Controle vooraf.
Stel zeker dat de ID300 geschikt is voor de voedingsspanning die u gaat aanbieden ( 230 of 400V).
•
Stel zeker dat de zekeringen, draaddiameters en waarde van de optionele remweerstand overeenkomen
•
met de specificaties van het toegepaste ID300 type zoals op pagina 10 en 11 is weergegeven.
Controleer de deugdelijkheid van de aarde aansluiting.
•
Voeding inschakelen.
Maak de basisaansluitingen zoals hieronder is weergegeven.
•
Schakel de voedingsspanning in, in het display zal <Inhibit> verschijnen.
•
Zodra door middel van de schakelaar de vrijgave (of STO bij ID302) ingangen geactiveerd zijn, zal <Ready> in
•
display verschijnen. Bij het afschakelen van de vrijgave (STO) ingang zal de motor onmiddellijk koppelloos zijn
en wederom <Inhibit> in display verschijnen.
Maak uzelf bekend met het uitlezen en programmeren van parameters. Raadpleeg de voorgaande pagina's.
•
Vrijgave / reset
Run vooruit
Motormap programmeren en autotune
Als de ID300 nog in fabrieksinstelling staat zijn de motorgegevens in #00.006 t/m #00.009 nog correct
•
geprogrammeerd. Bij twijfel kunnen fabrieksinstellingen geladen worden door #00.000 op <Reset 50Hz
defaults> te programmeren gevolgd door reset (rode toets). In #05.043 is fabrieksmatig het motortype
ingegeven van de motor waarop de ID300 is gemomteerd en de daarbijbehorende motordata is nu in de
motormap geprogrammeerd. De motordata is nu wel te wijzigen, echter het motortype in #05.043 kan door de
gebruiker niet gewijzigd worden.
Programmeer #00.038 op 1. Activeer de vrijgave op klem 8, of de STO ingangen op klem 31 t/m 34 bij ID302,
•
en de run vooruit ingang. De drive zal nu een statische autotune uitvoeren waarbij de motor niet zal gaan draaien.
De statische autotune duurt ca. 10sec. Zodra #00.038 weer op 0 staat of weer <Inhibit> in display verschijnt,
neem dan de vrijgave op klem 8 (of STO bij ID302) weg, of kortstondig de AC voedingsspanning, om weer te
kunnen starten.
Proefdraaien.
Activeer de vrijgave (of STO) en de run forward ingang op klem 9. De motor zal zich nu met 10Hz. in de
•
voorwaartse richting in beweging zetten omdat de minimum frequentie in #00.001 fabrieksmatig op 10Hz. is
ingesteld. Bepaal de draairichting van de motor en indien verkeerdom, schakel dan de voeding van de drive uit
en draai de richting commando's op klem 9 en10 om. Menu 0 wordt automatisch opgeslagen in het geheugen
van de drive dus de programmering van de motordata gaat bij het uitschakelen van de voeding niet verloren.
Roterende autotune.
Voor het behalen van de best haalbare prestatie van de motor-drive combinatie is het aan te bevelen een
roterende autotune uit te voeren als aanvulling op de statische autotune. De roterende autotune kan alleen
uitgevoerd worden bij een onbelaste of een zeer laag belaste motor. De motor zal hierbij enige tijd in de
opgedragen richting gaan draaien waarbij links bovenin het display het alarmbel symbool zal knipperen.
Programmeer #00.038 op 2, activeer de vrijgave (of STO ingangen) en geef een run commando in de gewenste
•
draairichting. Vervolgens zal eerst de statische autotune uitgevoerd worden en aansluitend zal de motor
maximaal 36 seconden gaan draaien op 66% van de nominale snelheid in de opgedragen richting.
Na het volbrengen van de roterende autotune zal de motor vrij uitlopen. In display zal <Inhibit> verschijnen en
•
het alarmbel symbool verdwijnt. Neem dan de vrijgave op klem 8 (of STO bij ID302) weg, of kortstondig de AC
voedingsspanning, om weer te kunnen starten.
ID300 Handleiding versie 2.2
Commander ID300
Opstarten en inregelen via een keypad
Commander ID300
1
+ 10V uitgang
2
Analoge ingang 1
(+Volt, mA, digitaal)
3
4
Analoge ingang 2
5
Analoge in- uitgang 3
6
+ 24V uitgang
7
Digitale in-/uitgang 1
8
Digitale ingang 2
9
Digitale ingang 3
10
Digitale ingang 4
11
+ 24V uitgang
Pagina 32 van 146
Basisaansluitingen tijdens het inregelen.
Bij een ID302 die is uitgerust met twee
STO ingangen is de vrijgave op klem 8
verplaatst naar de STO ingangen zoals
hieronder weergegeven.
Veiligheidsrelais
31
24V
32
33
Interne of
externe 24V
34
Commander ID302
ST O 1
&
ST O 2