Inhoudsopgave
Advertenties
8
Verwarmingsinstallatie in werking stellen
8.8
Koolmonoxidegehalte meten
V Instellingen op de basiscontroller uitvoeren
(
tabel 12, pagina 48).
V Meet het koolmonoxidegehalte op het meetpunt voor
rookgassen (1).
De CO-waarden in luchtvrije toestand dienen beneden de
400 ppm resp. 0,04vol.-% te liggen. Waarden om of
boven de 400 ppm wijzen op een foutieve branderinstel-
ling, verontreiniging van de gasbrander of warmtewisse-
laar of defecten aan de gasbrander.
V Het is absoluut noodzakelijk de oorzaak te achterhalen
en te verhelpen. Hiervoor dient de CV-ketel in bedrijf te
zijn.
8.9
Functietests
V Tijdens de inbedrijfstelling en bij de jaarlijks inspectie
resp. het jaarlijkse op de behoefte afgestemde onder-
houd dienen alle regel-, besturings- en veiligheidsvoor-
zieningen te worden getest op hun werking en, voor
zover verstelling mogelijk, op hun correcte instelling.
V De gas- en waterzijdige dichtheid moet eveneens
gecontroleerd worden.
8.10 Ionisatiestroom meten
V Druk de toets "Schoorsteenveger" (3) in en houd hem
ingedrukt (ca. 2 seconden) totdat de decimale punt (5)
rechts onder op het display verschijnt.
V Druk de toets "Schoornsteenveger" en de servicetoets
(3) en (4) tegelijkertijd in en houd deze ingedrukt
(ca. 5 seconden) totdat op het display "Lxx" (bijv. L80)
verschijnt.
V Noteer de weergegeven waarde.
V Stel het vermogen door middel van de toets "Reset"
(2) op de laagste deellast in. Displayweergave: „L25.".
V Meet de ionisatiestroom.
V Zet de bedrijfsschakelaar ( afb. 66, 1) op de BC10 in
de positie „0" (uit).
V Voorste afdekking openen.
V Verwijder de branderkap ( afb. 53, pagina 55).
62
Logamax plus GB152-24T - Wijzigingen op basis van technische verbeteringen voorbehouden!
Afb. 64 Meetpunt voor rookgassen
Afb. 65 Ionisatiestroom meten
Advertenties
Inhoudsopgave
