18 Instellingen
18.2 Meetinstellingen
18.2
Meetinstellingen
Spec. functie\SYSTEEM inst.\Meten
• Kies Spec. functie\SYSTEEM inst.\Meten.
• Druk op ENTER.
Opmerking!
De instellingen worden aan het einde van de dialoog opgeslagen. Als de menupunt door een druk op de toets BRK
beëindigd wordt, worden de wijzigingen niet opgeslagen.
Spec. functie\...\Meten\Enable NoiseTrek
• Kies aan om de NoiseTrek mode vrij te geven en uit om hem te blokkeren.
• Druk op ENTER.
Spec. functie\...\Meten\Compare c-fluid
• Kies ja als de daadwerkelijk gemeten geluidssnelheid vergeleken moet worden met de theoretische of verwachte ge-
luidssnelheid.
• Druk op ENTER.
Er wordt het verschil δc = c
c
is de geluidssnelheid die in de database is opgeslagen.
stored
• Scroll tijdens de meting met de toets
Spec. functie\...\Meten\ProfileCorr 2.0
• Kies een lijstnotering:
– off: profielcorrectie 1.0
– on: profilcorrectie 2.0 onder ideale inloopomstandigheden (voorinstelling)
– With disturbance: profilcorrectie 2.0 onder niet ideale inloopomstandigheden
• Druk op ENTER.
Spec. functie\...\Meten\Stroomsnelheid
• Kies norm., zodat de profielgecorrigeerde flow-waarden in beeld gebracht en uitgevoerd worden en ongecor, zodat
ongecorrigieerd waarden in beeld gebracht en uitgevoerd worden.
• Druk op ENTER.
Kijk voor meer informatie in paragraaf 16.7.
Spec. functie\...\Meten\Snelheid grens
Er kan een bovenste grenswaarde voor de stromingssnelheid ingetoetst worden, zie paragraaf 16.4.
• Toets nul in om de stromingssnelheidscontrole uit te schakelen.
• Druk op ENTER.
152
- c
tussen de twee geluidssnelheden tijdens de meting in de bovenste regel in beeld.
mea
stored
naar de weergave van δc.
FLUXUS F808
2020-06-25, UMFLUXUS_F808V2-2NL