Inhoudsopgave
Advertenties
17 Uitgebreide functies
17.11 Activeren van een binaire uitgang als alarmuitgang
17.11.1 Alarmeigenschappen
Voor een alarmuitgang kan de schakelvoorwaarde, het resetgedrag en de schakelfunctie
vastgelegd worden.
R1=FUNC<typ mode
Functie:
Er verschijnen 3 keuzelijsten in beeld:
• func: schakelvoorwaarde
• typ: resetgedrag
• mode: schakelfunctie
Met toets
en
wordt in de onderste regel een lijstnotering gekozen.
• Druk op ENTER om de instellingen op te slaan.
Tab. 17.3: Alarmeigenschappen
alarmeigenschap
func
(schakelvoorwaarde)
typ
(resetgedrag)
mode
(schakelfunctie)
166
MAX
kiest u in de bovenste regel een keuzelijst. Met toets
instelling
beschrijving
Het alarm schakelt als de meetwaarde de bovenste
MAX
grenswaarde overschrijdt.
Het alarm schakelt als de meetwaarde de onderste
MIN
grenswaarde onderschrijdt.
Het alarm schakelt als de stroomrichting verandert
+→- -→+
(verandering van voorteken van de meetwaarde).
Het alarm schakelt als de hoeveelheidstelling
GRTHD.
geactiveerd is en de totalizer de grenswaarde bereikt.
Het alarm schakelt als een meting niet mogelijk is.
FOUT
Het alarm is uitgeschakeld.
UIT
Als niet meer aan de schakelvoorwaarde wordt
NIET-HOU-
voldaan, schakelt het alarm na ca. 1 s terug naar de
DEN
rusttoestand.
Het alarm blijft geactiveerd, ook als niet meer aan de
HOUDEN
schakelvoorwaarde wordt voldaan.
Het alarm is stroomgeleidend als aan de schakelvoor-
SLUITER
waarde wordt voldaan en is stroomloos in rusttoestand.
Het alarm is stroomloos als aan de schakelvoor-waar-
OPENER
de wordt voldaan en stroomgeleidend in rusttoestand.
2018-07-05, UMFLUXUSF60xV5-0-2NL
FLUXUS F60*
en
Advertenties
Inhoudsopgave
