder het vastgelopen papier uit de aanvoeropening. Druk op de knop om het papiermagazijn te openen. De papierlift gaat automatisch omlaag.
  • Pagina 426 BELANGRIJK Indien de machine zich in de Sluimer mode bevindt (het touch panel wordt niet weergegeven en alleen de Hoofdschakelaar licht op), kunt u het papiermagazijn wellicht niet openen. Druk in deze situatie op de schakelaar voor het bedieningspaneel om de machine te activeren en druk op de Openen knop van het papiermagazijn.
  • Pagina 427 OPMERKING Het scherm dat de plaatsen waar het papier is vastgelopen aangeeft, verschijnt herhaaldelijk op het touch panel display totdat het vastgelopen papier volledig is verwijderd. Voor meer informatie raadpleegt u "Schermen die de locatie van het vastgelopen papier aangeven" op pag. 8-3. Aanvoer (Kleurenscanner-F1) (Optioneel) Als in de aanvoer een papierstoring optreedt, verschijnt op het touch panel display een scherm zoals onderstaand is aangegeven.
  • Pagina 428 Op het deksel van de aanvoer. Verwijder de vastgelopen originelen. Open het binnendeksel door dit bij de nok vast te pakken. 8-36 Verwijderen van vastgelopen papier...
  • Pagina 429 Draai de aanvoerknop en verwijder vastgelopen originelen. Sluit het binnendeksel. VOORZICHTIG Zorg bij het sluiten van het binnendeksel dat uw vingers niet bekneld raken. U voorkomt hiermee persoonlijk letsel. 8-37 Verwijderen van vastgelopen papier...
  • Pagina 430 Sluit het deksel van de aanvoer. VOORZICHTIG Zorg bij het sluiten van het deksel van de aanvoer dat uw vingers niet bekneld raken. U voorkomt hiermee persoonlijk letsel. Til de aanvoer omhoog en verwijder vastgelopen originelen. 8-38 Verwijderen van vastgelopen papier...
  • Pagina 431 Sluit de aanvoer. VOORZICHTIG Zorg bij het sluiten van de aanvoer dat uw vingers niet bekneld raken. U voorkomt hiermee persoonlijk letsel. Volg de instructies op het touch panel display. OPMERKING Het scherm dat de plaatsen waar het papier is vastgelopen aangeeft, verschijnt herhaaldelijk op het touch panel display totdat het vastgelopen papier volledig is verwijderd.
  • Pagina 432 Finisher-X1 (Optioneel) Als een papierstoring optreedt in het optionele Finisher-X1, dan verschijnt op het touch panel display een scherm zoals onderstaand is aangegeven. Controleer de plaats van de papierstoring, volg de hieronder beschreven procedure en de procedure die op het touch panel display verschijnt om het vastgelopen papier te verwijderen.
  • Pagina 433 Pak de hendel op de finisher vast zoals onderstaand wordt getoond en trek deze weg van de machine. Verwijder het vastgelopen papier bij het invoergedeelte aan de buitenzijde van de machine. Machine 8-41 Verwijderen van vastgelopen papier...
  • Pagina 434 Sluit de finisher opnieuw aan op de machine. VOORZICHTIG Wanneer u de finisher op de machine aansluit, dient u te voorkomen dat uw vingers bekneld raken en letsel optreedt. Volg de instructies op het touch panel display. OPMERKING Het scherm dat de plaatsen waar het papier is vastgelopen aangeeft, verschijnt herhaaldelijk op het touch panel display totdat het vastgelopen papier volledig is verwijderd.
  • Pagina 435 Onder het bovendeksel van de Finisher-W1/ Rugnieteenheid-W2 (Optioneel) Als onder het bovendeksel van de optionele Finisher-W1 of optionele Rugnieteenheid-W2 een papierstoring optreedt, verschijnt op het touch panel display een scherm zoals onderstaand is aangegeven. Controleer de plaats van de papierstoring, volg de hieronder beschreven procedure en de procedure die op het touch panel display verschijnt om het vastgelopen papier te verwijderen.
  • Pagina 436 Open de voordeur van de finisher. Als de optionele Ponseenheid-AG1 op de machine is aangesloten, open dan de voordeur van de opvang van ponsafval en ga verder met stap 2. De optionele Rugnieteenheid-W2 De optionele Finisher-W1 Open het bovendeksel van de finisher. Bovendeksel Verwijder het vastgelopen papier.
  • Pagina 437 Sluit het bovendeksel van de finisher. Als de optionele Ponseenheid-AG1 op de machine is aangesloten, sluit dan het bovendeksel van de Ponseenheid. VOORZICHTIG Zorg bij het sluiten van het bovendeksel van de finisher dat uw vingers niet beklemd raken. U voorkomt hiermee persoonlijk letsel. Sluit de voordeur van de finisher.
  • Pagina 438 Volg de instructies op het touch panel display. OPMERKING Het scherm dat de plaatsen waar het papier is vastgelopen aangeeft, verschijnt herhaaldelijk op het touch panel display totdat het vastgelopen papier volledig is verwijderd. Voor meer informatie raadpleegt u "Schermen die de locatie van het vastgelopen papier aangeven" op pag. 8-3. Uitvoereenheid van de Finisher-W1/Rugnieteenheid-W2 (Optioneel) Als bij de uitvoereenheid van de optionele Finisher-W1 of optionele Rugnieteenheid-W2 een...
