PROBLEEM
SHAKEGEDEELTE
MOGELIJKE
OORZAAK
21. De siroop kan niet
h. De siroopslang is
worden geijkt of er
verstopt of
klopt iets niet met
vernauwd.
de ijkwaarden.
(vervolg)
i. Er is lucht in de
siroopslang.
j. De
luchtinlaatslang
naar de pomp
kan het vullen
met siroop niet
aan.
22. Siroop blijft vloeien
a. Er is lucht in de
na het tappen van
siroopslang.
een shake.
b. Snavelvormige
klep is
beschadigd.
23. De wentelaaras
a. De flexibele
zal niet draaien
koppeling is
om mix en siroop
kapot.
te mengen.
b. De pen in de
snelontkoppelaar
van de
wentelaarkoppeli
ng ontbreekt.
c. De
wentelaarmotor is
stilgevallen
wegens een
thermische
overbelasting.
SOFTIJSGEDEELTE
BEIDE GEDEELTEN
MOGELIJKE OORZAAK
MOGELIJKE OORZAAK
OPLOSSING
h. Spoel en ontsmet de
srioopslangen. Reinig het
siroopsysteem wekelijks.
Bevestig de korte siroopslang
niet aan de deur wanneer de
slang niet met siroop gevuld
is.
i. Volg de vulprocedure voor de
siroopslang, om lucht uit de
slang te verwijderen.
j. Smeer de o-ringen van de
pompslangkoppeling.
Inspecteer de inlaatslang op
lekken.
a. Voer de procedure voor het
vullen met siroop uit.
b. Verwijder de
siroopneuskoppeling en reinig
ze. Vervang de snavelvormige
klep.
a. Neem contact op met een
erkend servicetechnicus.
b. Neem contact op met een
erkend servicetechnicus.
c. Laat de wentelaarmotor
afkoelen. Controleer de
smering van de wentelaaras.
BLZ.
60
47
60
47
61
- - -
- - -
22