150
Verlichting
Verlichting
Rijverlichting
Verlichting buitenzijde, schake-
laars . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 150
Verlichting buiten uitzetten,
waarschuwing . . . . . . . . . . . . . . . 150
systeem . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 152
lichten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 153
regeling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 154
Leeslampen . . . . . . . . . . . . . . . . . . 154
Rijverlichting
Verlichting buitenzijde,
schakelaars
De rijverlichting wordt bediend via
de richtingaanwijzerhendel.
Er zijn vier standen:
: Schakelt alle verlichting uit.
AUTO : Zet de buitenverlichting in
de automatische modus. In de
modus AUTO gaat de buitenverlich-
ting afhankelijk van de hoeveelheid
licht buiten de auto aan en uit.
Zet de knop in de stand off (uit) om
de AUTO-modus te negeren.
Om naar de AUTO-modus te
resetten draait u de knop naar de
stand voor rijverlichting en vervol-
gens terug naar AUTO. De automa-
tische modus reset ook wanneer de
auto wordt uitgeschakeld en gaat
weer aan als de knop in de positie
AUTO is gebleven.
: Schakelt de parkeerlichten en
alle overige verlichting in, behalve
de koplampen.
Als de parkeerlichten branden met
uitgeschakelde motor en als het
contact in de stand ACC/ACCES-
SOIRES staat, gaat het handrem-
lichtje ononderbroken branden.
: Schakelt koplampen in samen
met de parkeerlichten en de instru-
mentenverlichting.
Verlichting buiten
uitzetten, waarschuwing
Bij het openen van het bestuurder-
sportier met het contact uit en de
lichtschakelaar in de stand
koplampen of parkeerlichten klinkt
er een waarschuwingszoemer.