  • Pagina 439 Open de uitvoeropening aan de buitenzijde van de finisher en verwijder het vastgelopen papier dat daar zichtbaar is. Als u geen vastgelopen papier ziet, controleer dan of papier is vastgelopen in het uitvoergedeelte van de finisher. BELANGRIJK Als een papierstoring optreedt terwijl u afdrukt in de Nieten mode, verwijder dan niet de uitgevoerde vellen papier die wachten om te worden geniet.
  • Pagina 440 Open het bovendeksel van de finisher. Open de uitvoergeleider. Uitvoergeleider Verwijder het vastgelopen papier. Als het vastgelopen papier niet gemakkelijk is te verwijderen, open dan de geleider en verwijder het vastgelopen papier. Invoergeleider 8-48 Verwijderen van vastgelopen papier...
  • Pagina 441 Sluit de uitvoergeleider. VOORZICHTIG Zorg bij het sluiten van de uitvoergeleider dat uw vingers niet bekneld raken. U voorkomt hiermee persoonlijk letsel. Sluit het bovendeksel van de finisher. Als de optionele Ponseenheid-AG1 op de machine is aangesloten, sluit dan het bovendeksel van de Ponseenheid.
  • Pagina 442 Sluit de voordeur van de finisher. De optionele Rugnieteenheid-W2 De optionele Finisher-W1 VOORZICHTIG Zorg bij het sluiten van het voordeur van de finisher dat uw vingers niet beklemd raken. U voorkomt hiermee persoonlijk letsel. Volg de instructies op het touch panel display. OPMERKING Het scherm dat de plaatsen waar het papier is vastgelopen aangeeft, verschijnt herhaaldelijk op het touch panel display totdat het vastgelopen papier volledig is verwijderd.
  • Pagina 443 Achter de voordeur van de Rugnieteenheid-W2 (Optioneel) Als een papierstoring optreedt achter de voordeur van de Rugnieteenheid-W2, dan verschijnt op het touch panel display een scherm zoals onderstaand is aangegeven. Controleer de plaats van de papierstoring, volg de hieronder beschreven procedure en de procedure die op het touch panel display verschijnt om het vastgelopen papier te verwijderen.
  • Pagina 444 Open de voordeur van de finisher. Open het bovendeksel van de finisher. Kantel de bovenste uitvoergeleider naar rechts en verwijder het vastgelopen papier. De bovenste uitvoergeleider is voorzien van veren, zodat de geleider in de oorspronkelijke stand komt wanneer deze wordt losgelaten. Bovenste uitvoergeleider 8-52...
  • Pagina 445 Kantel de onderste uitvoergeleider naar rechts en verwijder het vastgelopen papier. Draai de hendel op de onderste uitvoergeleider tot de aanslag naar rechts en kantel de onderste uitvoergeleider daarna naar rechts. Onderste uitvoergeleider Zet de onderste uitvoergeleider terug in de oorspronkelijke stand. Sluit het bovendeksel van de finisher.
  • Pagina 446 Sluit de voordeur van de finisher. VOORZICHTIG Zorg bij het sluiten van het voordeur van de finisher dat uw vingers niet beklemd raken. U voorkomt hiermee persoonlijk letsel. Volg de instructies op het touch panel display. OPMERKING Het scherm dat de plaatsen waar het papier is vastgelopen aangeeft, verschijnt herhaaldelijk op het touch panel display totdat het vastgelopen papier volledig is verwijderd.
  • Pagina 447 WAARSCHUWING Sommige onderdelen in de machine staan onder hoge elektrische spanning. Bij het verwijderen van vastgelopen papier of bij het controleren van de binnenzijde van de machine, dient u geen halskettingen, armbanden of andere metalen voorwerpen te dragen die in contact kunnen komen met de onderdelen in de machine.
  • Pagina 448 Terwijl u de grote knop aan de linkerkant indrukt, draait u deze in de richting van de pijl (rechtsom). Verwijder het vastgelopen papier dat uit de rugnieteenheid tevoorschijn komt. Kantel de onderste uitvoergeleider naar rechts en verwijder het vastgelopen papier. Draai de hendel op de onderste uitvoergeleider tot de aanslag naar rechts en kantel de onderste uitvoergeleider daarna naar rechts.
  • Pagina 449 Zet de onderste uitvoergeleider terug in de oorspronkelijke stand. VOORZICHTIG Zorg bij het sluiten van de uitvoergeleider dat uw vingers niet bekneld raken. U voorkomt hiermee persoonlijk letsel. Sluit de voordeur van de finisher. VOORZICHTIG Zorg bij het sluiten van het voordeur van de finisher dat uw vingers niet beklemd raken. U voorkomt hiermee persoonlijk letsel.
  • Pagina 450 Ponseenheid-AG1 (Optioneel) Als een papierstoring optreedt in de optionele Ponseenheid-AG1, dan verschijnt op het touch panel display een scherm zoals onderstaand is aangegeven. Controleer de plaats van de papierstoring, volg de hieronder beschreven procedure en de procedure die op het touch panel display verschijnt om het vastgelopen papier te verwijderen.
  • Pagina 451 Open het bovendeksel van de ponseenheid. Verwijder het vastgelopen papier. Sluit het bovendeksel van de ponseenheid. VOORZICHTIG Zorg bij het sluiten van het bovendeksel van de ponseenheid dat uw vingers niet bekneld raken. U voorkomt hiermee persoonlijk letsel. 8-59 Verwijderen van vastgelopen papier...
  • Pagina 452 Sluit de voordeur van de bak met ponsafval. VOORZICHTIG Zorg bij het sluiten van het voordeur van de opvang voor ponsafval dat uw vingers niet beklemd raken. U voorkomt hiermee persoonlijk letsel. Volg de instructies op het touch panel display. OPMERKING Het scherm dat de plaatsen waar het papier is vastgelopen aangeeft, verschijnt herhaaldelijk op het touch panel display totdat het vastgelopen papier volledig is verwijderd.
  • Pagina 453 Verwijderen van vastgelopen nietjes Indien er nietjes zijn vastgelopen, volg dan de hieronder beschreven procedure om de vastgelopen nietjes te verwijderen. Finisher-X1 (Optioneel) Als een nietje vastloopt in het optionele Finisher-X1, dan verschijnt op het touch panel display een scherm zoals onderstaand is aangegeven. Controleer de plaats waar de nietjes zijn vastgelopen, volg de hieronder beschreven procedure en de procedure die op het touch panel display verschijnt om de vastgelopen nietjes te verwijderen.
  • Pagina 454 Pak de hendel op de finisher vast zoals onderstaand wordt getoond en trek deze weg van de machine. Open het deksel van de nietjesbehuizing. Trek de behuizing naar buiten door deze aan het groene nokje vast te pakken. 8-62 Verwijderen van vastgelopen nietjes...
  • Pagina 455 Duw de nok op de nietpatroonhouder omlaag. Verwijder alle nietjes die uit de nietpatroonhouder glijden. Plaats de nok op de nietpatroonhouder in de oorspronkelijke positie terug. 8-63 Verwijderen van vastgelopen nietjes...
  • Pagina 456 Druk de nietbehuizing voorzichtig terug in de finisher tot u klik hoort. Sluit het deksel van de nietjesbehuizing. VOORZICHTIG Zorg bij het sluiten van het deksel van de nietjesbehuizing dat uw vingers niet bekneld raken. U voorkomt hiermee persoonlijk letsel. 8-64 Verwijderen van vastgelopen nietjes...
  • Pagina 457 Sluit de finisher opnieuw aan op de machine. VOORZICHTIG Wanneer u de finisher op de machine aansluit, dient u te voorkomen dat uw vingers bekneld raken en letsel optreedt. OPMERKING Indien er geen nietjes aanwezig zijn in de nietpositie nadat de finisher weer is aangesloten, dan voert de nietmachine automatisch een "droogniet"...
  • Pagina 458 Open de voordeur van de finisher. De optionele Rugnieteenheid-W2 De optionele Finisher-W1 Til de nietbehuizing omhoog en trek deze uit het nietapparaat door de behuizing aan de groene nok vast te houden. Duw de nok op de nietpatroonhouder omlaag. 8-66 Verwijderen van vastgelopen nietjes...
  • Pagina 459 Verwijder alle nietjes die uit de nietpatroonhouder glijden. Plaats de nok op de nietpatroonhouder in de oorspronkelijke positie terug. Druk de houder van de nietmachine voorzichtig terug. 8-67 Verwijderen van vastgelopen nietjes...
  • Pagina 460 Sluit de voordeur van de finisher. De optionele Rugnieteenheid-W2 De optionele Finisher-W1 VOORZICHTIG Zorg bij het sluiten van het voordeur van de finisher dat uw vingers niet beklemd raken. U voorkomt hiermee persoonlijk letsel. OPMERKING Indien er geen nietjes aanwezig zijn in de nietpositie nadat de deur is gesloten, dan voert de nietmachine automatisch een "droogniet"...
  • Pagina 461 BELANGRIJK Zorg dat u, indien nodig, het papier dat naar het boekjesblad is uitgevoerd verwijdert voordat u in de rugnieteenheid vastgelopen nietjes verwijdert. Open de voordeur van de finisher. Pak de rugnieteenheid aan de hendel vast en trek de eenheid tot aan de aanslag uit de finisher.
  • Pagina 462 Trek het nietapparaat van de rugnieteenheid naar u toe en druk deze daarna omhoog. Nietapparaat van de Rugnieteenheid Pak de nietpatroon met de vastgelopen nietjes aan de linker- en rechterzijde vast en trek de nietpatroon naar buiten. Druk op de nietbehuizing Deel A omlaag en duw Deel B omhoog. 8-70 Verwijderen van vastgelopen nietjes...
  • Pagina 463 Verwijder de vastgelopen nietjes en plaats deel B in de oorspronkelijke positie terug. Plaats de nietpatroon in de oorspronkelijke positie terug. Trek het nietapparaat uit de rugnieteenheid naar u toe en druk deze omlaag in de oorspronkelijke stand. 8-71 Verwijderen van vastgelopen nietjes...
  • Pagina 464 Duw de rugnieteenheid voorzichtig terug in de oorspronkelijke positie. Sluit de voordeur van de finisher. VOORZICHTIG Zorg bij het sluiten van het voordeur van de finisher dat uw vingers niet beklemd raken. U voorkomt hiermee persoonlijk letsel. BELANGRIJK Zorg dat u de nietjes in de rugnieteenheid handmatig herpositioneert wanneer u de vastgelopen nietjes heeft verwijderd.
  • Pagina 465 Lijst met foutmeldingen Dit gedeelte bevat een toelichting op de diverse foutmeldingen die op het touch panel display kunnen verschijnen, samen met de mogelijke oorzaken en oplossingen. Voor toelichtingen op meldingen die hier niet worden getoond, raadpleegt u de Verzend- en faxhandleiding en Netwerkhandleiding.
  • Pagina 466 Plaats pag. 1 boven en druk daarna op Start. Oorzaak Het scannen is gestopt als gevolg van een probleem met de optionele aanvoer. Oplossing Sorteer de originelen op paginavolgorde met de eerste pagina bovenop. Plaats de originelen terug op het originelenblad van de aanvoer en druk op Plaats pag.
  • Pagina 467 Sluit de finisher aan op de machine. Oorzaak De finisher is niet goed op de machine aangesloten. Oplossing Sluit de finisher goed aan op de machine. Scannen is geannuleerd omdat het formaat van de originelen is gewijzigd. Zorg dat de voor- en achterzijden van de laatste 2 pagina's in de juiste volgorde liggen, plaats de eerste pagina boven, stel [Verschillende origineelformaten] in en probeer het opnieuw.
  • Pagina 468 Vervang tonercartridge. (Kopiëren in zwart is mogelijk.) Oorzaak Kopiëren in kleur is niet mogelijk omdat de toner voor de aangegeven kleur op is. Oplossing Vervang de tonercartridge voor de aangegeven kleur. (Raadpleeg "Vervangen van de tonercartridge" op pag. 7-32). Vervang tonercartridge. (Afdrukken in zwart is mogelijk.) Oorzaak Afdrukken in kleur vanuit de postbus is niet mogelijk omdat de toner voor de aangegeven kleur op is.
  • Pagina 469 Verwijder het origineel van de aanvoer. Oorzaak De machine kan uw origineel niet scannen via de aanvoer. Zowel in de aanvoer als op de glasplaat is een origineel geplaatst. Oplossing Verwijder het origineel van de aanvoer. Scanvlak is verontreinigd. Oorzaak Het scangedeelte van de aanvoer is verontreinigd.
  • Pagina 470 Lijst met foutcodes zonder meldingen Indien een opdracht of handeling niet succesvol wordt voltooid, controleer dan de foutcode en voer de noodzakelijke handelingen uit conform de weergegeven foutcode. U kunt de foutcode onder [Log] op het scherm Details van het scherm Systeem monitor controleren. (Raadpleeg "Opdrachtdetails"...
  • Pagina 471 # 099 Oorzaak Kopiëren/Afdrukken was onderbroken. Oplossing Probeer opnieuw te kopiëren/af te drukken. # 701 Oorzaak 1 Het ingestelde Afd. ID bestaat niet, of het wachtwoord is gewijzigd. Oplossing Voer het juiste Afdeling ID of wachtwoord in met (numerieke toetsen) op het bedieningspaneel en probeer het opnieuw.
  • Pagina 472 Zet de hoofdschakelaar in de UIT-stand, wacht minstens 10 seconden en zet de hoofdschakelaar weer in de AAN-stand. Indien de machine nog steeds niet normaal functioneert, zet de hoofdschakelaar dan in de UIT-stand, verwijder de steker uit de wandcontactdoos en neem contact op met uw Canon dealer. #759 Oorzaak Tijdens verzending van de URL van een gebruikerspostbus is een fout opgetreden.
  • Pagina 473 # 851 Oorzaak 1 De resterende hoeveelheid geheugen in het systeem is onvoldoende. Oplossing Controleer het beschikbare geheugen van het systeem en verwijder overbodige documenten die in postbussen zijn opgeslagen. Oorzaak 2 Het geheugen van de machine is vol. Oplossing Wis overbodige documenten en documenten met fouten uit het geheugen om de hoeveelheid beschikbaar geheugen te verhogen.
  • Pagina 474 # 853 Oorzaak 1 Wanneer u een groot aantal pagina's probeert af te drukken, wordt de opdracht niet uitgevoerd omdat er te weinig geheugen beschikbaar is. Oplossing Verlaag het aantal af te drukken pagina's of voer de afdrukopdracht op een later tijdstip uit wanneer geen andere opdrachten zijn gereserveerd.
  • Pagina 475 Apparaatinformatie kon niet worden afgeleverd als gevolg van een taal in de apparaatinformatie die de client machine niet ondersteunt. Oplossing Neem contact op met uw Canon dealer. #856 Oorzaak De opdracht werd geannuleerd omdat er onvoldoende vrije ruimte op de harde schijf beschikbaar was om de tijdelijke gegevens op te slaan.
  • Pagina 476 Indien het geheugen tijdens het scannen volraakt Als het geheugen volraakt tijdens het scannen van originelen, dan verschijnt het volgende scherm op het touch panel display. OPMERKING Het geheugen van de machine biedt plaats aan circa 6.200 pagina's met gescande afbeeldingen. Ca.
  • Pagina 477 De details van elk item worden onderstaand getoond. [Ja]: De in het geheugen gescande pagina's worden afgedrukt. Wanneer het afdrukken is voltooid, kunt u de resterende originelen scannen. [Nee]: De in het geheugen gescande pagina's worden niet afgedrukt. [Andere functie]: Selecteer deze toets om een andere functies te gebruiken die niet wordt gebruikt.
  • Pagina 478 De details van elk item worden onderstaand getoond. [Annuleren]: De huidige opdracht is geannuleerd en het display gaat terug naar het scherm met basisfuncties. Scan de opdracht opnieuw zodra de huidige opdracht is voltooid. [Andere functie]: Selecteer deze toets om een andere functies te gebruiken die niet wordt gebruikt.
  • Pagina 479 Als een storing optreedt en de machine niet normaal kan functioneren, verschijnt op het touch panel display een scherm zoals onderstaand is aangegeven. Volg de instructies op het touch panel display. Neem contact op met uw Canon dealer. Indien een melding zoals hieronder is weergegeven verschijnt, volg dan de hieronder beschreven procedure.
  • Pagina 480 Canon dealer. Zet de hoofdschakelaar in de UIT-stand. Haal de steker uit de wandcontactdoos. OPMERKING Wanneer u contact opneemt met uw Canon dealer, dient u de volgende informatie gereed te houden: - Productnaam - Informatie over de storing - De storingscode die op het touch panel display staat...
  • Pagina 481 Instellen van de Beperkte functies mode via het scherm Service-oproep Als het scherm Service-oproep verschijnt, zelfs nadat u de machine opnieuw heeft gestart, dan zijn er situaties waarin u door kunt gaan met gebruik van de machine. Als het bij stap 1 getoonde scherm verschijnt, schakel dan als tijdelijke oplossing de Beperkte functies mode in tot de problemen zijn verholpen.
  • Pagina 482 Druk op [Ja]. Als u de Beperkte functies mode niet wilt inschakelen, drukt u op [Nee]. Er verschijnt een melding op [Uitschakelen] te drukken en de hoofdschakelaar in de UIT- en weer in de AAN-stand te zetten. Druk op [Uitschakelen] om de hoofdschakelaar uit te schakelen. Wacht minstens 10 seconden voordat u de hoofdschakelaar in de AAN-stand zet.
  • Pagina 483 De machine start in de Beperkte functies mode. 8-91 Servicemelding...
  • Pagina 484 UIT-stand staat. Indien de zekering in de UIT-stand staat, zet de zekering dan niet in de AAN-stand, maar neem contact op met uw Canon dealer. ( I zijde) ( zijde)
  • Pagina 485 Trefwoordenlijst ..............9-28 Systeembeheer van de CLC5151/CLC4040/iR C4580i/iR C4080i ......9-33 Openen van de Systeembeheer mode .
  • Pagina 486 Voorbeeldrapporten Kopieerlog Het kopieerlog bevat informatie over uitgevoerde kopieeropdrachten. Via het scherm Systeem monitor kunt u een kopieerlog afdrukken. (Raadpleeg "Afdrukken van het kopieer-/afdruklog" op pag. 5-14.) 10/12/2006 15:30 iR C4580i ************************* KOPIELOG ************************* AFD. ID : 8253 OPDR. NR. TIJD GEBRUIKER VEL x KOPIEËN...
  • Pagina 487 VEL x KOPIEËN Drukt het aantal pagina's van elke set kopieën af en het aantal gemaakte sets. RESULTAAT Drukt "OK" of "NG" af. "OK" wordt afgedrukt wanneer de kopieeropdracht met succes is uitgevoerd. "NG" (Niet Goed) wordt afgedrukt als tijdens de kopieeropdracht een storing is opgetreden. De foutcode of "STOP"...
  • Pagina 488 OPDRACHTNAAM Drukt de naam van het afgedrukte document af of het type afdrukopdracht. GEBRUIKER Drukt de naam van de gebruiker af die de afdrukopdracht naar de machine heeft verzonden. VEL x KOPIE Drukt het aantal pagina's van elke set kopieën af en het aantal gemaakte sets. RESULTAAT Drukt "OK"...
  • Pagina 489 AUTO AFLEVER. "Aan" wordt afgedrukt als Auto. afleverinstellingen bij Verzendinstellingen onder Apparaatinformatie afleverinstellingen bij Systeeminstellingen (via het scherm Extra functies) zijn ingesteld voor de opgeslagen bestemming. "Uit" wordt afgedrukt als Autom. afleverinstellingen niet zijn ingesteld voor de opgeslagen bestemming. AUTOM. AFL. GEGEVENS De gegevens die automatisch worden afgedrukt als Auto.
  • Pagina 490 INHOUD Drukt de apparaatinformatie af die werd afgeleverd/ontvangen. RESULTAAT Drukt "OK" af als de communicatie met succes is uitgevoerd of "NG" (Niet Goed) als een communicatiefout is opgetreden. Als tijdens de communicatie een fout is opgetreden, zal ook de foutcode worden afgedrukt. Voorbeeldrapporten...
  • Pagina 491 CLC4040/iR C4580i/iR C4080i: 5 minuten Opwarmtijd Terugzetten uit de Spaarstand mode: CLC5151/CLC4040/iR C4580i: 2 minuten 50 seconden iR C4080i: Minder dan 30 seconden Afhankelijk van de condities waaronder de machine wordt gebruikt, kan de activeringstijd variëren. (In alle situaties bij een kamertemperatuur van 20°.)
  • Pagina 492 Item Technische gegevens Boven: 2,5 mm Marge Links en rechts: 2,0 mm Onder: 2,5 mm Papierladen: 550 vel x 2 cassettes (80 g/m Capaciteit invoersysteem Papiertafel: 100 vel (80 g/m Elektrische aansluiting 220-240 V AC, 50 Hz Max. opgenomen CLC5151i: 2.172 W vermogen CLC4040/iR C4580i/iR C4080i: 1.830 W Alleen de machine: 633 mm x 620 mm x 850 mm...
  • Pagina 493 Kleurenscanner-E1 Item Technische gegevens Scanresolutie 600 dpi x 600 dpi Aantal grijstinten Geschikte originelen Vellen, boeken, 3-D voorwerpen (max. 2 kg) Afwijkend papierformaat Zelfde verhouding Verkleinen 1:0.70 (A3 A4R) 1:0.50 (A3 A5R) Schaalinstellingen 1:0.25 Vergroten 1:1.41 (A4R 1:2.00 (A5R 1:4.00 Zoom: 25 t/m 400% (in stappen van 1%) Voeding/Energieverbruik...
  • Pagina 494 Kleurenscanner-F1 Item Technische gegevens Mechanisme voor aanvoer Automatische documentenaanvoer van originelen A3, A4, A4R, A5, A5R Formaat en gewicht van 1-Zijdig: 42 - 128 g/m originelen 2-Zijdig: 50 - 128 g/m Capaciteit originelenblad 100 vel (80 g/m Kopiëren: 50 kopieën/minuut (A4 in Zwart & wit/Full colour) Scannen: Maximum van 70 pagina's/minuut (A4 bij 300 dpi in Zwart &...
  • Pagina 495 Cassette module-Z1 Item Technische gegevens Papierformaten 305 mm x 457 mm, A3, A4, A4R, A5R Capaciteit invoersysteem 550 vel x 2 cassettes (80 g/m Voedingsspanning/Maximaal 220-240 V AC, 50 Hz energieverbruik Ca. 40 W 312 mm x 620 mm x 705 mm Afmetingen (H x B x D)/Gewicht Ca.
  • Pagina 496 Finisher-X1 Item Technische gegevens Formaat: 305 mm x 457 mm, A3, A4, A4R, A5R, Afwijkend formaat (100 mm x 148 mm t/m 320 mm x 457 mm) Papierformaat/Gewicht/Type Gewicht: 64 - 253 g/m Type: Normaal, Gerecycled, Gekleurd, Geponst, Dik 1 (106 t/m 209 g/m ), Dik 2 (210 t/m 253 g/m ), Briefpapier, Bond...
  • Pagina 497 Finisher-W1 Item Technische gegevens Formaat: 305 mm x 457 mm, A3, A4, A4R, A5R, Afwijkend formaat (100 mm x 148 mm t/m 320 mm x 457 mm) Gewicht: 64 - 253 g/m Papierformaat/Gewicht/Type Type: Normaal, Gerecycled, Gekleurd, Geponst, Dik 1 (106 t/m 209 g/m ), Dik 2 (210 t/m 253 g/m ), Briefpapier, Bond,...
  • Pagina 498 Item Technische gegevens 50 vel (64 t/m 80 g/m 30 vel (81 t/m 105 g/m 2 vel (106 t/m 253 g/m A3, A4R: Max. nietcapaciteit 30 vel (64 t/m 80 g/m 20 vel (81 t/m 105 g/m 2 vel (106 t/m 253 g/m Hoeknieten: A3, A4, A4R Dubbel nieten: A3, A4, A4R Voedingsspanning/Maximaal...
  • Pagina 499 Rugnieteenheid-W2 Item Technische gegevens Formaat: 305 mm x 457 mm, A3, A4, A4R, A5R, Afwijkend formaat (100 mm x 148 mm t/m 320 mm x 457 mm) Gewicht: 64 - 253 g/m Papierformaat/Gewicht/Type Type: Normaal, Gerecycled, Gekleurd, Geponst, Dik 1 (106 t/m 209 g/m ), Dik 2 (210 t/m 253 g/m ), Briefpapier, Bond,...
  • Pagina 500 Item Technische gegevens 50 vel (64 t/m 80 g/m 30 vel (81 t/m 105 g/m 2 vel (106 t/m 253 g/m A3, A4R: Max. nietcapaciteit 30 vel (64 t/m 80 g/m 20 vel (81 t/m 105 g/m 2 vel (106 t/m 253 g/m Hoeknieten: A3, A4, A4R Dubbel nieten: A3, A4, A4R 305 mm x 457 mm, A3, A4R:...
  • Pagina 501 Ponseenheid-AG1 Item Technische gegevens Formaat: A3, A4, A4R Gewicht: 64 - 253 g/m Papierformaat/Gewicht/Type Type: Normaal, Gerecycled, Gekleurd, Geponst, Dik 1 (106 t/m 209 g/m ), Dik 2 (210 t/m 253 g/m ), Briefpapier, Bond, Glanzend papier Twee gaten: 6,5 mm Aantal gaten, diameter Vier gaten : 6,5 mm...
  • Pagina 502 Opvangblad-M1 Item Technische gegevens Formaat: 305 mm x 457 mm, 320 mm x 450 mm (SRA3), A3, A4, A4R, A5R, Afwijkend formaat (100 mm x 148 mm t/m 320 mm x 457 mm) Papierformaat/Gewicht/Type Gewicht: 64 - 253 g/m Type: Normaal, Gerecycled, Gekleurd, Geponst, Dik 1 (106 t/m 209 g/m ), Dik 2 (210 t/m 253 g/m ), Tabbladpapier, Bond,...
  • Pagina 503 Aantal in te voeren tekens of capaciteit van diverse functies Aantal in te voeren tekens Extra functies Standaard instellingen Opslaan van form. voor Formuliernaam Max. 24 tekens Formuliercompositie Tekens opslaan voor Tekens Max. 32 tekens pag.nr./Watermerk Opslaan afwijkend Naam registreren Max.
  • Pagina 504 Extra functies Adresboekinstellingen E-mail Naam Max. 24 tekens Naam snelkiestoets* Max. 12 tekens E-mailadres Max.128 tekens I-Fax Naam Max. 24 tekens Naam snelkiestoets* Max. 12 tekens I-Fax adres Max.128 tekens Standaard veld 1 Max. 40 tekens Standaard veld 2 Max. 16 tekens Naam Max.
  • Pagina 505 Kopieerfuncties Kleurbalans Naam registreren Max. 10 tekens Programmageheugen Naam registreren Max. 10 tekens Postbusfuncties Documentnaam Max. 24 tekens Programmageheugen Naam registreren Max. 10 tekens Kleurbalans Naam registreren Max. 10 tekens Verzendfuncties Scan mode Naam registreren (Max. 8 tekens)x2 Verzendinstellingen Doc. naam verz. Max.
  • Pagina 506 Capaciteit van diverse functies Extra functies Systeem- Instellingen ID systeembeheerder Max. 7 cijfers instellingen systeembeheerder Systeemwachtwoord Max. 7 cijfers Afd. ID Beheer Afd. ID Max. 7 cijfers Wachtwoord Max. 7 cijfers Paginalimieten 0-999999 Communicatieinstellingen Geheugen RX Geheugen 7 cijfers postbusinstellingen RX postbus wachtwoord Datum- &...
  • Pagina 507 Kopieerfuncties Kleurbalans Aantal toetsen Programmageheugen Aantal toetsen Reserveren van Aantal opdrachten 10 opdrachten kopieeropdrachten Postbusfuncties Kleurbalans Aantal toetsen Programmageheugen Aantal toetsen Reserveren van Aantal opdrachten 32 opdrachten afdrukopdrachten Verzenden van documenten Aantal documenten Max. 32 documenten Aantal pagina's Max. 999 pagina's Verzend-/Faxfuncties Scan mode Aantal toetsen...
  • Pagina 508 Relatie tussen origineeloriëntatie en overzicht voorbedrukt papier Gebruik a.u.b. dit overzicht wanneer u afdrukt op voorbedrukt papier (zoals papier met logo's of briefhoofden). BELANGRIJK Als de optionele Finisher-X1 is aangesloten, is alleen de 'Hoek': Linksboven' beschikbaar voor nieten. OPMERKING Als u op de achterzijde van voorbedrukt papier wilt kopiëren, plaatst u de zijde waar u op wilt kopiëren: - omlaag wanneer u een papierlade gebruikt - omhoog wanneer u de papiertafel of het optionele Papiermagazijn-Y1 gebruikt 9-24...
  • Pagina 509 Als u nieten aan de rechterzijde wilt instellen: Nietpositie Hoek: Rechtsboven Hoek: Rechtsboven Hoek: Rechtsboven Hoek: Rechtsboven Dubbel: Rechts Dubbel: Rechts Dubbel: Boven Uitvoervoorbeeld Origineel/ Papieroriëntatie, instellingen Oriëntatie in papierlade Voorbedrukte zijde: Omlaag Oriëntatie op papiertafel/ in papiermagazijn Voorbedrukte zijde: Omhoog Oriëntatie op de glasplaat...
  • Pagina 510 Als u nieten aan de linkerzijde wilt instellen: Nietpositie Hoek: Linksboven Hoek: Linksboven Hoek: Linksboven Hoek: Linksboven Dubbel: Links Dubbel: Links Dubbel: Boven Uitvoervoorbeeld Origineel/ Papieroriëntatie, instellingen Oriëntatie in papierlade Voorbedrukte zijde: Omlaag Oriëntatie op papiertafel/ in papiermagazijn Voorbedrukte zijde: Omhoog Oriëntatie op de glasplaat...
  • Pagina 511 Als u geen Nieten mode wilt instellen: Uitvoervoorbeeld Origineel/ Papieroriëntatie, instellingen Oriëntatie in papierlade Voorbedrukte zijde: Omlaag Oriëntatie op papiertafel/ in papiermagazijn Voorbedrukte zijde: Omhoog Oriëntatie op de glasplaat Origineel zijde: Omlaag Oriëntatie in de aanvoer Origineel zijde: Omhoog Aan of Uit (Kies 'Aan' wanneer de papieroriëntatie in het Of AAN of UIT Instellen van Automatische...
  • Pagina 512 Trefwoordenlijst Aanpassen/Reinigen van de machine Bedieningspaneel Aanpassen/Reinigen, 4-12, 4-66 Hoofdschakelaar voor bedieningspaneel, 1-15 Aanpassen rugnietpositie, 4-67 Informatie over het bedieningspaneel, 1-12 Aanpassing Automatische gradatie, 4-68 Onderdelen en hun functies, 1-15 Aanpassing Teken/Achtergrondcontrast, 4-72 Voedingsspanning, 1-16, 1-22 Automatische kruip (Verplaatsing) correctie, 4-68 Belichtingskalibratie, 4-71 Automatische reiniging van de aanvoer, 4-74 Beveil.
  • Pagina 513 Tijdklok, 2-14 Herpositioneren rugnietjes, 4-66 Energiebesparing mode, 2-12, 4-35 Het scherm Afdrukopdracht, 5-10 Energiebesparing toets, 1-15 Het scherm Extra functies, 2-11, 4-6 Extra functies Hoeveelheid papier Aanpassen/Reinigen, 4-12 Geschikte typen papier, 2-63 Adresboekinstellingen, 4-24 Papierformaat, 2-64 Communicatie-instellingen, 4-20 Type papier, 2-63 Kopieerinstellingen, 4-19 Hoofdschakelaar, 1-16, 1-22 Postbusinstellingen, 4-23...
  • Pagina 514 Kleurenscanner-E1 Vervangen van de tonercartridges, 7-32 Verwijderen van ponsafval, 7-29 Informatie over de Kleurenscanner-E1, 9-9 Opdrachtdetails Technische gegevens, 9-9 Kleurenscanner-F1 Afdrukken van het kopieer-/afdruklog, 5-14 Controleren van details bij opdrachten voor kopiëren/ Informatie over de Kleurenscanner-F1, 3-15 afdrukken, 5-12 Technische gegevens, 9-10 Opdrachtstatus controleren, 5-4 Kopieerfunctie, 2-2 Oplossen van problemen...
  • Pagina 515 Verlagen van aantal papierstoringen, 8-2 Scannen toets, 2-7 Wissen, 8-3 Scherm Systeeminstellingen, 2-12 Papiertafel Select functielim. met beveil.sleutel, 6-28 Afdrukken, 2-46 Servicemelding, 8-87 Bladverlenging, 2-49 Sluimer mode, 4-36 Hulpblad, 2-49 Informatie over de papiertafel, 1-13 Spaarstand mode, 2-13, 4-65 Papier-, 4-47 Standaard instellingen Verwijderen van vastgelopen papier, 8-16 Zijgeleider, 2-49...
  • Pagina 516 Geëncrypte afdrukinstellingen, 6-66 Wijzigen van de taal, 4-54 Informatie over systeeminstellingen, 1-27, 4-14 Initialiseer alle gegevens/instellingen, 6-58 Instellingen systeembeheerder, 6-3 MEAP instellingen, 6-33 Optionele instellingen kopiesetnummering, 6-36 Registratie van licentie, 6-29 Uitschakel mode, 1-23 Select functielim. met beveil.sleutel, 6-28 USB instellingen, 6-40 Systeem monitor scherm beperking, 6-31 UI op afstand, 6-20 USB instellingen, 6-40...
  • Pagina 517 • Indien u gebruikersauthentificatie uitvoert met SDL of SSO en inlogt als Administrator, dan kunt u de instellingen van deze machine bij Extra functies wijzigen. (Wanneer op het scherm verschijnt dat u het ID van de systeembeheerder en het systeemwachtwoord dient in te voeren, voert u deze gegevens in). 9-33 Systeembeheer van de CLC5151/CLC4040/iR C4580i/iR C4080i...
  • Pagina 518 ID van de systeembeheerder in. Druk op [Wachtwoord] voer het systeemwachtwoord in. Druk op (Inloggen/Uitloggen). De Systeembeheer mode is ingeschakeld. Als geen Afdeling ID beheer is ingeschakeld Druk op PQRS WXYZ 9-34 Systeembeheer van de CLC5151/CLC4040/iR C4580i/iR C4080i...
  • Pagina 519 OPMERKING Zorg dat u het ID systeembeheerder en het systeemwachtwoord invoert die zijn opgeslagen onder Instellingen systeembeheerder bij Systeeminstellingen (op het scherm Extra functies). (Raadpleeg "Instellingen voor de systeembeheerder aangeven" op pag. 6-3.) 9-35 Systeembeheer van de CLC5151/CLC4040/iR C4580i/iR C4080i...
  • Pagina 520 Oproepen van de Systeembeheer mode. OPMERKING Voor meer informatie over toegang tot de Systeembeheer mode, raadpleegt u "Openen van de Systeembeheer mode" op pag. 9-33. 9-36 Systeembeheer van de CLC5151/CLC4040/iR C4580i/iR C4080i...
  • Pagina 521 U kunt ook het wachtwoord van een postbus resetten als de gebruiker dit wachtwoord is vergeten. Oproepen van de Systeembeheer mode. OPMERKING Voor meer informatie over toegang tot de Systeembeheer mode, raadpleegt u "Openen van de Systeembeheer mode" op pag. 9-33. 9-37 Systeembeheer van de CLC5151/CLC4040/iR C4580i/iR C4080i...
  • Pagina 522 [Postbusinstellingen] wijzig de instellingen. Voor informatie over het aangeven van de postbusinstellingen, raadpleegt u Hoofdstuk 8 "Aanpassen van instellingen" in de Kopieer- en postbushandleiding. Druk herhaaldelijk op [Gereed] totdat het scherm Postbusselectie verschijnt. 9-38 Systeembeheer van de CLC5151/CLC4040/iR C4580i/iR C4080i...
  • Pagina 524 Tel. 02/722 04 11 Fax. 02/721 32 74 Groot-Hertogdom-Luxemburg: Canon Luxembourg SA 21, Rue des Joncs 1818 Howald Tel. 352/48 47 96 222 Fax. 352/48 99 76 E-mail: duchenec@Canon-Benelux.com De technische gegevens kunnen zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd. © Canon Europa N.V. 2006...

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Clc4040Ir c4580iIr c4080i